Op 13 maart 1970 heeft de heer Sibolt Edzes te Assen een kerspelboek van Meeden aan het Rijksarchief in Groningen geschonken en op 23 juli 1971 schonk hij circa 25 charters die betrekking hadden op landerijen en behuizingen in Meeden.
Mevrouw Riksta Albertina de Boer-Venema heeft op 6 september 1978 12 charters en 1 stuk geschonken daterende uit dezelfde periode als de stukken van de heer Edzes, namelijk 2' helft 17' eeuw tot 2' helft 18' eeuw.
Op 7 november 1978 zond de heer Edzes nog 2 akten benevens een aantal foto's in bruikleen.
Mevrouw de Boer, die tevens een aantal afstammingslijsten ter inzage meezond, deelde mee dat de door haar geschonken stukken afkomstig waren van haar grootmoeder Riksta Edzes Smit, dochter van Eppo Helenius Edzes en Eetje Tjapkes Detmers (zie genealogie) en betrekking hadden op de boerderij te Meeden, waarvan haar grootmoeder geboortig was.

Volgens inlichtingen van de heer Sibolt Edzes te Assen, achterkleinzoon, dus eveneens rechtstreekse afstammeling van Eppo Helenius Edzes en Eetje Tjapkes Detmers (zie ook foto's), gaat het hierbij om de boerderij gelegen aan de Heereweg 87 te Meeden. Zijn vader, Dethmer Hommo Edzes gaf de boerderij de naam "de Goare", naar een vanouds daarbij behorend gerend stuk land. In inv.nr. 13 van 3 november 1681 werd dit stuk reeds als de "de Gare" aangeduid. Ook in inv.nr. 30 van 11 maart 1776, behelzende de verkoop door Eetje Eenjes weduwe van Tonko Ayolts van behuizing en landerijen aan haar zoon, wordt "de Gare" genoemd evenals in inv.nr. 35. Het is echter de vraag of met deze aanduiding steeds hetzelfde stuk land werd bedoeld en deze vraag blijft in dit bestek ook onbeantwoord.

Uit kaarten blijkt dat zowel ten noorden en ten zuiden van de Heereweg in Meeden als ten noorden en ten zuiden van de beneden Veensloot gerende stukken land liggen *  . Ook uit de kadastrale plans van Meeden uit 1820 blijkt dit overduidelijk *  . Op de kaart van Beckeringh uit de 2' helft van de 18' eeuw van het Oldambt en de venen ten zuiden van Meeden *  wordt genoemd: "de Mande Gare". Deze ligt zelfs nog zuidelijker, namelijk zuidelijk van de boven Veensloot.
Op kaarten betreffende Meeden in de Provinciale Atlas wordt echter land ten noorden van de Heereweg aangeduid als "Gare" *  .

In het boek "Meeden, geschiedenis van een Gronings dorp" wordt verhaald dat "Gare" een algemeen voorkomende benaming was in Meeden (en daar niet alleen natuurlijk) voor spits toelopende stukken land *  . Ook wordt verteld dat de knik in de Heereweg er de oorzaak van is dat de landen aan de zuidzijde van de weg smaller zijn dan die aan de noordzijde *  .
Nadat de familie Edzes "de Goare" gedurende meer dan een eeuw had bewoond en bewerkt ging deze omstreeks 1953 over in handen van de familie Sandee die er nog op woont. Hoe een aantal bij "de Goare" behorende landerijen waaronder het perceel (de percelen) genaamd "de Gare" gedurende de periode 1667 - 18645 aan de gebruikers van de boerderij zijn aangekomen en hoe deze allen familie van elkaar waren blijkt uit de hierna volgende inventaris met genealogie, waarbij ook gebruik is gemaakt van de door mevrouw de Boer - Venema ter inzage gegeven genealogische overzichten.
In het zeer lezenswaardige boek van de heren Achterop, van der Wal en Wolthuis over Meeden, worden verscheidene leden van het voorgeslacht van de familie Edzens met name genoemd: Tonko Ayolts, kerkenraadslid, die in 1747 samen met zijn schoonvader Eenje Edzens voor de kerkenraad moest verschijnen wegens vechten in het openbaar *  ; diezelfde Eenje Edzens, die zich zeer interesseerde voor de verveningen en in 1712 samen met Sybolt Detmers voor 1/6 part deelnam in het werk van de compagnie Trip betreffende het graven van het Medener diep *  . Aan de inventaris zijn toegevoegd een zegellijst, een genealogie en een index op persoonsnamen en geografische namen.