Uw zoekacties: Sociëteit der Groninger Oude Vlamingen, 1738 - 1815

358 Sociëteit der Groninger Oude Vlamingen, 1738 - 1815 ( Groninger Archieven )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
1. Ontstaan, organisatie en geestelijke taak i
2. Financiële taak
358 Sociëteit der Groninger Oude Vlamingen, 1738 - 1815
Inleiding
2.
Financiële taak
Organisatie: Groninger Archieven
Naast de uitoefening van haar geestelijke taak heeft de sociëteit uit de Sociëteits-Cassa hulp verleend aan de armen van de bij de sociëteit aangesloten gemeenten en aan geloofsgenoten die in moeilijkheden waren gekomen door overstroming of verbanning.

De Administratoren der Sociëteits-cassa werden vóór 1755 gekozen uit en door de Algemene Vergadering. Daarna werd het beheer opgedragen aan de Algemen Opzieners en de dienaarsschap (leraren) van de gemeente te Groningen.
De gelden werden aanvankelijk door giften en collecten verzameld. in 1731 werden de bijdragen vastgesteld volgens z.g. "kolomgelden". Een systeem, waarbij ieder lid kon kiezen of hij 4, 10, 20 of 30 stuivers zou bijdragen. In 1758 werden deze kolomgelden verhoogd en het aantal kolommen verdubbeld *  en vervangen door een quotisatie. Hierbij werd de bijdrage van een gemeente aan de Sociëteit naar draagkracht vastgesteld. in 1783 had men een zodanig batig saldo, dat men besloot de quotisatie-gelden voorlopig niet meer op te brengen. Het voorstel om een fonds op te richten met deze gelden ter ondersteuning van de vergoeding der leraren in financieel zwakke gemeenten, werd niet aangenomen. In plaats daarvan werd op de volgende vergadering besloten het systeem van de quotisatie-gelden te vervangen door een jaarlijkse kollekte.
Door het ontbreken van vaste inkomsten en de vermindering van giften teerde de Sociëteit langzaam op haar vermogen in en raakte in 1811 in financiële moeilijkheden, Bij de opheffing in 1815 werd er kollekte gehouden voor de Verenigde Doopsgezinde Gemeente (sinds 1809) van de stad Groningen, die de financiële verplichtingen van de Sociëteit overnam.
3. Geschiedenis van het archief en verantwoording van de inventarisatie
4. Openbaarheid

Kenmerken

Beschrijving:
Inventaris van het archief van de Sociëteit der Groninger Oude Vlamingen
Bewerker:
S. Koorn
Behoort tot collectie:
Rijk
Laatste Publicatie:
2010
Laatste uitvoer:
30-05-2022
Omvang:
0,7 m standaardarchiefberging
Bijzonderheden:
Betreft bewerking van een eerdere versie uit 1975, toegevoegd aanwinst 1990.50 en aanvullende kopieen uit Deventer aanwinst 2002), zie nrs. 27-46. Uit toegang 1425 is gehaald nr. 1327 en aan deze toegang toegevoegd als inv.nr. 8