Cornelia Philippi-Siewertsz van Reesema was actief in het onderwijs op basis van kinderpsychologie. Ze werd in Rotterdam geboren op 14 september 1880. Haar ouders hadden belangstelling voor opvoedkundige problemen en sociale hygiene. Ze studeerde in Leiden, Lausanne, Brussel, Parijs en Delft. Haar leermeesters waren de fysioloog Herzen, de psycholoog Binet, Decroly die in Brussel experimentele scholen stichtte en Beyerink, die in Delft college gaf in erfelijkheidsleer. Ze kwam in 1914 te Den Haag in contact met Maria Montessori, toen deze voor de vereniging voor Paedologische Lezingen (later de Stichting voor Kinderstudie) een voordracht hield. Op initiatief van de moeder van mevrouw Philippi kwam de eerste Montessori-school in Nederland tot stand. In 1917 volgde de oprichting van de Nederlandse Montessori-vereniging. Mevrouw Philippi maakte toen als lid van het hoofdbestuur het ontwerp voor de Montessori-opleiding in Den Haag. Sinds de oprichting in 1945 tot 1948 was ze hoofd van het Paedagogisch Centrum alhier. Naar haar denkbeelden zijn scholen gesticht in o.a. Den Haag, Eindhoven en Groningen. Van haar hand verschenen een boek getiteld Pioniers der volksopvoeding, een werk over prof. O. Decroly, alsmede vele tijdschriftartikelen.