De archiefbescheiden van de familie Quintus in deze inventaris beschreven, zijn via een tweetal schenkingen in 1968 overgedragen aan het gemeentearchief van Groningen. Allereerst schonk een verwant van de familie, M.P.H. Roessingh te Oegstgeest, een verzameling stukken betreffende onroerende goederen en rechten, opgemaakt door Wijtske Sjoerdina Quintus, haar ouders en grootouders. De tweede schenking kwam van jhr. Roelof Antonius Quintus te Epe. Deze schenking bestond uit een conglomeraat van stukken afkomstig van zijn voorouders en aanverwanten. De inv. nrs. 4, 15 - 16 en 194 tenslotte, zijn afkomstig uit een in het gemeentearchief van Groningen aanwezige verzameling van stukken, betreffende leden van de regeringsgeslachten Keiser (en Quintus). Enig spoor van een mogelijk bestaand hebbende oude orde werd niet aangetroffen.

Met inachtneming van het structuur- en herkomstbeginsel is het archief op de voor een familiearchief gebruikelijke manier beschreven en geordend naar personen, onroerende goederen en documentatie, zij het dat deze afdelingen zich niet direct als zelfstandige grootheden (afdelingen) van het archief aandienen, doch ter wille van de systematiek onderafdelingen vormen van de twee overeenkomstig het principe van wederkerige uitsluiting gevormde hoofdafdelingen A en B.

De eerste onderafdeling van afdeling A, de zgn. personalia (2.1.1) valt uiteen in drie nevenschikkende rubrieken. In de eerste daarvan zijn bijeengebracht alle stukken van genealogische en heraldische aard, zowel betreffende de familie Quintus, als de verwante families. De rangschikking is niet chronologisch, doch parallel aan de in de inventaris gevolgde familie-indeling (zie hierna). Deze rubriek gaat aan de rubriek 2.1.1.2 en 2.1.1.3 vooraf, aangezien hij een wat meer algemeen karakter vertoont en stukken van deze aard voor de familie in het algemeen bestemd zijn. De verbijzondering ten aanzien van de personen komt in de beide laatstgenoemde rubrieken tot uiting. Allereerst de stukken de persoon betreffend van de verschillende leden van de familie Quintus, vervolgens dezelfde soort stukken afkomstig van de aanverwante families.

De leden van de familie Quintus zijn generatiegewijs ingedeeld, hetgeen als zodanig is aangegeven. Het beginnen met een tweede generatie vindt uiteraard zijn oorzaak in het niet aanwezig zijn van stukken, afkomstig van de eerste generatie. De vrouwelijke leden van de familie Quintus zijn geplaatst tussen de leden van het geslacht Quintus en niet tussen de leden van het geslacht waaraan zij door hun huwelijk verwant zijn. In chronologische volgorde van verwantschap volgen de aanverwante families, waarbij een uitzondering gemaakt is voor de stukken afkomstig van leden van de familie Wichers. Deze zijn om praktische redenen bijeengeplaatst. Tengevolge van huwelijken tussen de familie Quintus en de familie Wichers in verschillende generaties, zouden bij strikte toepassing van genoemd indelingscriterium stukken van bepaalde leden van de familie Wichers tussen de andere aan de familie Quintus verwante families terechtkomen. Na elke aanverwante volgt dan weer de daaraan verwante familie, eveneens in chronologische volgorde van verwantschap.

De stukken betreffende onroerende goederen en rechten zijn ondergebracht in de tweede onderafdeling van A. De verscheidenheid aan onroerend goed blijkt uit de toegepaste indeling naar soort; waar nodig werd vervolgens een geografische verfijning aangebracht.

Plaats van handeling in de beschrijvingen van transportakten (zie o.a. inv. nrs. 195 - 200), verleden voor een rechter (ambtman, geconstitueerd redger) in stad en lande tot 1811 de functie van notaris vervullend, is altijd Groningen. *  De betreffende beschrijvingen zouden aan duidelijkheid hebben ingeboet indien zij ook nog van deze informatie zouden zijn voorzien. Hetzelfde geldt voor akten van huwelijkse voorwaarden, beschreven onder 2.1.1.2 en 2.1.1.3.

Voor een overzicht van de familiebetrekkingen tussen het geslacht Quintus en aanverwanten van wie mee stukken zijn opgenomen, moge worden verwezen naar de bijgevoegde genealogische tabellen. Ter wille van de overzichtelijkheid worden hierin slechts de huwelijksdata vermeld. Aangezien van de verwante familie Andreae geen persoonlijke stukken, docht slechts stukken betreffende onroerende goederen zijn opgenomen, is een verwijzing in de inventaris naar tabel K, de tabel betreffende deze familie, achterwege gelaten. De inventaris wordt besloten met een index van persoonsnamen. Indicering van eigendommen van landerijen, behuizingen etc. werd door de overzichtelijke geografische indeling in de inventaris onder 2.1.2 overbodig geacht.
Groningen, 1979.