Aan de voorzijde van het scherm is het geborduurde wapen van Rijnland aangebracht. Aan de andere zijde is de boezemkaart van Rijnland uit 1917 opgeplakt. Het scherm is gevat in een brede geprofileerde lijst met canelures, op gebeeldhouwde voet.

Oude gewelfde kelder. Ooit opslagplaats voor turf en later kolen. Deze ruimte behoort tot één van de oudste ruimten van het oorspronkelijke huis. De ruimte is nu ingericht als vergaderruimte.

Deze wapenruitjes zijn uitvoerig omschreven onder KGV-nummers 000060 en 000059.

Op meerdere plaatsen in het pand zijn gebrandschilderde wapenruitjes terug te vinden. De belangrijkste wapens, die van de eerste dijkgraven van Rijnland, 4 stuks, zijn in de dijkgraafskamer geplaatst - vervolgens in de volgorde van belangrijkheid én in de andere ruimten, de wapens van de hoogheemraden, Holland, Haarlem, Leiden, Gouda etc. Deze laatsten zijn geplaatst in de Kleine of Rode Zaal. Meer informatie in het dossier 'Archief van Rijnland 1959-1986'.

Het horloge is na aankoop geplaatst op de galerij in het huis te Halfweg. Het is in 1862 of 1863 naar het gemeenlandshuis in Leiden gebracht. Staand horloge met een wijzerplaat, versierd met vrouwenkopjes in de hoeken en twee cornucopia, hoornen van overvloed, aan weerszijden van het naamplaatje in de lunet. De wijzerplaat geeft de uren-halve uren-kwartieren-iedere 5 minuten-iedere minuut-iedere 5 seconden-iedere seconde. De wijzerplaats geeft tevens de datum aan. 'Tot hun contentement gemaeckt', pag. 143 e.v. no. 8.1.
Het horloge bestaat uit een eikenhouten met notenhout belijmde kast. Het uurwerk daarin bestaat uit gaandwerk met ankergang, met een secondeslinger één week lopend: slagwerk met sluitschijf op één b

Borden als deze hingen aan de gevel van het Rijnlands huis aan de Breestraat in Leiden. Aan de borden werden de keuren bevestigd, verordeningen die het hoogheemraadschap uitvaardigde zoals "het verboth om sant, puyn, aerde of iets anders in het water van de Gouwe te werpen". Ook werden er opsporingsberichten op bekend gemaakt, zoals bijvoorbeeld voor "de booswichten die schade aan de Spaarndammerdijk toebrengen".

Op meerdere plaatsen in het pand zijn de gebrandschilderde wapenruitjes terug te vinden. De belangrijkste wapens, die van de eerste dijkgraven van Rijnland, 4 stuks, zijn in de dijkgraafskamer geplaatst - vervolgens in volgorde van belangrijkheid én in andere ruimten, de wapens van de hoogheemraden, Holland, Haarlem, Leiden, Gouda etc. Deze laatsten zijn geplaatst in de Kleiene of Rode Zaal. Meer informatie in het dossier 'Archief van Rijnland 1959-1986, inv.nr. 604'.

Op meerdere plaatsen in het pand zijn de gebrandschilderde wapenruitjes terug te vinden. De belangrijkste wapens, die van de eerste dijkgraven van Rijnland, 4 stuks, zijn in de dijkgraafskamer geplaatst. Vervolgens, in volgorde van belangrijkheid én in de andere ruimten, de wapens van de hoogheemraden, Holland, Haarlem, Leiden, Gouda etc. Deze laatsten zijn geplaatst in de Kleine of Rode Zaal. Meer informatie in het dossier: 'Archief van Rijnland 1959-1986, inv.nr. 604'.

De schoorsteenboezem werd in 1663 door de beeldsnijder Gerrit Goosman versierd. Uit zijn rekening blijken de werkzaamheden, die niet alleen het snijwerk aan de schoorsteen betroffen maar ook dat van de kroonlijst en de kapitelen. Voor de schoorsteen maakte Goosman de kroonlijsten, de friezen, de mascaron, de voluten aan weerszijden van het schilderij en de festoenen aan de zijkanten van de schoorsteenmantel en de aansluitende muurvlakken. In plaats van de huidige schildering in de cartouche onder de mascaron was door Goosman het wapen van Rijnland gesneden ('Tot hun contentement gemaeckt', no.1.3). Meer informatie over het snijwerk is te vinden in 'Tot hun contentement gemaeckt', pag. 39 e.v. no.1.2.

Notenhouten stoel waarvan de armleggers zijn voorzien van acanthusbladmotieven. De armleggers zijn balustervormig. Het onderstel bestaat uit een H-vormig kruis en poten en sporten zijn voorzien van huizen en geledingen. De bekleding is nieuw (1987). Dit type stoel is Noord-Nederlands. In 1971 gerestaureerd door Hoogsteder N.V. te Den Haag. Afmetingen: br. 63,5 cm. h. 119 cm. zith. 47 cm. en d. 54 cm. 'Tot hun contentement gemaeckt', pag. 147, no. 8.9.

De stoel is bekleed met zogenaamd 'oud trijp' en franje. De rug en zitting zijn gemaakt van houten planken. De stoel heeft slanke kolompoten en sporten verbinden de 4 huizen met elkaar. Het model is Noord-Nederlands. De stoel heeft een notenhouten onderstel. Dit is gerestaureerd in 1986 of 1987. Afmetingen: br. 51,5 cm., h. 98,5 cm. zith. 51,5 cm. en d. 42 cm. 'Tot hun contentement gemaeckt', pag. 147, no. 8.8.

Rijnland bezit 7 stoelen van dit model. In 1971 werden een aantal replica's van deze stoelen gemaakt door Hoogsteder N.V. te Den Haag. Afmetingen: br. 48 cn. h. 95 cm. en zith. 44 cm. d. 39 cm. Restauraties in 1971 door Hoogsteder N.V. te Den Haag. 'Tot hun contentement gemaeckt', pag. 148, no. 8.13. Zie ook pag. 148, no. 8.11.

Verblijfplaats dijkgraafskamer. Rijnland bezit 2 stoelen in Lodewijk XVI-stijl.
In 1971 werden een aantal replica's van deze stoelen gemaakt door Hoogsteder N.V. te Den Haag.
De br. is 53 cm, h. 95 cm. en d. 43,5 cm. 'Tot hun contentement gemaeckt', pag 150, no. 8.14. Zie ook pag. 148, no. 8.11.

De schoorsteenmantel is afkomstig uit de Blauwe Zaal. Houtsnijwerk in linden en eiken van Gerrit Goosman (1676); Friese stijl met acanthusbladeren en pijnappels. Ook snijwerk van Hermanus van Groen (1689) en Cornelis Bavelaar (1804). Het portret (anoniem, 15e eeuw) is van Willem II, graaf van Holland en Rooms-Koning, ca. 1255. Het opgeheven zwaard is symbool voor zijn sterven op het slagveld (tegen de West-Friezen) Hij was toen 27 jaar. Het portret is afkomstig uit de Blauwe Zaal (oorspronkelijk eetzaal).'Tot hun contentement gemaeckt', pag. 47, no.1.5.

De Chinese kom is bewijsbaar aanwezig in Rijnlands collectie sinds 1906 (fotocollectie, nr. 2158). De kom is te dateren als K'ang Hsi (1662-1722), waarschijnlijk uit het eerste kwart van de 18e eeuw. De kom heeft een beschildering aan binnen- en buitenzijde in onderglazuur blauw. Op de buitenzijde is een buitenterras weergegeven, waarop een (hof?-) ceremonie is afgebeeld. Rechts van een tafeltje zit een man met zijn gevolg, links een vrouw met haar gevolg. Op de voorgrond zitten kinderen. Op de achtergrond is een kamerscherm opgesteld een ter weerszijden van dit scherm heeft men zicht op een rotsachtig landschap. Aan de binnenzijde op de bodem, het plat, is een boeddhistische monnik, gezeten op een tak boven een waterrijk landschap weer gegeven. 'Tot hun contentement gemaeckt', pag. 135, no. 6.1.

