Uw zoekacties: Humoristisch Weekblad, 1875-07-17; p. 3

Humoristisch Weekblad ( Regionaal Archief Rivierenland )

beacon
1  records
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
Humoristisch Weekblad, 1875-07-17; p. 3
Naam tijdschrift:
Humoristisch Weekblad
Pagina:
3
Datum:
1875-07-17
Jaargang:
1875
Is onderdeel van:
HUMORISTISCH WEEKBLAD.
PAG. 227.
Hij is dus tot een kluizenaarsbestaan veroordeeld, maar ook dit levert zijn moeielijkheden op. Geen enkel huis was gebouwd of gemeubeleerd overeenkomstig de behoeften van iemand van zijne lengte. Hij moest een huis koopen, de deuren laten vergrooten, de plafonds laten verhoogen, de trappen laten veranderen en meubels laten maken zooals in het dagelijksche leven niet voorkomen. Zijn stoel, zijn tafel, alles is even hoog en zijn ledikant kan in geen slaap¬ kamer van een gewoon sterveling staan. Dat was een historie om zijn bed behoorlijk in te richten ! Er moesten speciale dekens voor worden gemaakt.
En zijn toilet! Ik heb zijn laarzen gezien. Zij zijn op de leest van een Cycloop gemaakt en kosten hem / 25 het paar; een pantalon kan hij niet minder krijgen; de glazen van zijn lorgnet zijn bijna zoo groot als een theeschoteltje; zijn wandelstok zou voor een mastje kunnen doorgaan !
En dit is nog niet alles! Onze reus lijdt aan een hart¬ kwaal. — Of hij bemint? — Lieve hemel! zijn hart is groot genoeg voor eene en zelfs voor verscheidene hartstochten, maar geen enkele vrouw durft zijn huis binnentreden. Een oude bleeke meid bedient hem, maar het schepsel beeft aan al haar leden als haar meester haar roept. »Het is — zegt ze — alsof ik een kanon hoor."
Deze groote man, die zoo weinig genot en geluk in het leven geniet, heeft tot devies een woord van Plato genomen:
»Om gelukkig te plaats innemen."
leven, moet men in de wereld weinig
BRIEVEN VAN KEES AAN ZIJN OOM.
VIII.
3 October 1S75.
Waarde Oom!
Daar! nu is tante heel der leven zóo bang geweest voor 't spoor, dat ze nooit een ritje heeft durven wagen en nou zal 't mensch misschien waarachtig nog genoodzaakt worden tot een toertje .... na haar dood, als ten minste de Amster- damsche gemeenteraad even ingenomen is met de algemeene groote begraafplaats van den heer van der Meulen in het Gooi .... als professor Harting ....
't Is wel een erg i9de eeuwsch, maar toch een razend prozaïsch idéé : met een spoortrein naar je laatste rustplaats te worden getransporteerd. Brrr! wat een akelig denkbeeld. Verbeeld je zoo iets, als te Amsterdam de doodentrein vertrekt ! Natuurlijk moet daar een afzonderlijk zwart stationsgebouw voor worden opgericht, met een lijken-wacht- kamer, een familie-wachtkamer en een bidders-wachtkamer. Voor lijken die aan besmettelijke ziekte zijn gestorven mogen nog wel afzonderlijke wachtkamers worden ingericht.
Natuurlijk dienen de afzonderlijke klassen ook op den doodentrein te worden behouden. Men kan toch niet vergen , dat het lijk van graaf A., baron B. en jonkheer C. met dat van hun kleermaker of koetsier in eenzelfden wagen zal wor¬ den geplaatst en dat de familiebetrekkingen door elkander
zullen zitten ? Neen , dat kan niet; men moet ieders maat¬ schappelijke positie in 't oog houden bij het arrangeeren van den trein. Goed. Voorop natuurlijk de locomotief en tender, vervolgens 1 waggon met 6 bidders voor het lijk van graaf A; een wagen met het lijk van Z.H.W.G.; een waggon met de familiebetrekkingen ; daarna 1 waggon met 4 bidders voor het lijk van den koopman Z.; een wagen met Z.Eds. lijk; een waggon met de familiebetrekkingen; vervolgens 1 waggon met 3 bidders voor het lijk van den kruidenier K. enz. enz.. en achteraan een oude beestenwagen met het stoffelijk over¬ schot van een drenkeling of zelfmoordenaar; voor- en achter¬ op een zwarte vlag ? Machinist, stoker, conducteurs en verder treinpersoneel natuurlijk in het zwart gekleed. Rooken zal verboden zijn.
»Station Gooi!" Algemeene opstand; de zakdoeken wor¬ den weder te voorschijn gehaald. De bidders springen vlug uit en geven hun bevelen. Tien lijken: 10 koetsen of baren staan gereed. De verschillende stoeten scharen zich en be¬ geven zich naar het kerkhof. De plechtigheid is afgeloopen; men keert terug in dezelfde volgorde, doch nu rijden de lijkwagens achteraan den trein. Alles gaat grande vitesse!
Bij buitengewone gelegenheden zullen extra-treinen rijden, als b. v. een hooggeplaatst, een beroemd of een gevierd persoon of een hoofdofficier moet worden begraven, om de groote menigte nieuwsgierigen en belangstellenden te kunnen transporteeren; in het laatste geval gaat ook een muziek¬ korps mede. Het gedrang zal dan wel wat groot wezen, maar van vertraging geen sprake, want de trein moet op tijd vertrekken om geen verwarring in den dienst te veroor¬ zaken. Voor botsing of deraillement geen vrees! Verbeeldt u als zoo'n doodentrein eens derailleerde!
't Is akelig, vindt ge niet oom ? Maar 't is beter voor de gezondheid zeggen de heeren ! Best mogelijk; ik kan me evenwel nog niet goed voorstellen, dat het gezonder zal zijn zooveel lijken op een punt samen te brengen, doch als 't niet anders kan zullen we er ons maar bij moeten neerleggen, hoewel ik voor mij dan maar liever ergens anders word neergelegd, 't Is waar, we leven in een eeuw van stoom , maar we komen nog niet met stoom in de wereld en zijn er nog niet op gesteld haar met stoom te verlaten. Als dit evenwel toch moet geschieden, dan geef ik voor mij de voorkeur aan verbranden, boven zoo'n tochtje met een doodentrein.
Ik ben benieuwd wat gij er van zult zeggen.
Uw liefhebbende neef, Kees.
hatelijk.
Bij gelegenheid van een banket werd een beroemd Fransch staatsman een plaats aangewezen tusschen mevrouw de Staël en mevrouw Recamier.
sWelk een geluk!" zeide hij, sik zit tusschen de schoon¬ heid en de geestigheid."
»En dat nog wel zonder een van beide te bezitten," antwoordde mevrouw de Staël.
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer