De voorstelling is een verkleinde navolging van een tweebladig prospect van Probst naar Werner (vgl. bijv. catnrs. RI-125 en RI-128), uitgegeven na 1750.
Boven de prent Duitse verklaring (1-22) aan weerszijden van een medaillon met portret van Fridericus I.
Literatuur: P. Ratsma, Prospecten, Rotterdam (1997), 63-65, 93-96 & 135, nr. 101, afb. 5.24.

Serie 1875 -1884 Wandelingen door Nederland.....
Als 1973-4366 (neg. G 7980).
8 afbeeldingen op 2 bladen: IV 16-1 en -2.

Literatuur:1) N.W. Hasler, Die Rheinreise […], grafisches Meisterwerk von Louis Bleuler, in Librarium, 54, Heft 2-3 (2011); 2) P. Ratsma, Prospecten (1997), 69 en afb. 3.55.

Behoort tot de serie `Voyage pittoresque aux bords du Rhin et de la Suisse. Rheinreise. Von den Quellen bis zur Mündung', die 80 getekende stadsgezichten omvat. Tekeningen van Johann Ludwig (= Louis) Bleuler uit de jaren 1827 tot 1842/1843.
Datering van het gezicht op Rotterdam. De in 1836 voltooide koepel van de Sint-Dominicuskerk is afgebeeld. In 1843 voltooide Bleuler de serie. Datering derhalve tussen 1836 en 1843.
De tekeningen (gouaches) van Bleuler werden door Bleuler zelf als serie uitgegeven in de vorm van aquatinten (cat.nr. III-112-01). De afbeeldingen werden ook afzonderlijk verkocht als aquatinten die handmatig als gouaches (cat.nr. III-112) werden ingekleurd.

Lit: Ratsma, Prospecten, 78 & 118, nr. 28.

Uit/in: Jan François le Petit, Nederlantsche Republycke (Arnhem, Ian Ianszen, 1615). Bibliotheek 42-E-38.

Uit: Ansichten Niederländicher Städte, Verlag von K. Baedeker in Koblenz. Rotterdam bei A. Baedeker; waarschijnlijk uitgegeven 1840 (vestiging van A. Baedeker in Rotterdam) à 1841 (sterfjaar van de graficus Rudolf Bodmer) of iets later.
Vermelding uitgevers [onder de titel]: Verslag von K. Baedeker in Koblenz. Rotterdam bei A. Baedeker.
Prenten uit de serie in de collectie van Stadsarchief Rotterdam: III-106, Rotterdam van de Plantagie; VII-416, Rotterdam van de Spaanse kade; IX-1079 & 1973-5011, Rotterdam. De grote Markt; III-106, III-107 & 1973-5169, Rotterdam van het Ponteveer.
Literatuur: Ratsma, Prospecten van Rotterdam, 69-70 en afb. 3.57.

Blad van een vierbladig gezicht op Rotterdam (cat.nrs. III-31-A, -B, -C en –D). De bladen zijn gedrukt van dezelfde koperplaat als het eenbladig prospect met cat.nr. III-31-01 (Repertorium nummer 54, uitgave van Vincenzo Coronelli 1690 à 1700); de koperplaat is hiervoor verzaagd. Op elk blad is de titel `Veduta di Rotterdam’ toegevoegd. Op een afzonderlijk blad (cat.nr. 1990-68) is een nieuwe titel voor het geheel toegevoegd: `ROTERDAM, Rappresentato in Differenti Vedute’. Waarschijnlijk is dit een uitgave van omstreeks 1700, mogelijk ook van Coronelli.
Lit. Ratsma, Prospecten, 53-65, 78, 119, 122, nr. 55, afb. 3.28 en 3.29.

Afgesneden exemplaar. In de rechter benedenhoek: 2.
Lit. Ratsma, Prospecten, 127, nr. 72, afb. 5.14.

De weergave van de topografie is via enkele tussenfasen gebaseerd op het in 1665 door Jacob Quack uitgegeven zesbladige prospect van Rotterdam. Wel uitgebreid naar het oosten, maar in spiegelbeeld weergegeven.

Mogelijk het rechter blad van een tweebladig prospect.
Lit. Ratsma, Prospecten, 122, nr. 57, afb. 5.03.

Het complete prospect is waarschijnlijk een navolging van een dergelijk gezicht van Caspar Merian uit 1653/'54, dat de topografie van omstreeks 1638 weergeeft.

Opticaprent, uitgegeven in Augsburg door Georg Balthasar Probst, waarschijnlijk tussen 1781 toen hij onder eigen naam begon te publiceren, en 1801 toen hij overleed.
De weergave van de topografie is een verkleinde, maar tamelijk nauwkeurige navolging van het tweebladige prospect van Johann Balthasar Probst (zie cat.nrs. III-48 & -49), waarvan de voorstelling omstreeks 1734 kan worden gedateerd.
Literatuur: P. Ratsma, Prospecten, Rotterdam (1997), 63-65, 93-96 & 132, nr. 93, afb. 5.20.

Verkleinde en versimpelde navolging van het door Engelbrecht uitgegeven prospect (cat.nrsRI-127 en 1973-4743) dat weer gebaseerd is op het tweebladige propect van Johann Friedrich Probst en Werner, waarvan de voorstelling omstreeks 1696 gedateerd kan worden.
In de linker bovenhoek: VI.
Uitgever A. Sommer was werkzaam omstreeks 1800 (Bénezit, Dictionaire critique et documentaire des peintres, sculpteurs [...], VIII (1976), p. 18 en 22).
Literatuur: P. Ratsma, Prospecten, Rotterdam (1997), 63-65, 93-96 & 134-135, nr. 100, afb. 5.23.

