Uw zoekacties: De Olijftak, 1872; p. 254

De Olijftak ( Regionaal Archief Rivierenland )

beacon
1  records
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
De Olijftak, 1872; p. 254
Naam tijdschrift:
De Olijftak
Pagina:
254
Datum:
1872
Jaargang:
1872
Is onderdeel van:
6 DE OLIJFTAK .
duidelijk een kleine lamp , die op de mijne geleek , door den gang naderbij komen en vlak daar achter zag ik het gelaat van een man .
Krampachtig greep ik naar mijn stuk hout , ging naast den uitgang staan en wachtte met kloppend hart op de verschijning van den roover .
Ik behoefde niet lang te wachten . Weldra drong er een lichtstraal uit den gang naar buiten , en onmiddellijk daarop vernam ik de zwaar hijgende ademhaling van mijnen vervolger ; daarop ver-toonde ( vertoonde ) zich een ontbloote arm , die voorzichtig de lamp vooruithield en vervolgens het hoofd van een man . Het was de aanvoerder der bende . Ik zag hoe zijn woest rollend oog mij aanslaarde , toen hij mijne gestalte gewaar werd , maar eer hij nog tijd had om zijn hoofd in de opening terug te trekken , bracht ik hem zulk een geweldigen slag tegen zijn hoofd toe , dat de lamp hem uit de han-den ( handen ) viel en uitdoofde en hij zelf luid kermend bewusteloos op den grond stortte .
De oogenblikkelijke stilte die nu ontstond , werd gevolgd door een scharrelend geraas achter het lichaam van den gevallene ," daarop vernam ik het gefluister van verschillende stemmen en op nieuw een geschuifel , dat steeds zwakker werd en eindelijk in de verte wegstierf .
De door den val van hunnen hoofdman be-vreesd ( bevreesd ) geworden roovers hadden zich terugge-trokken ( teruggetrokken ) .
Het was geen zeer aanlokkelijk iels met den doode alleen te blijven , maar de strijd had mijn bloed verhit en ik voelde mij nu in staat tot iedere wanhopige daad .
Ik vatte het lijk bij de schouders , trok het door de opening tot mij in de grot en zocht naar zijn mes , dat ik bij mij stak . Daarna zette ik mij weder op de zerk en wachtte wat mijn vijan-den ( vijanden ) nu zouden doen .
Zij lieten niet lang op zich wachten . Op nieuw weerklonk het geschuif en weder stond ik met mijn hout gewapend gereed .
Het gedruisch kwam al nader en nader , reeds vernam ik duidelijk de ademhaling der aanko-menden ( aankomenden ) en verwachtte ieder oogenblik eene lamp te zien vooruitsteken .
Zooals straks stond ik naast de opening en hield het stuk hout gereed om toe te slaan .
Ditmaal legden de roovers het anders aan ; zij hielden hun licht achter zich , zoodat ik mijn gezicht moest inspannen om hen te zien komen .
Eindelijk zag ik iets , dat op een menschen-hoofd ( menschen-hoofd ) geleek , langzaam uit de opening vooruit-komen ( vooruitkomen ) . Het was tijd den toegedachten slag te geven , ik hief het hout op en sloeg toe . Ik voelde een hevigen schok in mijn arm en een gedeelte van het stuk hout vloog aan splinters in ' t rond . De sluwe booswichten hadden om mij te verschalken , een lang hout , om welks einde een stuk doek gewikkeld , door de opening ge-schoven ( geschoven ) ; deze list had mij geheel bedrogen en mij mijn verdedigingswapen doen stuk slaan op een prop dien ik voor het hoofd van een vijand had aangezien .
Vóór dat ik van mijne verbazing was bekomen en mijne tegenwoordigheid van geest had her-kregen ( herkregen ) , sprong een man door de opening , die
zich sterk ter zijde wendde — gelukkig echter naar de linkerzij , terwijl ik aan den rechterkant stond — om zich van mij meester te maken . Deze werd onmiddellijk door een tweeden en deze weder door nog verscheidene anderen ge-volgd ( gevolgd ) . Niet meer wetende wat ik deed snelde ik door de grot heen over beenderen en puinhoopen naar het donkerste hoekje heen . Bij het schijnsel der kleine lichten zag ik de gestalten mijner vijanden , die nog steeds in grooter aantal door de opening kwamen . Ontloopen was onmogelijk Uit de woeste gebaren der roovers maakte ik op dat zij het lijk van hunnen aanvoerder hadden ontdekt en dat , wanneer ik hun in handen viel , een gruwelijke dood mijn lot zou zijn .
