01.075 Landen van Overmaas ( Historisch Centrum Limburg, te Maastricht )
01.075
Landen van Overmaas
Inleiding
De landen van Overmaas na het tractaat van Fontainebleau van 8 november 1785
01.075 Landen van Overmaas
Inleiding
De landen van Overmaas na het tractaat van Fontainebleau van 8 november 1785
Een tweede wijziging van het gebied der Landen van Overmaas geschiedde ingevolge het verdrag tussen Keizer Joseph II en de Republiek der Verenigde Nederlanden op 5 november 1785 te Fontainebleau gesloten. Toen onenigheid was ontstaan over de Scheldekwestie, zijn ook de wederzijdse rechten, voortvloeiend uit het tractaat op 30 augustus 1673 te 's-Gravenhage tussen Spanje en de genoemde Republiek gesloten, geregeld. Ingevolge artikel XVIII beloofde deze laatste toen aan Spanje af te staan: Maastricht met het graafschap van de Vroenhof, haar geheel aandeel in de Landen van Overmaas en de aanspraken op de dorpen van de Redemptie, wanneer de Staten-Generaal mede door de Spaanse gewapende hulp niet gedwongen werden Maastricht of een ander van hun Staten aan Frankrijk af te staan. Spanje beloofde van zijn kant de aanspraken, die het huis van Nassau kon maken tengevolge van artikel XLV van het vredestractaat van Munster uit het jaar 1648, te zullen nakomen.
Het tractaat van 1673 werd nimmer uitgevoerd en pas 112 jaar later kwam aan de langdurige diplomatieke oorlog hieruit ontstaan een einde. De Staten-Generaal behielden, tengevolge van artikel XIV van het tractaat van 1785, Maastricht en de rest van hetgeen zij beloofd hadden af te staan, hun aandeel in de Landen van Overmaas incluis. De Republiek verbond zich daartegenover een som van 9.500.000 gulden uit te keren aan de keizer. *
Ten opzichte van de Landen van Overmaas kwamen door genoemd tractaat van 1785 de volgende wijzigingen tot stand. Art. XVIII bepaalde dat de Staten-Generaal aan de keizer zouden afstaan uit het Land van Daelhem: Olne, Trembleur, Feneur en Bombaye, de stad en het kasteel Daelhem. Zij behielden dan nog slechts de zeer kleine banken Cadier en Oost.
Ten opzichte van de Landen van Overmaas kwamen door genoemd tractaat van 1785 de volgende wijzigingen tot stand. Art. XVIII bepaalde dat de Staten-Generaal aan de keizer zouden afstaan uit het Land van Daelhem: Olne, Trembleur, Feneur en Bombaye, de stad en het kasteel Daelhem. Zij behielden dan nog slechts de zeer kleine banken Cadier en Oost.
Hiertegenover stond de keizer ingevolge artikel XIX aan de Staten-Generaal de volgende heerlijkheden uit het Land van Valkenburg af: Oud-Valkenburg, Schaesberg, Schin op Geul, Strucht en het klooster St. Gerlach onder Houthem, dat naar elders onder het gebied van de keizer zou overgebracht worden. Ingevolge datzelfde artikel stond de keizer af: zijn aanspraken op het gedeelte van Schimmert genaamd De Bies. Verder op dat gedeelte van De Bies dat altijd bijdroeg in de bede door de Staten-Generaal gevorderd daarin begrepen ca. 40 bunder welke gereclameerd werden door de inwoners van Nuth.
Verder zag de keizer af van zijn aanspraken op het gedeelte der heide en gebied bij Heerlen gelegen en waarop Ubach, Brunssum en Simpelveld rechten meenden te kunnen doen gelden. Dit onder beding dat de onderdanen van zijne Keizerlijke Majesteit, vrije doorgang en tolvrijheid zouden hebben over het gedeelte van de grote weg langs de grens van Kerkrade tot aan het Land van Terheiden.
Verder zag de keizer af van zijn aanspraken op het gedeelte der heide en gebied bij Heerlen gelegen en waarop Ubach, Brunssum en Simpelveld rechten meenden te kunnen doen gelden. Dit onder beding dat de onderdanen van zijne Keizerlijke Majesteit, vrije doorgang en tolvrijheid zouden hebben over het gedeelte van de grote weg langs de grens van Kerkrade tot aan het Land van Terheiden.
Bij artikel XXII stonden de Staten-Generaal hun aanspraken op Bernau in het Land van Daelhem af aan de Keizer, die in artikel XXIII zijn aanspraken op Elsloo afstond aan eerstgenoemden. *
De inbezitneming der verkregen heerlijkheden geschiedde van Staatse zijde door de heer van Panhuys, ontvanger generaal der beden in de Landen van Overmaas, Staatse partage, die daartoe tot speciale commissaris was benoemd door de Raad van State op 11 januari 1786. Van Spaanse zijde waren tot commissarissen benoemd De Bron, kolonel der ingenieurs van de Keizer en De Frankinet, hoog-drossaard van het Land van Daelhem, Spaanse partage. De overgave en overname geschiedde blijkbaar voor iedere plaats afzonderlijk.
Oud-Valkenburg werd tenminste op 13 juni 1786 plechtig overgedragen en overgenomen en de ambtenaren uit de eed ontslagen. Van deze gebeurtenis werd een procesverbaal opgemaakt, dat mede ten bewijs van acceptatie werd ondertekend door schout, schepenen, burgemeester, pastoor en enkele ingezetenen. *
Om toezicht te houden op het in acht nemen der grenzen van de Landen van Overmaas na de wijzigingen tengevolge van het tractaat van 1785, kreeg baron N.N. de Loe op 4 augustus 1786 commissie als speciaal commissaris van Louis Charles de Barbiano, plaatsvervangend landvoogd der Zuidelijke Nederlanden. *
Door dit tractaat was het Land van Daelhem Staatse partage, dermate verkleind dat het slechts uit Cadier en Oost bestond, samen wellicht niet meer dan driehonderd inwoners tellend.
Door dit tractaat was het Land van Daelhem Staatse partage, dermate verkleind dat het slechts uit Cadier en Oost bestond, samen wellicht niet meer dan driehonderd inwoners tellend.
De staten van de Landen van Valkenburg en 's Hertogenrade deden op 13 augustus 1787 het voorstel de schepenbanken Oud-Valkenburg, Schin op Geul en Strucht onder de hoofdbank Klimmen te brengen en Schaesberg onder die van Heerlen. Verder om Oost en Cadier bij het Land van 's Hertogenrade te voegen.
Bij resolutie van de Staten-Generaal dd. 26 januari 1789 werden deze twee dorpen dan ook verenigd met het Land van 's Hertogenrade. Staatse partage, dat voortaan de naam zou dragen van 'Geünieerde of gecombineerde Landen van Daelhem en 's Hertogenrade'. *
Bij resolutie van de Staten-Generaal dd. 26 januari 1789 werden deze twee dorpen dan ook verenigd met het Land van 's Hertogenrade. Staatse partage, dat voortaan de naam zou dragen van 'Geünieerde of gecombineerde Landen van Daelhem en 's Hertogenrade'. *
laatste wijziging 26-04-2024
10.250 beschreven archiefstukken
1.276 gedigitaliseerd
totaal 222.335 bestanden
Archieven van de Landen van Overmaas
laatste wijziging 26-04-2024
10.250 beschreven archiefstukken
1.276 gedigitaliseerd
totaal 222.335 bestanden
Bijlage: Korte beschrijving van de aktes van het archief van de Ridderleenhof Carsfeld te Gulpen LvO 9177-9184
laatste wijziging 26-04-2024
10.250 beschreven archiefstukken
1.276 gedigitaliseerd
totaal 222.335 bestanden
Kenmerken
Datering:
1411-1795
Auteur:
J.M. van de Venne
Omvang m1:
221 - 105 charters
Inventaris:
Inventaris van de archieven van de Landen van Overmaas, 6 delen (Maastricht z.d.), aangepast in 2017-2018
Opmerking:
Verschillende archiefblokken zijn overgedragen aan diverse Limburgse archiefdiensten of zijn verplaatst naar andere archieffondsen binnen het RHCL.
Categorie:
laatste wijziging 26-04-2024
10.250 beschreven archiefstukken
1.276 gedigitaliseerd
totaal 222.335 bestanden