Op verzoek van Ewout Voorsluis, schipper te Brielle, presenteert de notaris aan Frederik Karel van Berkefelt, commandant van het 2e bataljon infanterie Saksen-Gotha in garnizoen te Brielle, een wissel van f 1450. Geïnsinueerde zegt pas te betalen nadat hij met de oorspronkelijke trekker Vitjevene heeft gesproken.

Namens Verbrugge en Zoon, kooplieden te Rotterdam en afladers van het schip de Vrouw Anna onder schipper Roelof Here Spelde, op weg naar Altona liggende voor Brielle, stelt de notaris deze schipper aansprakelijk voor alle schade voortkomend uit zijn verzuim gebruik te maken van een gerede kans om uit te varen. De schipper stelt als verweer dat hij op de bewuste dag de luiken nog moest toeschappen die hij in opdracht van de heren Kalis, Kuiper en Van Dam had opengelegd. Daarna kon hij geen loods meer krijgen.

Namens J. van Rijkevorsel en Simon Rodenburg, kooplieden te Rotterdam, afladers van goederen aan boord van de Vrouw Anna onder schipper Roelof Here Spelde, onderweg naar Altona maar nu voor Brielle gelegen, stelt de notaris genoemde schipper aansprakelijk voor alle schade voortkomende uit zijn verzuim een goede gelegenheid om uit te zeilen te gebruiken. De schipper stelt dat bij het uitvaren van de overige schepen hij zijn luiken nog moest toeschalken en dat de commissaris van de zeeloodsen het daarna te laat vond om op die dag nog uit te zeilen.

In opdracht van Johannes Sandifort Johannesz. te Brielle vervoegt de notaris zich bij W.M.A. de Bruin, weduwe van Abraham Adriaan Huigens, in leven procureur te Brielle. Deze heeft insinuant gediend in diens zaak contra Nicolaas Bartholomeus van Dollen, eerste klerk ter secretarie van Holland, door het overlijden van E. van Dollen, weduwe van J.B. Bol te Rotterdam enig overgebleven executeur van het testament van Willemina Huberta van Dollen, weduwe van insinuants broer mr. Rochus Sandifort. Bij besluit van schepenen van Brielle dd 25-11-1805 is bepaald dat binnen vier weken rekening en verantwoording diende te worden afgelegd over:
- de boedel van insinuants vader Johannes Sandifort, overleden op 3-3-1779
- de boedel van Adriana 't Gilde, overleden op 28-6-1787
- de ambachtsheerlijkheid van de Oude en Nieuwe Struiten
- het bos Oosterhout onder Oostvoorne
- de vlastienden van Zuidland
- de boedel van genoemde broer
- verrekening van alle zaken tussen insinuant en de weduwe van genoemde broer
Al voor het overlijden van zijn broer was met tussenkomst van de heer Brox een begin gemaakt aan de verrekening, maar nog altijd zijn de daartoe benodigde stukken nog niet overhandigd. Insinuant eist deze per omgaande.
Geïnsinueerde 'zal er de voogden kennis van geven'.