De inventarissen zijn aangemaakt in een databaseprogramma. Hierin bevat elk record de complete beschrijving van elk afzonderlijk archiefbestanddeel (classificatiecode, kopwoord, inhoudsomschrijving, looptijd en inventarisnummer). In de tekstverwerkingsversie i.c. Word hebben de inventarissen de vorm van een lijst van beschrijvingen, voorzien van hoofdstuk- en rubriekaanduidingen die overeenkomen met de uitgebreide inhoudsopgave. De hoofdstuktitels volgen in eerste instantie de hoofdrubrieken van de code VNG. Een verdere onderverdeling is gemaakt waar dat voor de duidelijkheid nodig was. De code VNG zet de beschrijvingen van onderwerpen in een logisch verband. Bij de inventarisatie is uitgegaan van het gebruiksgemak voor de raadplegers van de inventaris. Indien zaken bij meerdere onderwerpen aangetroffen werden c.q. ondergebracht konden worden, zijn deze toch zoveel mogelijk bij elkaar gehouden. Waar nodig zijn verwijzingen gemaakt.
Binnen de rubrieken zijn de archiefbeschrijvingen chronologisch geordend. Waar sprake is van een logisch verband tussen meerdere beschrijvingen of serievorming is het principe van de chronologie doorbroken. De term "stukken betreffende" aan het begin van de beschrijvingen, is weggelaten. Bij het beschrijven is telkens het onderwerp of de zaak aangeduid. Omdat de uiterlijke vorm van de aangetroffen beschrijvingseenheden altijd een omslag bleek te zijn, werd vermelding hiervan overbodig geacht.