Alle gebeurtenissen mijns levens drongen zich in die weinige oogenblikken der vertwijfeling aan mijn geheugen op ; dikwijls reeds had ik den dood onder de oogen gezien , maar nog nooit had hij mij zoo ijselijk toegeschenen als hier op deze naargeestige plaats onder grijnzende ge-raamten ( geraamten ) .
Plotseling schoot mij een nieuwe gedachte te binnen .
Ik keerde mij ter zijde en tastte onder de doodkisten rond ten einde er een te vinden , die nog onbeschadigd was , zoodat ik er mij in kon verbergen . Het geluk begunstigde mij ; ik vond wat ik zocht . IJlings lichtte ik het deksel in de hoogte , zette het rechtop overeind en sprong er in . Een wolk van fijne stof vloog op en deed mij bijkans stikken . Niettemin legde ik er mij zoo lang ik was in neder , hield den mond zoo stevig als ik kon dicht en trok het deksel over mij heen .
Het hout der kist was nog in goeden staat , anders zou mijn schuilplaats mij weinig hebben gebaat , op deze wijs was ' t echter nog mogelijk dat ik niet werd ontdekt . Er waren honderden kisten in de grot en er was veel tijd noodig om juist die kist uit te zoeken waarin ik mij had verborgen . Voor mij echter hing er alles van af om tijd , te winnen . Het toeval kon echter willen dat juist deze kist den roovers het eerst in de handen viel , dan was ik verloren . Maar wie denkt aan zulk een noodlottig toeval , wanneer hij bevend en angstig het tegendeel verlangt .
Het meeste nog was ik bang dat ik mij door de eene of andere beweging , of door niezen zou verraden , maar na verloop van korten tijd ver-liet ( verliet ) mij reeds dat onaangename gevoel en ik lag naar omstandigheden tamelijk gemakkelijk en bedaard in mijn vreemdsoortige schuilplaats . Wel klopte mijn hart in bange verwachting en vrees , want ik hoorde mijn vervolgers in de grot onder het uitbrengen van woeste vloeken rondzoeken en tegen de kisten kloppen en het verrotte hout onder hunne slagen verbrokkelen . Ik zocht mij te troosten met de gedachte , dat het onderzoek vooreerst nog aan den tegenovergestelden kant der grot plaats had en dat , voordat de roovers mijn schuilhoek ontdekten , mijne vrienden kon-den ( konden ) aankomen om mij uit mijn verschrikkelijken toestand te bevrijden .
Tot mijn niet geringe verbazing werd het geklop tegen de kisten gedurig zwakker en meer
verwijderd , en eindelijk vernam ik nog slechts nu en dan een slag .
Wat was er gebeurd ? Hadden de roovers zich verwijderd en hun onderzoek opgegeven ?
Ik waande mij voor ' t oogenblik buiten alle gevaar , voorzichtig lichtte ik het deksel der kist een weinig in de hoogte en gluurde naar buiten .
Ver weg aan het andere einde der grot zag ik een fiauwen lichtschijn , die snel heen en weder werd bewogen , terwijl donkere gestalten zich op den achtergrond afteekenden .
En als ik nu eens mijn schuilhoek verliet en naar den ingang snelde ? Ik had een goed eind op hen voor en de bandieten zouden hunne nasporingen wel nog eenigen tijd voortzetten . Het kwam mij waarschijnlijk voor , dat de ge-heele ( ge-heele ) bende aan het onderzoek deelnam en dat ik dus de buitenruimte ledig zou vinden . Het was een laatste kans en ieder oogenblik was kostbaar .
Ik lichtte het deksel geheel op en legde mijn beenen over den zijwand . Toen ik er mij echter wilde laten uitzakken , viel het deksel om en stortte met luid geraas tegen de steenen muren . De slag klonk harder dan hij in werkelijkheid was en mijn schrik steeg tot ontsteltenis , toen ik niet ver van mij een levend wezen zag be-wegen ( bewegen ) . In het volgende oogenblik drong mij een vreeselijk gehuil van woede in de ooren , dat honderdvoudig tegen de wanden der grot werd herhaald . Daarop sprong er eene gedaante naar mij toe , die zich aan mij vastklemde en mij uit alle macht naar den grond trok . Terwijl ik vlêl " ontmoette mijn blik het duivelachtige gezicht van den dwerg , die mij boosaardig aangrijnsde , terwijl hij zich als een slang om mijne lendenen wond .
Vruchteloos zocht ik mij uit zijne handen los te maken , hij klemde zich hardnekkig aan mij vast en drukte mijne armen zoo stevig tegen het lijf , dat het mij onmogelijk was hem van mij af te schudden .
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer