Uw zoekacties: De Olijftak, 1872; p. 202

De Olijftak ( Regionaal Archief Rivierenland )

beacon
1  records
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
De Olijftak, 1872; p. 202
Naam tijdschrift:
De Olijftak
Pagina:
202
Datum:
1872
Jaargang:
1872
Is onderdeel van:
DE OLIJFTAK .
« De stad is dus genomen f mijn kleine Willem is dus door die monsters vermoord , en gij komt met mij sterven ?» vroeg de gevangene .
« De stad zal zich niet overgeven , en ons kind leeft ; het is onder bescherming van mijne zuster Martha ,» antwoordde Catherina .
« Ontaarde moeder ! gij hebt uw kind kunnen verlaten ?» — « De Vader van alle onnoozelen zal hem bewaken , en om zijn aardschen vader voor hem te behouden ben ik tot u gekomen . De stemme Gods gebood mij aldus te handelen . Ik draag ons geheel vermogen bij mij , misschien zullen wij uwe wachters kunnen omkoopen of uwe vrijheid met een losgeld betalen . Wij hebben alles te winnen en niets te verliezen , daarom ben ik gekomen . Gij weet dat ik zonder u niet kan leven . Uwe liefde was voor mij het eerste geluk mijns levens , hoe zou ik geaarzeld hebben dit leven te wagen om mijn geluk te redden . En mocht ik in mijne poging niet slagen , toch had ik den troost u in mijne armen te drukken en uw lot te deelen .»
« En dit is helaas gebeurd ,» sprak Herman droevig , « gij zijt in de macht onzer vijanden en evenals ik ter dood veroordeeld .»
« Neen , neen ,» riep Catherina uit , terwijl zij biddend de handen ten hemel hief , « neen , Hij die ons door deze schoone zon laat beschijnen zal niet gedoogen dat de onschuld zulk een lot ondergaat . Ik kan u ,» zoo vervolgde zij , terwijl zij zich in de armen van haren echtgenoot wierp , « thans nog aan mijn hart drukken , en deze gunst , die de hemel mij heeft verleend , zal voor-zeker ( voorzeker ) de laatste niet zijn . Onze cipier zal niet onomkoopbaar zijn ; ik heb een goe-den ( goeden ) priester alles medegedeeld , en deze heeft mij zijne bescherming beloofd ; het eerste blijk daarvan is , dat hij mij met u heeft vereeoigd . Geloof en hoop , Herman ! De liefde is een troost in alle rampen , en moeten wij sterven dan zullen wij moedig sterven en de marteldood zal ons lichter schijnen omdat wij te zamen kunnen bidden . Laten wij slechts hopen dat onze kleine Willem gelukkiger moge zijn dan zijne ouders , en dat zijn goede engel hem over het moeielijk levenspad zal geleiden .»
De gevangene vestigde een langdurigen smartelijken blik op zijne vrouw die voor hem lag neergeknield . — « Catherina , zeide hij , « uw moed , uwe vastberadenheid doen mij ontstellen . Gij hebt mij de bitterste kelk aan de lippen gebracht , en toch be-wonder ( bewonder ) ik u en kan niet gramstorig op u zijn . O , gij zijt de parel onder deVlaam-sche ( deVlaam-sche ) vrouwen , en ik wist niet welk een onwaardeerbaren schat ik bezat . Ik leer u eerst kennen nu ik u voor altijd zal moeten verliezen ! Maak u geene ijdele voorspiege-lingen ( voorspiegelingen ) . Ik ben verloren . De grijnslach van Hannibal heeft mij dit duidelijk gezegd , en gij , Catherina , zijt met mij verloren . Hoe kunt gij hoop koesteren ons los te koopen of te bevrijden ? Al het goud dat gij bij u draagt wordt immers het eigendom onzer vijanden zoodra zij u zullen hebben omgebracht . Gij weet nog niet hoe wreed de Spanjaarden zijn !»
Catherina glimlachte even en haalde uit hare borst een fleschje vergif te voor-schijn ( voorschijn ) . — « Dat zal ons alle martelingen besparen ; het is een geschenk van uw broe-der ( broeder ) Raymond ; met dit fleschje heb ik niets van deze woeste horde te vreezen .»
Herman kuste zijne vrouw teeder . — « Onmacht en ontberingen hadden mijn moed verzwakt ,» sprak hij ; « gij hebt dien weder opgewekt , wees daarvoor gedankt , dierbare vrouw . Moge de hemel u beloonen ! Ik gevoel mij weer de man van voorheen ; met u tart ik den storm , en als ons uur geslagen zal zijn , zullen wij te zamen
het schavot beklimmen ; nu trotseer ik onze vijanden .»
Alsof deze woorden eene bezwering waren geweest , werd de stilte , die tot dusver in de torens had geheerscht , eensklaps door een verward gedruisch van stemmen en wapenen afgebroken . Het gerucht kwam al nader en nader ; weldra werd de deur van den kerker geopend en vertoonden zich verscheidene Spaansche soldaten op den drempel . Hannibal trad binnen , gevolgd door den groot-provoost : ieder bewaarde het stilzwijgen en de provoost vroeg lang-zaam ( langzaam ) : « Paul Herman , luitenant ter zee in dienst van de Staten-Generaal , met de wapens in de hand gevangen genomen toen hij leeftocht aan de rebellen poogde aan te voeren ?»
« Hier is hij !» antwoordde de cipier , terwijl hij op den gevangene wees en een blik vol haat op den armen Herman wierp ; het is een stijfkop die zijn lot wel verdiend heeft .
De provoost haalde uit zijn zak een lang perkament te voorschijn en las met een-tonige ( eentonige ) stem het vonnis voor :
« Herman ! Het is de wil van den opperbe-velhebber ( opperbevelhebber ) , den edelen graaf de Longueval , dat gij onmiddellijk naar het schavot geleid en onthoofd worde , en dat uw lichaam aan de hoogste galg worde opgehangen tot waarschuwing van alle rebellen en als eene rechtvaardige straf voor uwe misdaden .»
Catherina slaakte een gil en wierp zich in de armen van haren echtgenoot .
« Catherina ! wat doet gij daar ?» riep Herman buiten zich zelven .
De Castiliaansche brigadier Herkules trad hierop uit een groep soldaten te voor-schijn ( voorschijn ) en zag de jonge vrouw toornig aan . — « Wat beteekent dat ?» bulderde hïj terwijl hij Hannibal dreigend naderde ; « is dat mijn spion niet dien ik u had bevolen in ketens te klinken ? Hoe komt hij hier bij dezen gevangene ? Het zal u neus en ooren kos-ten ( kosten ) , onachtzame vlegel !»
Maar van een anderen kant trad plot-seling ( plotseling ) Sampetro , de vroolijke Andaluzische scherpschutter , te voorschijn , en plaatste zich fier tegenover den Castiliaan .
« Hoe ? Een spion ,» zeide hij terwijl hij de jonge vrouw aankeek ; « hoort gij niet dat zij Catherina heet , dat het eene dona Catherina is , en bij mijn karabijn de schoonste Catharina die ik ooit gezien heb . Voor den duivel ! de eerste die haar aan-raakt ( aanraakt ) zal met mij te doen hebben , want ik zal haar beschermen en niet dulden dat haar eenig leed geschiede . En daar Herkules desniettemin vooruit wilde drin-gen ( dringen ) , greep de Andaluziër zijne karabijn en laadde die . Ondertusschen waren ver-scheidene ( verscheidene ) soldaten den kerker binnenge-drongen ( binnengedrongen ) en naderden de jonge vrouw . Herman begreep dat de ongelukkige de prooi dier tijgers zou worden . Met de woede der wanhoop greep hij de groote kruik die naast hem stond , en terwijl hij die , niettegenstaande de zwakte zijner armen , boven zijn hoofd zwaaide , riep hij met doordringende stem :
« Terug , ellendelingen ! eerst over mijn lijk zult gij deze edele vrouw naderen , en de eerste uwer die een hand naar haar durft uitsteken zal de kracht van mijn arm gevoelen . Is hier dan geen edelman , geen officier die genoeg gevoel van eer heeft om dergelijke gruwelen tegen te gaan ?»
Een oogenblik waren de Spanjaarden voor den woedenden gevangene achteruit geweken . Maar deze weifeling was van korten duur ; zij drongen op nieuw vooruit onder een spottend gelach .
« Jaag dien gek een kogel door den kop !» riep een hunner , « met zijne vrouw zullen wij wel klaar komen .»
Bijna ware deze bedreiging vervuld ge -
worden , toen een donderende stem zich in den gang deed hooren .
« Wie durft de gevangenen mishandelen en de wapenen opheffen tegen weerlooze lieden ?»
Men zag den jeugdigen graaf de Cordua binnenkomen , gevolgd door den biechtvader van Zijne Excellentie , en de verschrikte soldaten schaarden zich ter zijde om hen door te laten .
De graaf wendde zich tot den provoost en toonde hem den ring van den graaf Bucquoi . — « Het bevelschrift is vernietigd ,» sprak hij fier , « de terechtstelling zal wor-den ( worden ) geschorst . Laat de troepen onmiddel-lijk ( onmiddellijk ) de torens ontruimen en naar hunne
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer