Uw zoekacties: De Olijftak, 1872; p. 39

De Olijftak ( Regionaal Archief Rivierenland )

beacon
1  records
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
De Olijftak, 1872; p. 39
Naam tijdschrift:
De Olijftak
Pagina:
39
Datum:
1872
Jaargang:
1872
Is onderdeel van:
DE OLIJFTAK .
7
op den vloer beneden te komen . Is het wonder dat Danté's hellevaart ons onwillekeurig voor den geest komt ? Een kille lucht waait ons tegen uit het donkere gat . Het hart krimpt niet van vrees , neen , maar van een onbeschrijfelijk gevoel van onze nietigheid ! Wal , indien de machtige hand , die den berg over ons hoofd vast-houdt ( vasthoudt ) , eens zijn greep losliet , en de groote massa op ons instort ? Sr is heden echter geen nood voor , want , heiaas ! de grotten zijn ontoegankelijk geworden en tot onze bittere teleurstelling moeten wij het plan om voor een wijle Ulysses en Dante na te doen , geheel opgeven , daar onze Virgilius volstrekt weigert , ons een enkele schrede verder te geleiden . Wat de reden hiervan zij ? Niemand weet er natuurlijk het ware van , maar ongeveer zes mijlen ten noord-oosten van den ingang is de grond voor eenige maanden ter breedte van vijftig en ter diepte van veertig voet weggezonken , en sedert dien tijd zijn de grotten volgeloopen . Het vrije doorvloeien van het water is dus hoogst waarschijnlijk hierdoor belet ge-worden ( geworden ) . Uit dit verschijnsel zou men ten naaste bij de richting van de onderaardsche rivier kunnen bepalen . Vermoedelijk is die naar den kant van Holfontein , alwaar ook een aanzienlijk volume water zich plotseling in een kleinen poel verliest . Vereenigen beide stroomen zich een weinig ten westen van laatstgenoemde plaats , dan is het hoogst waarschijnlijk , dat zij in een zuid-westelijke richting voortloopen en in de bovenste bron van Mooirivier , zoo-wel ( zoowel ) als in die van de Schoonspruit , te voorschijn komen , terwijl het overtollige water van Wonderfontein , dat een weinig lager beneden den ingang tot de grotten wegzinkt , zich ontlast in de benedenbron van de Mooi-rivier ( Mooirivier ) . Men zegt dat , deze rivier bij het toe - of afnemen van de maan sterker en zwakker wordt . Doch dit komt mij zeer onwaarschijnlijk voor , daar men in dat geval moet aanne
ïussehen Wittewatersrand en den beroemden Magalies-berg ( Magalies-berg ) , die zich beiden evenwijdig van het Oosten naar het Westen uitstrekken en gescheiden zijn door een vlakte . In ÏTi ; rM"Ti wnarvan een scherpe rif loopt , ligt Pretoria , j de tegenwoordige zetel der Regeering . Het is een aller - ! liefst stadje en zeer schoon gelegen , echter is het wel | jammer dat het niet aan de noordzijde van den Maga-liesberg ( Magaliesberg ) lag . Het klimaat is hier zeker aangenamer , maar || de grond is minder goed en het klimaat minder geschikt I voor alle soorten van boomen en planten dan aan de andere zijde van den berg . Van deze plaats ligt het Hoogeveld , zoo geschikt voor alle vee , in eene Oostelijke I en Zuidoostelijke richting . Nog betreur ik het , dat de tijd mij ontbrak om dat Hoogeveld te bezoeken , te meer omdat ! juist daar , volgens vertrouwbare berichten , de eigenlijke j rijkdom van de Transvaal gelegen is . De uitmuntende monsters steenkool van daar gebracht verdienen in hooge mate de aandacht . In aanmerking nemende de verschil-lende ( verschillende ) plaatsen waar een gelijksoortige stof , boven de oppervlakte wordt gevonden , komt men tot de overtuiging dat de Westelijke helling van de Drakcnbergen enorme koolmassas moet bevatten . Ook de Nagaliesberg is gelijk Gatsrand en Wittewatersrand van vulcanischen oorsprong . Hoewel niet bijzonder hoog is hij toch een zeer imposante berg , vooral aan het Westelijk einde . Ontzaglijke rotsmassas liggen door elkander in woeste wanorde . Zie eens welk een ontzettende kracht hare sporen heeft na-gelaten ( nagelaten ) in den bouw van de rotswanden der Wonder - -boomspoort ( -boomspoort ) , waar de wateren van de Apiesrivier zich vroolijk en dartelend doorheenstorten in de armen der schoone wereld , waartoe deze poort ons den ingang opent . Wij weten nauwelijks wat meer te bewonderen , den ruwen bergbouw of de heerlijke natuur , die hier met al de pracht en rijkd
Aan de rechterzijde der poort staat de vermaarde Wonderboom , die aan dezen bergpas den naam van Wonderboomspoort heeft gegeven . Hij is , zegt men,de eenige in zijn soort—dit vond ik echter onjuist , daar ik een weinig hooger op een ander exemplaar zag , hoewel