In/uit: S. Ireland, A picturesque tour through Holland […], I (London, Egerton, 1790] (bibl. 75 B 2 / 75 B 1). Beschrijving van Rotterdam op p. 19-40 met meer afbeeldingen.

Literatuur: P. Ratsma, Prospecten, Rotterdam (1997) 138, nr. 122 & afb. 5.28.

Auteur: in the `Preface' van het boek wordt als vervaardiger van de gravures genoemd (p. xi-xii) Cornelius Apostool uit Amsterdam. De tekenaars waren `natives of the various places'. Schrijver vermeldt (p. 39) drie levende Rotterdamse kunstenaars `of some eminence', namelijk vader en zoon Van Nymegen, [Dirk] Langendyck en Molyn; mogelijk is een van hen de tekenaar. De tekeningen zijn tijdens de reis gemaakt, dus te dateren in 1789.

Lit. 1) Ratsma, Prospecten, 130, nr. 82, afb. 5.18; 2) Roterodamum Illustratum, nr. 129a.

Navolging van de bladen 2 t/m 5 van het zesbladige prospect van Rotterdam door Jacob Quack uit 1665.
Exemplaren: RI-129a en III-64.
Opticaprent. De voorstelling is een verkleinde uitgave van die van Van Ryne & Bowles (vgl. cat.nrs. III-63, 1973-4746 & 1973-5096). Uitgever onbekend, na 1752.

Literatuur: P. Ratsma, Prospecten, Rotterdam (1997), 63-66, 68, 93, 96, 98-99, 131-133 & 136, nr. 112, afb. 3.46.

Opticaprent. Getrouwe navolging van gravure van Sallieth naar D. de Jong (zie bijv. cat.nrs. RI-137, RI-138, III-70-1 & -2). De uitgaven vanr Georg Balthasar Probst moeten gedateerd worden tussen 1781 en 1801.

Als: 1973-4320, zie ook III-114 en RI-98.
Er bestaan twee versies van deze prent.
1) Door Eberhardt Kieser in 1623 in de Thesaurus Philo-Politicus, met rechts boven de prent het nummer 43 zonder het wapen van Rotterdam midden boven op de prent.
2) Door Paulus Fürst in 1638 in de Sciographia cosmica, met rechts boven de prent de signatuur E49 en met het wapen van Rotterdam en de tekst ‘Rotterdam in Holland’ midden boven op de prent. Hiertoe behoren de catalogusnummer III-15 en 1973-4320.
Het gezicht op Rotterdam op de achtergrond is ontleend aan het prospect van Braun & Hogenberg uit 1575. Datering stadsbeeld Rotterdam: 1574 [inundaties i.v.m. ontzet van Leiden] à 1576.
Lit: 1) Ratsma, Prospecten, 45 (met afb.) & 117, nr 20; 2) Ratsma, Zeer zonderlinge afbeelding, in Rott. Jaarb. 1993.

Naar Haestens, uitg. Janssonius, Franse tekst

Achterzijde: Franse tekst, pag. nr. 344.
Niet geïdentificeerde uitgave. Genummerd 344.
Lit: Ratsma, Prospecten, 78 & 118, nr. 31.

Het exemplaar van de `Maaskaart’ in Stadsarchief Rotterdam is geheel losbladig. Een montage van de bladen, gereconstrueerd door B. van ’t Hoff, is in 1965 in reproductie uitgegeven, tezamen met zijn boekje `Jacob Quack, postmeester van Rotterdam’. Deze reproductie van de complete `Maaskaart’ is hierbij afgebeeld.
Lit. 1) Ratsma, Prospecten, 57-58, 84-88 en 124-125, nr. 64, afb. 4.17 & facs. 5; 2) Roterodamum Illustratum, nr. 117.

Serie 1875 -1884 Wandelingen door Nederland.....
8 afbeeldingen op 2 bladen: IV 16-1 en -2.

Opticaprent, gegraveerd door T. Bowles naar een tekening van Peter van Ryne, oorspronkelijk uitgegeven te Londen door Henry Overton en Robert Sayer in 1752. Van dezelfde koperplaat afgedrukt en uitgegeven te Londen door Laurie & Whittle in 1794. In de rechterbovenhoek: 58.
Exemplaren: III-63, 1973-4746, 1973-5096.
Lit. Ratsma, Prospecten, 58, 128, nr. 76.

Opticaprent, gegraveerd door T. Bowles naar een tekening van Peter van Ryne, gedrukt en uitgegeven te Londen door Henry Overton, mede uitgegeven door Robert Sayer te Londen, 1752.
Navolging van de bladen 2 t/m 5 van het zesbladige prospect van Rotterdam door Jacob Quack uit 1665.
Lit. Ratsma, Prospecten, 58, 128, nr. 74, afb. 3.36.

Uit: Ausführliche und grundrichtige Beschreibung […} (Franckfurt und Leipzig, Riegel, 1691). Bibl. 54-A-2.

Lit. 1) Ratsma, Prospecten, 56 en 124, nr.63 en afb. 5.08; 2) Hannon, Ratsma & Zevenbergen, Catalogus van Atlassen, nr. 50.