904717 Gezicht op de zijgevel van het pand Biltstraat 208 te Utrecht, met de muurschildering van Lonneke van Zutphen (Lonneke schildert) en het gedicht "Hoe vaak je ook ging" van Ingmar Heytze.

903464 Afbeelding van het gedicht "Wielertaal" van Ruben van Gogh (geschreven naar aanleiding van de start van La Vuelta 2022 in Utrecht) op de trap van het Jaarbeursplein naar het Stadsplateau te Utrecht. Het gedicht werd op 8 augustus 2022 onthuld.

900569 Afbeelding van het gedicht "Koningslaan" van Els van Stalborch op de zijgevel van het huis Koningslaan 2 te Utrecht. Links een deel van het huis Koningslaan 1A.

904856 Afbeelding van het gedicht "Truus" (over verzetstrijdster Truus van Lier) van dichteres Hanneke van Eijken op de aan de Walsteeg gelegen zijgevel van het Grand Hotel Karel V te Utrecht.

904869 Gezicht in de Bokstraat te Utrecht, met rechts op de zijgevel van het huis Bokstraat 39 het gedicht "Bokstraat" van Ingmar Heytze.

840655 Afbeelding van het gedicht 'Wolvenplein' van Peter Drehmanns in een venster van de voormalige strafgevangenis (Wolvenplein 27) te Utrecht.

840653 Afbeelding van het gedicht 'Abstederdijk' van de Utrechtse dichter Ingmar Heytze, op de zijgevel van het voormalige schoolgebouw Abstederdijk 28 (St. Catharina Meisjesschool) te Utrecht.

840652 Gezicht op de voorgevel van het pand Abstederdijk 26 (links) en de zijgevel van het voormalige schoolgebouw Abstederdijk 28 (St. Catharina Meisjesschool), met het gedicht 'Abstederdijk' van de Utrechtse dichter Ingmar Heytze.

838412 Afbeelding van Els van Stalborch, dichteres en lid van het Utrechts Stadsdichtersgilde, tijdens het voordragen van een gedicht bij het programmaonderdeel "Pop-up Mariagedichten" in het Museum Catharijneconvent (Lange Nieuwstraat 38) te Utrecht, in het kader van de Culturele Zondag / Uitgesproken Utrecht 2017.

838194 Afbeelding van de tekst ''ik hou van de kunst van het wissen' Sarah', op de gevel boven de onderdoorgang in het flatgebouw Oranjerivierdreef 92-114 te Utrecht.

840211 Afbeelding van het gedicht 'Rhijnauwen' van J. Meulenbelt in een kastje langs de Weg naar Rhijnauwen te Utrecht, ter hoogte van restaurant Het Oude Tolhuis.

N.B. Op de achterzijde de toltarieven d.d. 22 maart 1831.

829973 Afbeelding van het gedicht "Leidseweg" van Ingmar Heytze, geschilderd op een paneel op de zijgevel van het appartementengebouw De Leidsche Poort, aan het begin van de Leidseweg te Utrecht.

833261 Afbeelding van een gevelsteen met een Latijnse tekst in de voorgevel van het Academiegebouw (Domplein 29) te Utrecht.

N.B. De tekst luidt:
'NASCITUR EX VARIIS RADIIS LUX CANDIDA SOLIS / ARTIBUS EX VARIIS UNICA FAX RADIAT'
(‘Geboren wordt uit allerlei stralen het witte licht van de zon, / uit allerlei kunsten en wetenschappen straalt één enkele fakkel’).

833289 Afbeelding van de lettersteentjes van het poëzieproject 'De Letters van Utrecht', in het plaveisel aan de Oudegracht westzijde tussen de Smeebrug en de Geertebrug te Utrecht.

N.B. De letters maken deel uit van het gedicht van Alexis de Roode met de tekst:
'Vertel ons wie je bent met elke stap. In ons verhaal verdwijnen wij vanzelf, en enkel jij blijft over op den duur. Jij en deze letters, die uit steen gehouwen zijn. Zoals de letters op ons graf.' Zie voor de ontwikkeling van dit 'eindeloze gedicht': www.delettersvanutrecht.nl.

833260 Afbeelding van de rijk versierde gevelsteen met een Latijnse tekst boven de ingang van de voormalige Hoofdwacht (Janskerkhof 30) naast de Janskerk te Utrecht.

N.B. De tekst van de Romeinse geschiedschrijver Sallustius luidt:
'CONCORDIA RES PARVÆ CRESCUNT' (‘Door eendracht groeien kleine zaken’). Dit was de zinspreuk van de Republiek der Verenigde Nederlanden.

833288 Afbeelding van de plaquette ter markering van de start van het poëzieproject de ‘Letters van Utrecht’, in het plaveisel voor het pand Oudegracht 279 op de hoek bij de Lange Smeestraat te Utrecht.

N.B. Op 2 juni 2012 heeft burgemeester Aleid Wolfsen het begin van het gedicht onthuld en werden de letters 1 t/m 648 in de straat gelegd, die met terugwerkende kracht aan de zaterdagen van 1 januari 2000 t/m 26 mei 2012 waren toegekend. Zie voor de ontwikkeling van dit 'eindeloze gedicht': www.delettersvanutrecht.nl.

833287 Afbeelding van het tekstpaneel met dichtregels van de dichter Hendrik de Vries (1896-1989), in de sokkel van het Monument voor Gevallen Spoorwegpersoneel, bij het Hoofdadministratiegebouw van de N.S. (HGB III, Moreelsepark) te Utrecht.

N.B. De tekst van de dichtregels luidt:
'AAN HEN DIE NIMMER BUKTEN / ‘T GEHEIM EN HECHT VERBOND VAN WREKERS DER VERDRUKTEN / VOOR WIE GEEN RECHT BESTOND. / DER WEERLOOS WEGGERUKTEN / GEKWELDEN EN GESARDEN / WAAR ZOVEEL WACHTENSMOEDEN / IN ROUW EN VREES VERSTARDEN / WAT SLAGEN OOK MISLUKTEN / WAT MAKKERS WREED VERBLOEDDEN / ZIJ STREDEN EN VOLHARDDEN.'.

833285 Afbeelding van een gevelsteen op de achtergevel van het voormalige Oud-rooms-katholieke weeshuis (Mariahoek 16-17) te Utrecht.

N.B. De tekst op de gevelsteen luidt:
'DE OUDERLOOSE JEUGDT / VINT HIER HAER KOST EN KLEEREN / EN LEERT DOOR WAERE DEUGDT / GODT EN REGENTEN EEREN / G. CESARIUS / A.V. THIENHOVEN / HUIJSMEESTERS IN DER TIJDT / Ao. 1739.'

833277 Afbeelding van het gedichtje van oskar (9 jr) op een paneel bij de speelplaats van de Agatha Snellenschool (Nicolaasdwarsstraat 3) aan de Wijde Doelen te Utrecht.

N.B. De tekst van het gedichtje luidt:
'110 mieren in het gras / Ik wou dat ik één van hen was / Dan kan ik kruipen en klim[m]en / En overal naar binnen / 110 mieren in het gras / Ik wou dat ik één van hen was'.

833276 Afbeelding van het uitgefreesde gedicht in de garagedeuren van de expeditie in winkelcentrum The Wall (Hertogswetering) te Utrecht.

N.B. De tekst van het gedicht luidt:
'af en aan zie ze van verre komen / soms alleen of in lange stromen / en dan wachten met vele vrachten / open sluiten open sluiten / ga zo maar door'.

833275 Afbeelding van een bord met daarop het gedicht 'Rhijnauwen' van J. Meulenbelt, aan de Weg naar Rhijnauwen ter hoogte van restaurant het Oude Tolhuys te Utrecht.

N.B. De tekst van het gedicht luidt:
'Moe landschap ligt, door bromfietsen en bussen / vroeg in de zomer al van streek geraakt / door een te grote stad murw gemaakt / te welken in de herfstzon langs de lussen. / Van de te kromme stroom, die in de knusse / laaglandelijke rust zijn omloop staakt, / nu wel voor- goed aan lager wal geraakt / met weggetjes en weilanden ertussen. / Dit heet natuur. / Hier zou het ware wezen, / aan de moderne mens geopenbaard, hem drenken aan de oorsprong en genezen. / Ik acht het qua natuur geen stuiver waard, / maar vind het wel, hoe ook de rest mag wezen, / het meest verrukkelijke oord op aard.'.

833274 Afbeelding van de putdeksel met daarop een strofe van het gedicht 'Bemuurde Weerd' van de dichter J.C. Bloem (1887-1966), op de werf langs de Oudegracht-oostzijde bij de Bakkerbrug. Het gedicht is geplaatst ter gelegenheid van de voltooiing van de 'riolering grachten' op 15 maart 1990.

N.B. De tekst van de dichtregels luidt:
'HET WATER STROOMT NOG DOOR DEZELFDE SLUIS / ALS TOEN EN MAAKT HET EENDERE GERUISCH / DE HUIZEN AAN DE WATERKANT DAARNEVEN, / ZIJN FEITELIJK OOK ONAANGERAND GEBLEVEN. / ALLEEN NABIJER IS, VOOR WIE ZE ONTVLOOD, / DE ZEKERHEID VAN DE IMMINENTE DOOD'.

833245 Afbeelding van een tekstfragment van de Utrechtse schrijver C.C.S. Crone (1914-1951), geschilderd op de zijgevel van het Miquelhuis (Nieuwegracht 187) te Utrecht, bij de oude Hortus botanicus.

N.B. De tekst van het fragment luidt:
'Zo mooi als dat keer waren de kastanjebomen nooit geweest / vermoedde ze. / Wie voorbij de Magdalenabrug / Onder de Linden liep, en nergens / stilstond van bewondering / was zeker stekeblind'
Dit gedeelte van de Nieuwegracht werd vroeger ‘Onder de Linden’ genoemd.

833243 Afbeelding van een geschilderde tekst van de Utrechtse schrijver C.C.S. Crone (1914-1951), op de zijgevel van het pand Lichte Gaard 8 te Utrecht.

N.B. De tekst luidt:
'Later stond hij in de Lichte Gaard naar de sterren te kijken. / Nu had hij bij zijn verdriet nog de hik gekregen.'

833297 Afbeelding van het gedicht 'Het Hanengeschrei' van de schrijver Kees Stip (1913-2001), in een houten lijst aan de noordzijde van het Hanengeschrei bij de Vismarkt te Utrecht.

N.B. De tekst van het gedicht luidt:
'Ik heb haar gezoend in het Hanengeschrei / Bij de automaat aan de Choorstraat / Terwijl ze garnalencroquetjes at / Of wat daar gewoonlijk voor doorgaat.
Er glommen lichtjes op haar lip / Van een eenzame oude lantaren / In de verte knarste de Zeistertram / En de avondwind woei door haar haren.
Ik zei tegen haar: 'Doe die lichtjes uit, / Anders sta ik niet meer voor mezelf in'. / En toen ze weer aangingen zette de Dom / het voorspel van kwart voor elf in.
Voor deze zoen mag de duivel mijn ziel, / En mijn lichaam de schillenboer halen. / Ik proefde de eeuwige zaligheid / En een klein beetje ook de garnalen.'