Uw zoekacties: Reciteervereniging 'Oefening Kweekt Kunst', later 'Guido Gez...

1199 Reciteervereniging 'Oefening Kweekt Kunst', later 'Guido Gezelle' en tenslotte 'De Blauwvoet' geheten, 1920 - 1927 ( Groninger Archieven )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Op 7 juli 1920 werd door fusie van een tweetal reciteerclubs te Groningen, gevormd de Christelijke Reciteer-vereniging "Oefening Kweekt Kunst (O.K.K.).
Van de voorgeschiedenis van de oorspronkelijke clubs weten wij zo goed als niets, behalve dat een van beiden de naam droeg van "In Liefde Bloeiende". Ook zijn van een van beiden enkele pagina's met notulen bewaard, waaruit wij kunnen zien dat deze club slechts zeer kort voor de fusie, n.l. 21 mei 1920 was opgericht, en nog pas enkele vergaderingen had gehouden. Of dit de club "In Liefde Bloeiende" was, dan wel de andere, wier naam ons niet is overgeleverd, valt uit de bewaarde gegevens niet meer op te maken.
Het bestuur van de nieuw opgerichte vereniging bestond uit vijf leden, die resp. de functies van voorzitter, vice-voorzitter, 1e en 2e secretaris en penningmeester vervulden.
De vergaderingen vonden in de regel eens per maand plaats in één der zalen van het Militair Tehuis. Aanvankelijk legde men zich vooral toe op het instuderen van samenspraken, later werd het accent meer gelegd op de letterkundige zijnde: het voordragen van poëzie en proza, het improviseren en memoriseren, het voorlezen van opstellen over bekende schrijvers etc. Gewoonlijk werd eens per jaar een publieke uitvoering gegeven, hetzij alleen, hetzij in samenwerking met andere christelijke verenigingen.
De leden waren blijkbaar afkomstig uit de kleine burgerstand, noch de stijl en spelling van de notulen en brieven, noch het door hen ten beste gegevene getuigen van een grote mate van ontwikkeling of een verder doorgevoerde schoolopleiding.
Op 1 maart 1924 werd de vereniging omgedoopt in de Christelijke Reciteervereniging "Guido Gezelle". De reden hiertoe was dat er te Groningen een nieuwe zogenaamd "Neutrale" Toneelvereniging O.K.K. was opgericht, die naar de mening van de leden van de christelijke reciteervereniging het plan scheen te hebben, door onder dezelfde naam als deze te werken, gemakkelijker bekendheid te verwerven. Teneinde zulks nu te voorkomen werd een naamsverandering voorgesteld en aangenomen.
Wat de aanleiding tot de keuze van juist deze naam is geweest (het voorgestelde alternatief was "Marnix") kunnen wij slechts gissen. Zouden wij zo ver bezijden de waarheid zijn, wanneer wij hier invloeden van de Dietsche gedachte vermoeden? Te meer wanneer wij zien, dat als "Guido Gezelle" op 6 oktober 1926 vrij plotseling wordt ontbonden, er 18 november daar op volgend uit haar as de Christelijke Reciteer- en Debatingclub "De Blauwvoet" ontstaat. Deze zou bestaan uit de oudleden van Guido Gezelle en van D.D. (welke vereniging onder deze letters schuilgaat is niet na te gaan).
Dat de nieuwe vereniging zich in een lang leven heeft kunnen verheugen is niet waarschijnlijk, althans het laatste stuk waaruit het bestaan duidelijk blijkt dateert van 2 feb. 1927.
Het archief werd in november en december 1943 door één der oudleden, de heer L. Beuving (thans te Enschede) aan het Gemeentearchief te Groningen aangeboden ter bewaring, daar de vereniging reeds lang opgehouden had te bestaan en de leden over de aardbol verspreid waren, en hij het zou betreuren, wanneer deze papieren, welke toch een klein stukje van het culturele leven in Groningen in de twintiger jaren van deze eeuw weergeven, verloren zouden raken.

Kenmerken

Beschrijving:
Inventaris van het archief van de reciteervereniging 'Oefening Kweekt Kunst', later 'Guido Gezelle' en tenslotte 'De Blauwvoet' geheten
Bewerker:
Mensonides
Behoort tot collectie:
Gemeente Groningen
Laatste Publicatie:
1944
Omvang:
0,12 m standaardarchiefberging