Uw zoekacties: De Olijftak, 1872; p. 288

De Olijftak ( Regionaal Archief Rivierenland )

beacon
1  records
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
De Olijftak, 1872; p. 288
Naam tijdschrift:
De Olijftak
Pagina:
288
Datum:
1872
Jaargang:
1872
Is onderdeel van:
8
DE O L IJ F T A K
kolonie . Maar zulk goede uitslag kon ternau-wernood ( ternauwernood ) zijn verwacht van eene zending der Engelsche Kerk naar het Portugeesche gebied op de Oostkust van Afrika , waarheen Living-stone ( Livingstone ) onlangs zijne schreden richtte , en waarin slechts weinige personen , behalve iemand zoo geacclimatiseerd als hij , zouden slagen of zelfs in ' t leven blijven .
// Bij deze nieuwe onderneming zal Livingstone ' t eerst uitmaken of zijn eigen meer Nyassa eenig water van uit het noorden ontvangt , en vervolgens of het meer Tanganijika gevoed wordt door rivieren uit het zuiden komende . Daarna zal hij den waterstand van de Tanganijika be-palen ( bepalen ) , en na de westzijde te hebben onderzocht , met juistheid opgeven hoeveel water daar in - of uitstroomt ; en , zoo mogelijk , zal hij voorts de groote vraag beslissen of er ook eenig water noordwaarts van de Tanganijika naar den Nijl stroomt , gelijk Beke en Tindlay beweren , wier meening onlangs door Burton is gedeeld ; of , aan den anderen kant , zal hij uitmaken of dit meer ten noorden over lage bergen heenspoelt , zooals op de vroegere kaart van Speke is aan-gegeven ( aangegeven ) .//
Dit was de gewichtige taak , in 1865 opge-dragen ( opgedragen ) aan den reiziger , wiens ontdekkingen in het zuidelijk gedeelte van het Afrikaansche vaste-land ( vasteland ) , gedurende een geheel vierendeel van eene eeuw , hem reeds beroemd hadden gemaakt als de grootste en meest welgeslaagde onderzoeker van dat gedeelte van den aardbol ; en tegen het einde van dat jaar vertrok hij weder uit Enge-land ( Engeland ) , onder de bescherming met alleen van de Koninklijke Geographische Maatschappij , maar van Harer Majesteits Begeering , die hem tot consul benoemde bij al de hoofden en bestuur-ders ( bestuurders ) in het binnenland van Afrika , met uitzon-dering ( uitzondering ) van die streken ', die aan den koning van Portugal , den koning van Abyssinië , en den Pacha van Egypte onderworpen zijn . Doch terwijl de Geographische Maatschappij en de Regeering zich dus vereenigden om de expeditie te onder-steunen ( ondersteunen ) , zeide Sir Roderich Murchison , in een ander gedeelte van zijne toespraak : // Wij kunnen niet nalaten onze dankbaarheid te betuigen aan den heer James Young , een van Livingstone's oudste en meest beproefde vrienden , die hem eene som van 1000 p . St . zou hebben voorge-schoten ( voorgeschoten ) ter bevordering van dit grootsche doel . Evenmin mogen wij vergeten dat Livingstone zelf van plan is de stoomboot Lady Nigassa er aan opteofi'eren , die hij te Bombay achterliet , en die hij , met het edele doel om den slaven-handel ( slavenhandel ) tegen te gaan , op zijn eigen kosten had doen bouwen omdat de stoomboot door het Gouvernement uitgezonden , te veel diepgang had om de Shiré te bevaren , waardoor hij juist hoopte het vervoer van slaven uit het binnen-land ( binnenland ) te beletten . n
Zijn weg over Bombay nemende , bereikte Dr . Livingstone over de zee den mond van de Rovuma , en den loop dezer rivier volgende drong hij in Mei 1866 door tot dicht bij het meer Nyassa langs het noordelijk gedeelte waarvan hij zijn weg dacht te vervolgen . In dit voornemen
werd hij echter verhinderd door den vijandelijken inval van een der inlandsche volksstammen , en tegen het einde van dat jaar kwam in Engeland het bericht dat hij was vermoord geworden . Deze droevige mare werd naar Zanzibar over-gebracht ( overgebracht ) door eenige inboorlingen van het eiland Johanna , die den reiziger hadden vergezeld ; en het werd zoo omstandig verhaald , dat het in vele streken werd geloofd . De algeheele valsch-heid ( valsch-heid ) dezer berichten werd echter aan ' t licht gebracht door de expeditie van den heer E . D . Young , die uit Engeland werd gezonden om zich nopens het lot van Dr . Livingstone te ver-gewissen ( vergewissen ) , en spoedig daarna ontving men bericht van den reiziger zelven , dat hij in de onmoge-lijkheid ( onmogelijkheid ) was geweest zijn weg ten noorden van Nyassa voort te zetten , en hij dus dit meer zuidelijk was gevolgd , door het land aan de westzijde , en vervolgens noordwestwaarts in de richting van het zuidelijke uiteinde van Tan-ganijika ( Tanganijika ) ; dat hij den 31 Januari 1867 eene plaats , Bemba genaamd , had bereikt , op 10 ° 10 ' Z . B . en 31 ° 50 ° O . L . gelegen en 4.500 voet boven den oceaan verheven .
