0001.02 Superintendenten belast met het beheer van de voormalige kloostergoederen, 1361-1810 ( Archief Eemland )
0001.02
Superintendenten belast met het beheer van de voormalige kloostergoederen, 1361-1810
Beschrijving van het archief
Archiefvorming
Geschiedenis van de archiefvormer
0001.02 Superintendenten belast met het beheer van de voormalige kloostergoederen, 1361-1810
Beschrijving van het archief
Archiefvorming
Geschiedenis van de archiefvormer
Aan het einde van de 14e en in de loop van de 15e eeuw vestigden zich diverse kloostergemeenschappen in Amersfoort die voortkwamen uit de beweging van de Moderne Devotie. Dit waren het Sint Agnesklooster, het Sint Aagtenklooster, het Sint Barbaraklooster, de Sint Janskapel, de Minderbroeders in de Observant en de Celzusters, afkomstig uit Amsterdam. Na verdrijving van de fraters van Sint Jan, verdacht van ketterij, vestigden de Regulieren van het klooster Vredendaal bij Utrecht zich in de kapel in 1529. In 1547 kochten de broeders van De Birkt het terrein van de Celzusters en bouwden het klooster Mariënhof aan de Kleine Haag.
Na de reformatie (1579) werden de kloostergoederen beheerd door het stadsbestuur. De kloosterlingen mochten in de gebouwen blijven maar geen nieuwe leden aannemen. Na overlijden van de laatste kloosterlingen werden de gebouwen voor andere doelen gebruikt. Van het Observantenklooster werd de kapel gesloopt en de rest van de gebouwen door de schutterij gebruikt (de Doelen). Later was er de stadsherberg gevestigd. In 1622 kwam in het Sint Agnesklooster de Latijnse school. Later werd ook een deel van het Sint Barbaraklooster hiervoor gebruikt. Beide gebouwen zijn in de 19e eeuw gesloopt. Het klooster Mariënhof werd in gebruik genomen als burgerweeshuis. Het Sint Aagtenklooster werd verkocht aan Amsterdamse kooplieden die er een lakenfabriek begonnen.
In 1598 werden leden van het stadsbestuur aangewezen voor het toezicht op het beheer van de kloostergoederen, de superintendenten. Voor de mannen- en vrouwenkloosters werden aparte superintendenten en rentmeesters aangesteld.
De eigendommen bestonden uit onroerend goed. Veel goederen waren gelegen in de buurt van de kloosters. Buiten de stad lagen de goederen vooral in het noordoosten van de provincie Utrecht. Via het klooster Vredendaal had het klooster van Sint Jan ook goederen in het westen van de provincie Utrecht en in Zuid-Holland. De belangrijkste inkomsten werden gevormd door de pachtopbrengsten en de verkoop van hout.
In de Bataafs-Franse tijd werden kloostergoederen samengevoegd tot de zogenaamde stadsbuitengoederen. Veel goederen zijn in de Franse tijd en erna verkocht vanwege de slechte financiële toestand van de stad.
laatste wijziging 20-12-2023
2.077 beschreven archiefstukken
Beschrijving van de series en archiefbestanddelen
laatste wijziging 20-12-2023
2.077 beschreven archiefstukken
Kenmerken
Datering:
1361-1810
Inventaristitel:
A.F.M. Reichgelt, Inventaris van de archieven van het Stadsbestuur van Amersfoort, 1300-1810. (Amersfoort, 2003) inv. nrs. 2296-4887
Soort toegang:
inventaris
Depotlocatie:
Amersfoort
Auteur:
Ton Reichgelt
Omvang:
7,5 meter
Herkomst:
wet
Opmerkingen:
Maakt onderdeel uit van het archief van het stadsbestuur bnr. 0001.01
Citeerinstructie:
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste eenmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Archief Eemland, Amersfoort. Toegang 0001.02 Superintendenten belast met het beheer van de voormalige kloostergoederen, 1361-1810
VERKORT:
NL-AmfAE 0001.02
VOLLEDIG:
Archief Eemland, Amersfoort. Toegang 0001.02 Superintendenten belast met het beheer van de voormalige kloostergoederen, 1361-1810
VERKORT:
NL-AmfAE 0001.02
Geografische namen:
laatste wijziging 20-12-2023
2.077 beschreven archiefstukken