Op 1 februari 1953 zorgde een springvloed voor vele dijkdoorbraken die grote delen van de provicie Zeeland, maar ook gedeelten van de provincies Zuid-Holland en Brabant onder water zette. Bij deze "Watersnoodramp 1953" kwamen ruim 1800 Nederlanders om. Mede vanwege de rechtstreekse radioverslaggeving maakt het gebeuren een grote indruk in het gehele land.
Hulp werd dan ook direct door velen aangeboden. Enige coördinatie werd snel belangrijk geacht, waarbij het "Nationaal Rampenfond 1953" werd opgezet met plaatselijke afdelingen. In Leeuwarden coördineerde het Gemeentebestuur vanuit het Stadhuis de acties. Er werd een geldinzalmeling gehouden onder particulieren, collectes gehouden bij kerken, bedrijven en verengingeenen. Verschillende instanties organiseerden speciale benefietacties. In totaal werd in Leeuwarden meer dan ƒ 470.000,- opgehaald en grotendeels overgeaakt aan het Nationale Rampenfonds.
Tot in het jaar 1958 werd speciale ondersteuning gegeven aan het dorp Kerkwerve op het eiland Schouwen-Duivveland. Ondermeer werd met deze steun een sporterrein aangelegd.
Het archief is rond 1960 in beheer van de Gemeentearchivaris gekomen. Geconstateerd is dat het niet volledig is omdat de in deze stukken waarin slechts sprake is van ƒ 320.000,-, genoemde opbrengst niet overeenkomt met het bericht in de Leeuwarder Courant van 10 maart 1953.
WvD augustus 2011