Uw zoekacties: Israël Nathan

Alle personen ( Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC) )

Archieven.nl bevat veel bronnen waarin personen centraal staan. Personen komen voor in allerlei bronnen, zoals geboorteakten, bevolkingsregisters, kerkelijke registers, maar ook in vergunningen en in audiovisueel materiaal. Vaak worden in een bron meerdere personen genoemd. Bij bijvoorbeeld een geboorteakte zullen naast het kind ook vaak de vader en de moeder genoemd worden.

 
 

Zoeken

Natuurlijk wilt u vinden wat u zoekt. Met een zoekterm in het algemene zoekveld, vindt u ongelooflijk veel treffers. Om het resultaat zo optimaal mogelijk te laten zijn, raden wij aan gebruik te maken van de verschillende zoekvelden en filters:

  • Achternaam
  • Tussenvoegsel
  • Voornaam
  • Rol (bijv. bruid, bruidegom, getuige)
  • Plaats
  • Bron (bijv. huwelijksakte, beeldmateriaal, bouwdossier)
  • Archiefdienst (hier treft u alle archiefdiensten en collectiebeherende instellingen die hun collecties presenteren op archieven.nl)
  • Periode

U kunt ook zoeken op meerdere personen, die samen op één bron staan. Klikt u op ‘+’ achter Persoon, dan kunt u een extra persoon toevoegen

Weergave resultaten

Rechtsboven in het scherm kunt de weergave van uw zoekresultaten aanpassen. Deze zoekingang maakt gebruik van de Tabelweergave of de detailweergave.

Wildcards

Het gebruik van wildcards vergemakkelijkt het zoeken:

  • Een ? (vraagteken) vervangt een letter
  • Een * (sterretje) vervangt een aantal letters
  • Door een $ (dollarteken) voor een zoekterm te zetten, zoekt u naar woorden die op elkaar lijken.
beacon
 
 
Schepenakte
90 Voor schepenen van Veghel verscheen Israël Nathan, wonende in Veghel, "zijnde een jood van competenten ouderdom en staande ter goeder naam en faam", die op verzoek van "den hoogschout" van Den Bosch een verklaring aflegt. Hij verklaart dat hij "op den elfden meij l(aatst)l(eden) des smorgens circa agt uuren te Berlicum ten huyse en herberge van Adriaan van Lid zeer toevallig gekomen zynde, om zyn reiszak af te haalen, welke hij comparant aan zekere Jacobus Van Kessel, woonende alhier, onderweg in den vroege morgen of des snagts om op de kar te leggen gegeeven had, aldaar onder het drinke van een borrel met eenige lieden in gesprek geraakt zynde op den gemeene haard een kooperen keetel zag staen, daar over gesprooken wierd, hoorende een der aldaar preesent zynde persoonen zeggen dat hij van het drage van die keetel sweeten en daar mede nog naar Den Bosch moest om die te verkoopen. Dat den comparant daar op geantwoord heeft: "Dien keetel zou ik niet sloopen laaten, maar zou hem voetstoots, zoo als hij daar staat, verkoopen, want den band weegt meer als het koper." Dat die persoon hem comparant daarop gevraagd hebbende: "Wild gij hem niet koopen?" Den comparant verder heeft geantwoord: "Jawel, als ik hem volgens waarde krijgen kan." Dat den comparant dien keetel van gemelde persoon na verschyde woordewisseling heeft gekogt voor een somme van ses guldens en een kan bier voor het heselschap, welke ook dadelyk gedronken wierd, en gemelde somme van ses guldens mede aanstonds aan de persoon in sesthalvens heeft betaald. Al het welk in bywezen van gemelde van Lid verdere huysgenooten en meer anderen lieden alzoo geschied is en dat hij comparant als doen die persoon niet kende en daar op geen kwaad vermoeden had. Dat den comparant vandaar vertrokken is om zyne reis na Holland voort te zetten, den keetel in gemelde herberg heeft gelaaten na alvoorens aan voornoemde Van Lid verzogt te hebben dien keetel met Sis Dorelaijers of met andere oratie na zijn comparants huys te zenden.
Vervolg:
Dat den comparant op den 21 meij daar aan volgende uijt Holland terug koomende in Den Bosch gemelde Van Kessel aantrof, welke hem het eerste gezegd heeft dat die keetel gemeynd was, zooals den comparant ook verders en savonds by zyne vrouw thuijs gekoomen zynde, gehoord heeft. Dat den comparant toen ook aanstonds gehoord heeft dat den persoon daar hij den ketel van gekogt has, genaamd was Piet Corsten, wonende te Dinther. Dat den comparant des anderen daags, zynde den 22 meij l(aatst)l(eden) op aanrading van sommige lieden, naar Dinther gegaan zijnde en ten huyse van gemelde Piet Corsten door een jonge heen geweezen, gekoomen is. De deur geopend aan eene vrouw aldaar gevraagd hebbende: "Is u man niet thuijs?" welke hem zijde dat hij te bed lag, en riep: "Piet. Hier is volk, die u moete spreyken." Dat toen aanstonts diezelfde persoon van welke de comparant den keetel gekogt heeft van het bed gekomen is. Dat den comparant aan hem gezegd heeft: "Dien keetel welke gij mij te Balcom bij Van Lid gepasseerde woensdag agt dagen verkogt hebt, heeft de regeering van Veghel aan mij huis afgehaald, dus verzoek ik dat gij mijn uitgeschote gelt weder terug geeft." Waarop den gemelde persoon zijde: "Kunne zij dar doen?" De comparant daar op verder zyde: "Kunne of niet kunne, het is gedaan. Ik moet mij geld terug hebben, dat ik u daar voor heb betaalt. Gij kund dan zien dat gij het uwe terugkrygd, daar gij den ketel van hebd, of ik zal u met regt aandoen," en verder bij den gemelde persoon op de restitutie dier penninge aangedrongen hebbende, heeft derzelve Piet Corsten eyndelijk aan den comparant beloofd de helft in de pinxterdagen te zulle geeven."
Persoon in schepenakte:
Adriaan van Lid  
Jacobus van Kessel  
Israël Nathan  
Sis Dorelaijers  
Piet Corsten  
Datering:
7-6-1803
Pagina:
165
Soort akte:
Attestatie
Plaats:
Veghel
Toegangsnummer:
7700
Inventarisnummer:
115
Bron:
Schepenbanken
Geografische namen:

Gebruik CTRL + scroll om te scrollen

Ga