De uitkomst van zijn reis tot dusver was om de behoefte van gemeenschap tusschen de twee meren Tanganijika en Nijassa te doen uitkomen , op welke gemeenschap reeds door verscheidene uitstekende aardrijkskundigen sterk was aange-drongen ( aangedrongen ) .
Doch daar dit eerste gedeelte van Dr . Living-stone's ( Livingstone's ) taak voldoende was vervuld , rees er een nieuw element op in het groote geographische vraagstuk dat hij moest oplossen . De heer Baker keerde in 1865 naar Engeland terug nadat hij gedeeltelijk de uitgestrektheid had onderzocht van het water , waarvan kapitein Speke had hooren spreken , en dat hij // Klein Luta Nzige * had genoemd , in de meening dat het een // zijtak // was van den Nijl , doch dat zijn ontdekker,die het de Albert-Nyanza noemde , voor de groote vergaarkom van den Nijl // hield , en waarvan hij zeide dat // zijn volume water zoo uitgestrekt was , dat geen enkele stroom invloed scheen te hebben op zijn waterstand . Zelfs de groote rivier ( Speke's // Nijl //) van het Victoria-meer loopt in die groote vergaarkom uit , en wordt daarin opgenomen , zonder dat er de minste strooming is waar te nemen .// De betrekking van dezen nieuw ontdekten uitgestrekten waterplas tot Burton's Tanganijika , en welke de zuidelijke en westelijke grenzen van zijne oevers mochten zijn : waren dus alweder punten van onderzoek voor Livingstone .
Uit Bemba zond onze reiziger zijn eerste brieven , van den 1 en 2 Februari 1867 gedag-teekend ( gedag-teekend ) , waarin hij sprak van den verschrikke-lijken ( verschrikke-lijken ) slavenhandel , die sterker dan ooit in de nabijheid van het meer Nyassa werd gedreven , en van de ontvolkte streken , en van de oude gruwelen waarmee degenen die hem vergezelden vertrouwd waren . Ten opzichte van de natuur-lijke ( natuurlijke ) gesteldheid van het land , zeide hij : // Als ik mij niet vergis , bevinden wij ons tusschen de Chambeze en de Luapula , welke laatste rivier ( door den heer Cooley ?) gezegd wordt in het
meer van Tanganijika te stroomen .// Toen hij de Chambeze op 10 ° 34 ' breedte overtrok , waar zij slechts veertig Eng . ellen breed was , viel hem tevens in dat dit de Zambesi kon zijn , zoo weinig waren de groofe rivierstelsels van dat gedeelte van Afrika toen nog bekend .
{ Wordt vervolgd ?)
A i , i . §-: it i , i <: i .
een goed denkbeeld . — Te Zwolle wer-den ( werden ) in het voorjaar door mevrouw douairière Backer aan allen , die zich daartoe bij haar aan-meldden ( aanmeldden ) , kosteloos verschillende soorten van bloemzaden uitgereikt . Van dat heusche aanbod werd door de volksklasse nog al veel gebruik gemaakt en , zooals thans blijkt , niet zonder vrucht . Thans wordt van de gekweekte bloemen een tentoonstelling gehouden in het lokaal der manége , daartoe welwillend door het gemeente-bestuur ( gemeentebestuur ) afgestaan . Het was een verrassende aan-blik ( aanblik ) , al die frissche en soms waarlijk prachtige bloemen te zien , die met ( eedere zorgvuldigheid , misschien Jiier of daar op een dakkamertje , of voor het venster van een behoeftig gezin ge-kweekt ( gekweekt ) waren . De fraaiste exemplaren werden bekroond . Waarschijnlijk zullen er aan eenige inzenders kleine gratification vereerd worden . Het plan , door de redactie van Semper virens dezer dagen aangegeven , komt op die wijze reeds tot uitvoering . Ook te Londen heeft men laatst zoo-danige ( zoodanige ) tentoonstelling gehad ; doch dit doet niets te kort aan de verwezenlijking van een goed en
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer