56755 'Mijnenlegger Jan van Brakel'.'Hr. Ms. mijnenlegger Jan van Brakel. 23-5-1935 op stapel gezet bij de Kon. Mij. De Schelde te Vlissingen. 8-2-1936 te water gelaten. 11-1-1938 vertrek naar West-Indië. 24-1-1939 terugkeer naar Nederland. 14-5-1940 uitgeweken naar Engeland en in april 1942 vertrek naar Curacao. Eind 1944 terugkeer naar Engeland. 10-10-1945 vertrek met 203 flottielje naar Nederlands Oost-Indië. 1-8-1957 in Nederlands Nieuw-Guinea uit de sterkte afgevoerd

39921 Hr. Ms. mijnenlegger Van Meerlant. 14-10-1919: Op stapel gezet bij de werf 'Gusto' te Schiedam. 23-11-1920 te water gelaten. 25-7-1922 in dienst gesteld. 16-5-1940 van Vlissingen via Oostende en Duinkerken naar Engeland uitgeweken en aan de Britse marine uitgeleend. 4-6-1941 in de monding van de Theems op een mijn gelopen en gezonken

39916 Mijnenlegger Hr. Ms. Hydra varend in de Buitenhaven van Vlissingen. 1-10-1910 op stapel gezet bij de Rijkswerf te Amsterdam. 7-11-1911 te water gelaten. 25-1-1912 in dienst gesteld. 23-2-1912 vertrek van Amsterdam naar Hellevoetsluis. In februari 1921 gezonken in de Wielingen na aanvaring door torpedoboot Z3 in april 1921 gelicht en hersteld in 1923. 15-5-1940 in de Zijpe vanaf de wal voor St. Philipsland door Duits pantserafweervuur getroffen en ernstig beschadigd, in ondiep water aan de grond gezet. Later te Hendrik-Ido-Ambacht gesloopt

39915 Hr. Ms. mijnenlegger Douwe Aukes in de monding van de Westerschelde. 28-10-1919 bij de werf 'Gusto' te Schiedam op stapel gezet. 23-2-1922: Te water gelaten. 2-11-1922 in dienst gesteld. 1930 op de Rijkswerf in Hellevoetsluis verbouwd. 15-2-1937 aanvaring met ss. Dokter Wagemaker.14-5-1940 uitgeweken naar Engeland. 1945 teruggekeerd naar Nederland. 15-3-1948 in gebruik genomen als depotschip. Eind 1948 uit dienst gesteld. 6-9-1949 in gebruik genomen als moederschip voor het 4e en later het 4e en 6e flottielje mijnenvegers. 1-2-1962 uit dienst gesteld. 2-1969 weggesleept uit Hellevoetsluis en gesloopt te Hendrik-Ido-Ambacht

29382 'Hr. M. van Meerland'. Hr. Ms. mijnenlegger Van Meerlant. 14-10-1919: Op stapel gezet bij de werf 'Gusto' te Schiedam. 23-11-1920 te water gelaten. 25-7-1922 in dienst gesteld. 16-5-1940 van Vlissingen via Oostende en Duinkerken naar Engeland uitgeweken en aan de Britse marine uitgeleend. 4-6-1941 in de monding van de Theems op een mijn gelopen en gezonken

29381 Hr. Ms. mijnenlegger Douwe Aukes. 28-10-1919 bij de werf 'Gusto' te Schiedam op stapel gezet. 23-2-1922: Te water gelaten. 2-11-1922 in dienst gesteld. 1930 op de Rijkswerf in Hellevoetsluis verbouwd. 15-2-1937 aanvaring met ss. Dokter Wagemaker.14-5-1940 uitgeweken naar Engeland. 1945 teruggekeerd naar Nederland. 15-3-1948 in gebruik genomen als depotschip. Eind 1948 uit dienst gesteld. 6-9-1949 in gebruik genomen als moederschip voor het 4e en later het 4e en 6e flottielje mijnenvegers. 1-2-1962 uit dienst gesteld. 2-1969 weggesleept uit Hellevoetsluis en gesloopt te Hendrik-Ido-Ambacht

23851 Hr. Ms. mijnenlegger Jan van Brakel. 23-5-1935 op stapel gezet bij de Kon. Mij. De Schelde te Vlissingen. 8-2-1936 te water gelaten. 11-1-1938 vertrek naar West-Indië. 24-1-1939 terugkeer naar Nederland. 14-5-1940 uitgeweken naar Engeland en in april 1942 vertrek naar Curacao. Eind 1944 terugkeer naar Engeland. 10-10-1945 vertrek met 203 flottielje naar Nederlands Oost-Indië. 1-8-1957 in Nederlands Nieuw-Guinea uit de sterkte afgevoerd

22647 Hr. Ms. mijnenlegger Medusa. 12-12-1910 op stapel gezet op de Rijkswerf te Amsterdam. 23-6-1911 te water gelaten. 20-12-1911 te Amsterdam in dienst gesteld. 5-1-1912 vertrek naar Willemstad. 14-5-1940 van Den Helder naar Engeland uitgeweken. In 1945 terugkeer naar Nederland. In 1950 dienst als logementsschip bij de onderzeebootdienst. In 1951 in dienst als mijnenveeg-werkschip en in 1953 voorzien van 2 mitrailleurs. Sedertdien gestationeerd te Vlissingen

13581 Hr. Ms. mijnenlegger Douwe Aukes. 28-10-1919 bij de werf 'Gusto' te Schiedam op stapel gezet. 23-2-1922: Te water gelaten. 2-11-1922 in dienst gesteld. 1930 op de Rijkswerf in Hellevoetsluis verbouwd. 15-2-1937 aanvaring met ss. Dokter Wagemaker.14-5-1940 uitgeweken naar Engeland. 1945 teruggekeerd naar Nederland. 15-3-1948 in gebruik genomen als depotschip. Eind 1948 uit dienst gesteld. 6-9-1949 in gebruik genomen als moederschip voor het 4e en later het 4e en 6e flottielje mijnenvegers. 1-2-1962 uit dienst gesteld. 2-1969 weggesleept uit Hellevoetsluis en gesloopt te Hendrik-Ido-Ambacht

13539 Hr. Ms. mijnenlegger Jan van Brakel. 23-5-1935 op stapel gezet bij de Kon. Mij. De Schelde te Vlissingen. 8-2-1936 te water gelaten. 11-1-1938 vertrek naar West-Indië. 24-1-1939 terugkeer naar Nederland. 14-5-1940 uitgeweken naar Engeland en in april 1942 vertrek naar Curacao.
Eind 1944 terugkeer naar Engeland. 10-10-1945 vertrek met 203 flottielje naar Nederlands Oost-Indië. 1-8-1957 in Nederlands Nieuw-Guinea uit de sterkte afgevoerd

12004 Hr. Ms. mijnenlegger Hydra aan de grond gelopen. 1-10-1910 op stapel gezet bij de Rijkswerf te Amsterdam. 7-11-1911 te water gelaten. 25-1-1912 in dienst gesteld. 23-2-1912 vertrek van Amsterdam naar Hellevoetsluis. In februari 1921 gezonken in de Wielingen na aanvaring door torpedoboot Z3 in april 1921 gelicht en hersteld in 1923. 15-5-1940 in de Zijpe vanaf de wal voor St. Philipsland door Duits pantserafweervuur getroffen en ernstig beschadigd, in ondiep water aan de grond gezet.Later te Hendrik-Ido-Ambacht gesloopt

11908 Hr. Ms. mijnenlegger Van Meerlant. 14-10-1919: Op stapel gezet bij de werf 'Gusto' te Schiedam. 23-11-1920 te water gelaten. 25-7-1922 in dienst gesteld. 16-5-1940 van Vlissingen via Oostende en Duinkerken naar Engeland uitgeweken en aan de Britse marine uitgeleend. 4-6-1941 in de monding van de Theems op een mijn gelopen en gezonken

56759 'H.M. Jan van Brakel'. Hr. Ms. mijnenlegger Jan van Brakel. 23-5-1935 op stapel gezet bij de Kon. Mij. De Schelde te Vlissingen. 8-2-1936 te water gelaten. 11-1-1938 vertrek naar West-Indië. 24-1-1939 terugkeer naar Nederland. 14-5-1940 uitgeweken naar Engeland en in april 1942 vertrek naar Curacao. Eind 1944 terugkeer naar Engeland. 10-10-1945 vertrek met 203 flottielje naar Nederlands Oost-Indië. 1-8-1957 in Nederlands Nieuw-Guinea uit de sterkte afgevoerd

56765 'Hr.Ms. Jan van Brakel'. Hr. Ms. mijnenlegger Jan van Brakel. 23-5-1935 op stapel gezet bij de Kon. Mij. De Schelde te Vlissingen. 8-2-1936 te water gelaten. 11-1-1938 vertrek naar West-Indië. 24-1-1939 terugkeer naar Nederland. 14-5-1940 uitgeweken naar Engeland en in april 1942 vertrek naar Curacao. Eind 1944 terugkeer naar Engeland. 10-10-1945 vertrek met 203 flottielje naar Nederlands Oost-Indië. 1-8-1957 in Nederlands Nieuw-Guinea uit de sterkte afgevoerd

