Het begin van het werk van de Stichting lag in de jaren dertig, de periode van de grote werkloosheid. Haar doel was "met eerbiediging van de in de bevolking gevestigde godsdienstige en levensbeschouwelijke overtuigingen deskundige voorlichting te geven aan de volwassen bevolking van 's-Gravenhage bij de vervulling van haar taak in huishouden en gezin". Elke vrouw van 20 jaar en ouder kon zich bekwamen in koken, naaien, voedingsleer, hygiëne, handenarbeid, bloemschikken, woninginrichting, ziekenverzorging en het verzorgen en opvoeden van kinderen. De cursussen werden door vakleerkrachten - in vaste of losse dienst gegeven in wijk- en verenigingsgebouwen, clubhuizen en sociale wijkcentra. Verder waren er lozingen, demonstraties, filmvoorstellingen en propagandabijeenkomsten. Ook werd er sinds 1967 een vast spreekuur gehouden. In Den Haag was er samenwerking of contact met wijkcentra, clubhuizen, woonwagenkampen, het algemeen maatschappelijk werk, de kruisverenigingen, het bejaardenwerk, de gezinsverzorging en de Haagse vrouwenorganisaties. In 1968 droeg de Haagse afdeling 12% van de inkomsten af als bijdrage aan de Nationale Federatie voor Huishoudelijke en Gezinsvoorlichting.

De belangstelling voor het werk was groot. Ondanks de gevraagde cursusgelden kon de Stichting zichzelf niet bedruipen. Het Ministerie van C.R.M. en de gemeente 's-Gravenhage gaven de belangrijkste bijdrage. Mede daardoor was het mogelijk dat b.v. in 1965 er 5.389 cursisten waren, 616 dames lezingen bezochten, 606 dames demonstraties, 140 filmvoorstellingen en 205 propagandabijeenkomsten konden bijwonen. In 1967 werd de Prins Willemschool aan het Prins Willemplein verlaten voor het perceel Prinsegracht 72. Het nieuwe centrum beschikte over 2 verdiepingen. Op de eerste etage de grote leskeuken waarin 12 cursisten tegelijk zich in de kookkunst konden bekwamen. Op deze etage waren ook de afdeling documentatie en de administratie gevestigd. Op de tweede etage lagen twee cursuslokalen, de kamer van de directrice en de koffiekeuken. Lang zou de Stichting niet van haar nieuwe centrum genieten. Zij wordt in 1972 voor het laatst in de telefoongids vermeld en in mei van dat jaar werd haar archief door het ministerie van C.R.M. aan de gemeente 's-Gravenhage geschonken.

1972. A.M.J. de Haan.