216 Hervormde gemeente Eenrum, 1636 - 2000 ( Groninger Archieven )
216
Hervormde gemeente Eenrum, 1636 - 2000
Inleiding
08. Armenzorg
216 Hervormde gemeente Eenrum, 1636 - 2000
Inleiding
08.
Armenzorg
Armenzorg is van oudsher een taak van de kerk geweest. Hiermee waren de diakenen belast die zitting hadden in de kerkeraad.
In 1705 verklaarde de "scatbeurder", de belastinggaarder van Eenrum, dat hij jaarlijks 25 carolusgulden beschikbaar zou stellen voor de "kerkearmen" * . Verder kwamen de benodigde gelden uit het goederenbezit van de diakonie, uit bijdragen van kerkvoogden en uit collectes. Later ook uit subsidies van de burgerlijke gemeente. Er waren wel voorstellen geweest ten tijde van de Bataafsche Republiek om van de armenzorg een staatszaak te maken, maar voorlopig bleef het een taak van de kerk.
In 1854 trad er een armenwet in werking, die de zorg voor behoeftigen geheel overliet aan bestaande kerkelijke en andere instellingen van liefdadigheid. Als deze niet aan hun verplichtingen konden voldoen, zou de overheid bijspringen * . Dat betekende wel, dat er aan haar rekening en verantwoording afgelegd moest worden. Daar voelde de kerkeraad van Eenrum weinig voor. De lidmaten op hun beurt voelden er weinig voor om, op voorstel van de kerkeraad, garant te staan voor eventuele tekorten * .
Er werd nauwkeurig onderscheid gemaakt tussen "kerkelijke" en "burgerlijke" armen. Zo zelfs, dat in 1880 besloten werd alleen nog kerkelijke armen te bedelen. De burgerlijke gemeente kon haar armen echter wel uitbesteden aan de kerk, tegen een vergoeding uiteraard * .
Er werd op twee manieren "onderstand" verleend: door opneming van behoeftigen in het Gasthuis en door financiële steun aan personen die zelfstandig woonden.
Het "Gasthuis", dat waarschijnlijk aan het begin van de negentiende eeuw gebouwd was * , voldeed op den duur niet meer. Het werd verkocht aan de gemeente en in 1906 werd een nieuw armenhuis door de kerk gebouwd. Er werden in 1914 een "vader" en een "moeder" aangesteld * . Hun salaris werd voor de helft betaald door het Burgerlijk Armbestuur, omdat er ook "verpleegden" van de gemeente waren opgenomen * .
De diakonie stelde de kerk voor grote financiële problemen, vooral veroorzaakt door het gasthuis. Als er in 1940, ondanks de aanleg van een badkuip en de aanschaf van een radio, nog slechts één persoon in het gebouw woont, worden er pogingen ondernomen om het te verkopen aan de gemeente. De burgemeester voelt echter weinig voor de aankoop en wijst op de "ideële waarde" die het gasthuis heeft voor de kerk. De kerkeraad, bij monde van ds. Cannegieter, ziet de taak der diakonie veel meer in "het lenigen van stille armoede, die buiten de officiële steunregeling valt waarvoor in toenemende mate de staat is komen te staan" * .
Tien jaar later zou de gemeente het gebouw toch overnemen * . Het werd gemoderniseerd en deed tot eind 1981 onder de naam "Aagtsheem" dienst als gemeentelijk verzorgingstehuis.
laatste wijziging 12-06-2021
384 beschreven archiefstukken
Bijlagen
laatste wijziging 12-06-2021
384 beschreven archiefstukken
Inventaris
laatste wijziging 12-06-2021
384 beschreven archiefstukken
Kenmerken
Beschrijving:
Inventaris van de archieven van de hervormde gemeente te Eenrum
Bewerker:
W. Coster en M. Visch-Camphuis
Behoort tot collectie:
Rijk
Laatste Publicatie:
2009
Laatste uitvoer:
11-06-2021
Omvang:
4,9 m standaardarchiefberging
Bijzonderheden:
Aan dit archief is toegevoegd toegang 919 (blok 141), dat daarmee is vervallen; betreft bewerking van een eerdere versie uit 1982
Licentie:
Categorie:
Archiefvormer(s):
laatste wijziging 12-06-2021
384 beschreven archiefstukken