56276 'Hr. Ms. Hydra., Vlissingen.' Marineschip, mijnenlegger (593 t). In 1910 op stapel gezet bij de Rijkswerf te Amsterdam. 7-11-1911: Te water gelaten. 25-1-1912: In dienst gesteld.
23-2-1912: Vertrek van A'dam naar Hellevoetsluis. In febr.1921: Gezonken in de Wielingen na aanvaring door torpedoboot 'Z3', in apr. 1921 gelicht en hersteld in 1923. 15-5-1940: In de Zijpe vanaf de wal v. St. Philipsland door Duits pantserafweervuur getroffen en ernstig beschadigd, in ondiep water aan de grond gezet. Later te Hendrik-Ido-Ambacht gesloopt

50433 'Hr. Ms. Hydra., Vlissingen.' Mijnenlegger 1-10-1910 op stapel gezet bij de Rijkswerf te Amsterdam. 7-11-1911 te water gelaten. 25-1-1912 in dienst gesteld. 23-2-1912 vertrek van Amsterdam naar Hellevoetsluis. In februari 1921 gezonken in de Wielingen na aanvaring door torpedoboot Z3 in april 1921 gelicht en hersteld in 1923. 15-5-1940 in de Zijpe vanaf de wal voor St. Philipsland door Duits pantserafweervuur getroffen en ernstig beschadigd, in ondiep water aan de grond gezet.Later te Hendrik-Ido-Ambacht gesloopt

47260 Hr. Ms. mijnenlegger Douwe Aukes de Buitenhaven verlatende. 28-10-1919 bij de werf 'Gusto' te Schiedam op stapel gezet. 23-2-1922: Te water gelaten. 2-11-1922 in dienst gesteld. 1930 op de Rijkswerf in Hellevoetsluis verbouwd. 15-2-1937 aanvaring met ss. Dokter Wagemaker.14-5-1940 uitgeweken naar Engeland. 1945 teruggekeerd naar Nederland. 15-3-1948 in gebruik genomen als depotschip. Eind 1948 uit dienst gesteld. 6-9-1949 in gebruik genomen als moederschip voor het 4e en later het 4e en 6e flottielje mijnenvegers. 1-2-1962 uit dienst gesteld. 2-1969 weggesleept uit Hellevoetsluis en gesloopt te Hendrik-Ido-Ambacht

47254 Hr. Ms. mijnenlegger Hydra de Buitenhaven uitvarende. 1-10-1910 op stapel gezet bij de Rijkswerf te Amsterdam. 7-11-1911 te water gelaten. 25-1-1912 in dienst gesteld. 23-2-1912 vertrek van Amsterdam naar Hellevoetsluis. In februari 1921 gezonken in de Wielingen na aanvaring door torpedoboot Z3 in april 1921 gelicht en hersteld in 1923. 15-5-1940 in de Zijpe vanaf de wal voor St. Philipsland door Duits pantserafweervuur getroffen en ernstig beschadigd, in ondiep water aan de grond gezet. Later te Hendrik-Ido-Ambacht gesloopt

35877 Mijnenlegger Hr. Ms. Hadda liggend in de Dokhaven. De Hadda is een voormalige stoomkanonneerboot ( een "strijkijzer"), die in de eerste mijnenlegger van de Kon. Marine was getransformeerd. Dit was in 1909. Lang heeft dit niet geduurd, want in 1911 werd de hele zaak weer van boord gehaald. Op de achtergrond ziet men van l. naar r.: de voormalige Oostkerk, de ingang van de Onderstraat en de Houtkade met het Rijkstelegraafkantoor

21950 Mijnenlegger 'Medusa' (bouwjaar 1910-1911) met aan boord H.M. Koningin Wilhelmina

11942 Hr. Ms. mijnenlegger Hydra. 1-10-1910 op stapel gezet bij de Rijkswerf te Amsterdam. 7-11-1911 te water gelaten. 25-1-1912 in dienst gesteld. 23-2-1912 vertrek van Amsterdam naar Hellevoetsluis. In februari 1921 gezonken in de Wielingen na aanvaring door torpedoboot Z3 in april 1921 gelicht en hersteld in 1923. 15-5-1940 in de Zijpe vanaf de wal voor St. Philipsland door Duits pantserafweervuur getroffen en ernstig beschadigd, in ondiep water aan de grond gezet. Later te Hendrik-Ido-Ambacht gesloopt

364 Hr.Ms. Jan van Brakel. Mijnenlegger gebouwd bij de Kon. Mij. de Schelde. Op stapel gezet in 1935, tewaterlating in 1936