niet zoo groot—en heeft een eigen geschiedenis te verhalen . Onvergelijkelijk schoon en verheven boven alle andere boomen stond hij daar als een waar monarch van het woud . Hoevele geslachten van mensehen en dieren hebben zich niet in zijne schaduw verkwikt . En hoevelen zouden zich nog daar hebben kunnen gaan laven met een dubbel genot . Maar , helaas ! het noodlot heeft het anders gewild . De schoone Wonderboom werd den bijl ten prooi . Mee-doogenloos ( Mee-doogenloos ) werd zijn verheven kroon afgehakt om tot timmerhout voor de eigenaars der plaats te worden ver-zaagd ( verzaagd ) . De dikke stam met zijn takken bleef staan . Maar aldus misvormd werd die spoedig door verrotting aangetast . Een geweldige . brand deed het overige van het werk der vernieling , zoodat nu slechts enkele zijtakken nog ' overgebleven zijn . Opengespleten en naar alle kanten weggezakt , liggen die statige bogen nu daar , een volkomen ruïne van een Wodastempel . En toch kunnen er nog eenige honderden van mensehen tegelijk schaduw vinden . Vol levenslust hernieuwt deze grijsaard zich weder . Waar een tak de aarde raakt , schiet hij nieuwe wortelen in den grond , en jonge spruiten naar boven . De uitgebrande stam meet 21 voet in de door-snede ( doorsnede ) op den grond , en toch is deze boom niets in ver-gelijking ( vergelijking ) met de werkelijke reuzen , die men meer noord-waarts ( noordwaarts ) aantreft . De Wonderboom behoort tot de Ficus-soorten ( Ficus-soorten ) en komt zeer nabij de Eicus Indica . Aan de Olifantsnek nabij Rustenburg is er een , die verschillende wortelen van de takken naar de aarde afschiet .
Overzien wij nu het land ten noorden van den Ma - -galiesberg ( -galiesberg ) , dan staan wij verbaasd , niet minder over het groote verschil tussehen dit gewest en de andere streken des lands , dan over den grooten rijkdom van den bodem . De meniete van wilde vruchten , boom - en plantsoorten , de vetheid der weide , den overvloed van water , en daarbij van verschillende mineralen , zooais goud , koper , lood , ijzer , enz ., heb ik nergens geëve-naard ( geëvenaard ) gezien . Hier heeft men eerst de vermaarde Zoutpan , de groote Springbokvlakte , bezaaid met boomen en door-sneden ( doorsneden ) met rivieren , alsmede met zandheuvels bedekt met voortreffelijke houtsoorten . Ten noordwesten , de Water-bergen ( Water-bergen ) , met hunne krachtige bronnen , waaronder een van groote geneeskundige waarde en een warmte van onge-veer ( ongeveer ) 170 graden Fahrenheit ; — het gebergte van de Magapauspoort met zijne vermaarde grotten , waarachter het pas ontdekte houtveld van Marabasland .
Welk eene groote bevolking kon dit land dragen . Suiker , koffie , rijst en al diergelijke voorwerpen groeien hier aller-wegen ( allerwegen ) zeer goed , alsook de verschillende graansoorten . Zoowel aan den Waterberg als te Rustenburg zijn koffie-boonen ( koffie-boonen ) in dracht . Limoenen , pijnappels en bananen , met een woord , de meest tropische en niet t ropische vruchten , komen hier uitmuntend voort .
Jammer maar dat , vooralsnog , de natuur hier onver-biddelijk ( onverbiddelijk ) hard is tegen het edelste aller dieren , het paard . Zeer weinigen leven hier lang of worden , gelijk de phrase luidt , /' gezouten .// Evenmin beantwoordt hier het schaap . Die dus van paarden en schaper , houdt , blijve vooralsnog van hier , en zette zich liefst neder in het distrikt Wakkerstroom . Behalve met rundvee en ezels zal de veeboerderij hier niet goed beantwoorden . Ik sprak van het Trans-Magaliesbergsche ( Trans-Magaliesbergsche ) . Wat hier wel zou slagen , in de rijke Springbokvlakte , is de struisvogeikweckerij . De vette weide , de overvloed van hout , de zachte zan-derige ( zanderige ) aarde , en het gemak waarmee hier de maïs , enz ., kan worden aangekweekt , wekt natuurlijk onze verbazing op , dat nog niemand zieh er op heeft toegeleg l om dezen tak van nijverheid te drijven . Ik ben niet zoo goed bekend met de geaardheid van het lama-dier , maar wat ik er van weet doet mij gelooven , dat dit dier hier zeer goed zou voortkomen en het gemis van wolschapen ruimschoots vergoeden . En dan , waarom moet de fiere oude bewoner van het land hier geheel verdwijnen ? Ik bedoel de vlugge eland . De handelbaarheid en gedweeheid van den eland zijn zoo bekend als zijne vlugheid , en waar men nu geen paarden kan houden , waarom niet den eland er voor in de plaats gesteld ? Ik zie geene reden waarom een paar dezer dieren , aan leidsels gewoon ,
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer