Uw zoekacties: Afdeling Appingedam van het Nederlandsch Genootschap Tot Zed...

2003 Afdeling Appingedam van het Nederlandsch Genootschap Tot Zedelijke Verbetering Der Gevangenen, 1856 - 1881 ( Groninger Archieven )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiƫrarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiƫrarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Deze inventaris maakte oorspronkelijk als afdeling 3 deel uit van: J.J.J. Beek, J. Folkerts, H. de Raad (eindred.), Inventaris van de archieven van de instellingen van het gevangeniswezen in de provincie Groningen (1666) 1670-1961 (1978); Publikaties van het Rijksarchief in Groningen 4 (Groningen, 1988). Het betrof hier de toegang op een fonds. Daarin waren de bestanddelen voorzien van een nummering met een decimale punt. Om praktische redenen is deze toegang nu gesplitst in toegangen op de afzonderlijke archieven. Voor aanhangsel en algemene inleiding behorende bij deze archieven: zie toegangsnr. 83.
Dit in 1823 opgerichte genootschap stelde zich een tweeledig doel, namelijk "om, in den kerker, gevangenen door godsdienst en andere gepaste middelen op te heffen van hunnen val, en te wapenen tegen nieuw misdrijf" en om ontslagen gevangenen "die gedurende hunne detentie buitengewone blijken geven van beteren zin, behulpzaam te zijn tot een eerlijk bestaan", waarbij men speciaal jeugdige gevangenen wou "beveiligen tegen verleiding en herhaling van misdrijf" *  . Middelen tot het bereiken van de doelstelling waren onder andere het doen geven van of meewerken aan school- en godsdienstonderwijs voor de gedetineerden en het verstrekken van opbouwende lectuur aan de gevangenisbevolking. Kwam een gedetineerde in aanmerking voor ondersteuning na vrijlating, dan werd hij of zij door het genootschap aan werk geholpen en soms tijdelijk financieel ondersteund. Dit eigenlijke reclasseringswerk werd in de loop der tijd steeds meer de hoofdtaak *  . Het hoofdbestuur van het genootschap zetelde in Amsterdam. In of bij vestigingsplaatsen van gevangenissen werden afdelingen van het genootschap opgericht. Jaarlijks moesten deze aan het hoofdbestuur een verslag van hun verrichtingen opsturen. Elke afdeling had een zelfgekozen bestuur.
Er werd nauw samengewerkt met de bestuurscolleges van de gevangenissen *  . De afdeling Appingedam werd opgericht in oktober 1851 *  . Het bestuur bestond aanvankelijk geheel uit leden van het College van Regenten. Ook later bleven zij een belangrijk deel ervan uitmaken *  . In 1857 werd een "vrouwenvereniging" verbonden aan de afdeling. Deze ging zich bezighouden met de vrouwelijke (ex)gedetineerden. Lid ervan waren echtgenotes van leden van het College van Regenten en van die van het afdelingsbestuur *  . Het is onduidelijk hoelang de Appingedamse afdeling heeft bestaan. In elk geval tot 1890 *  . Ook in Winschoten en Groningen bestonden dergelijke afdelingen *  .
Het archief van de afdeling Appingedam van het Genootschap is samen met het archief van het College van Regenten in 1980 naar het Rijksarchief overgebracht. Pas bij de inventarisatie bleek de aanwezigheid ervan, temidden van de archivalia van het college. De reden van deze vermenging zal gezocht moeten worden in het grote aandeel van leden van het college in het afdelingsbestuur. Het archief is zeer onvolledig. Terwijl de afdeling heeft bestaan van 1851 tot in elk geval 1890, zijn slechts stukken aanwezig over de periode 1856-1881.
Bijlagen
Lijst van voorzitters
Lijst van secretarissen
Inventaris
1 Ingekomen stukken, 1859-1872, 1875-1877, 1879, 1881
2003 Afdeling Appingedam van het Nederlandsch Genootschap Tot Zedelijke Verbetering Der Gevangenen, 1856 - 1881
Inventaris
1
Ingekomen stukken, 1859-1872, 1875-1877, 1879, 1881
Datering:
1859-1872, 1875-1877, 1879, 1881
Omvang:
1 pak
Organisatie: Groninger Archieven

Kenmerken

Beschrijving:
Inventaris van het archief van de Afdeling Appingedam van het NederlandschGenootschap Tot Zedelijke Verbetering Der Gevangenen
Bewerker:
J.J.J. Beek, J. Folkerts en H. de Raad
Behoort tot collectie:
Rijk
Laatste Publicatie:
1988
Omvang:
0,1 m standaardarchiefberging
Bijzonderheden:
Deze inventaris maakte oorspronkelijk als afdeling 3 deel uit van: J.J.J. Beek, J. Folkerts, H. de Raad (eindred.), Inventaris van de archieven van de instellingen van het gevangeniswezen in de provincie Groningen (1666) 1670-1961 (1978); Publikaties van het Rijksarchief in Groningen 4 (Groningen, 1988). Zie voor de inleiding, bijlagen en het algemene aanhangsel: Toegangsnummer 83.