Keuren zijn van oudsher verordeningen van het waterschap waarin geboden en verboden betreffende de waterstaat en aanverwante onderwerpen opgenomen zijn.

Op meerdere plaatsen in het pand zijn gebrandschilderde wapenruitjes aangebracht. In de dijkgraafskamer zijn 4 van dergelijke ruitjes geplaatst. Dit zijn de belangrijkste wapens, namelijk die van de eerste dijkgraven van Rijnland. In volgorde van belangrijkheid komen daarna de wapens van de hoogheemraden, Holland, Haarlem, Leiden en Gouda. Deze laatste komen dan op de B.G. in de Kleine of Rode Zaal. Meer informatie in het dossier: 'Archief van Rijnland, 1959-1986, inv.nr. 604'.

Op meerdere plaatsen in het pand zijn de gebrandschilderde wapenruitjes terug te vinden.
De belangrijkste wapens, die van de eerste dijkgraven van Rijnland, 4 stuks, zijn in de dijkgraafskamer geplaatst. Vervolgens in volgorde van belangrijkheid én in andere ruimten, de wapens van de hoogheemraden, Holland, Haarlem, Leiden, Gouda etc. Deze laatsten zijn geplaatst in de Kleine of Rode Zaal. Meer informatie in het dossier: 'Archief van Rijnland 1959-1986, inv.nr. 604'.

Oorspronkelijk gebouwd als keuken. Aanwijzing daarvoor is de grote schouw. De schoorsteenmantel is afkomstig uit de Blauwe Zaal. Het houtsnijwerk in linden en eiken is van Gerrit Goosman (1676); zgn. Friese stijl met acanthusbladeren en pijnappels. Het portret (anoniem, 15e eeuw) is van Willem II, graaf van Holland en Rooms-Koning ca. 1255. De dijkgraafskamer was tot 2000 in gebruik als kantoor- en vergaderruimte van de dijkgraaf.

Boekenkast met 4 balpoten, voorzien van muizendicht gaas voor de 2 deuren. Daarboven een lade met ingewerkt medaillon met Rijnlands wapen in hout gesneden, achter ovaal glas.

Keuren zijn van oudsher verordeningen van het waterschap waarin geboden en verboden betreffende de waterstaat en aanverwante onderwerpen opgenomen zijn.

De eikenhouten tweedeurskast, aanwezig in de dijkgraafskamer, staat op 5 poten, waarvan de 3 voorpoten gedraaide klossen zijn. De architectonische geleding van de kast wordt versterkt door het gebruik van ebbehout. De zwikken zijn rijk versierd met acanthusblad en bloemenrankmotieven aan weerszijden van een vaas met bloemen. Eenzelfde vaas met bloemen bevindt zich in het fries en wordt daar vastgehouden door 2 putti. Het fries bestaat verder uit acanthusblad, schelp- en bloemenrankmotieven en wordt aan weerszijden afgesloten door een putto. De boogvormige onderregels van de kast zijn eveneens versierd met bloemmotieven. De kast is in de 18e eeuw gemaakt en past in een 17e eeuwse traditie. Het samengestelde karakter, de vorm van de versieringsmotieven en de matige uitwerking wijzen hierop. De breedte van de kast is 197 cm., de diepte 66 cm. en de hoogte 205 cm. In een inventarisatie van roerend erfgoed t.b.v. de verzekering wordt deze kast omschreven als een Utrechtse kuifkast (1650-1660). Zie 'Tot hun contentement gemaeckt', pag. 152 e.v. nr. 8.22.

Doorsnede 31 cm.

Eetzaal toen het huis nog werd bewoond. In 1867 verbouwd tot kantoor van de rentmeester. Bij de restauratie ca. 1960 - 1970 teruggebracht in oorspronkelijke staat. Schoorsteenmantel is daarvoor nieuw gemaakt (lijkt marmer, is echter hout). In gebruik als reguliere vergaderzaal van het dagelijks bestuur tot de verhuizing van de organisatie naar het nieuwe pand. Thans incidenteel in gebruik als vergaderruimte.

Afmetingen: 112 x 27,5 x 76 cm.