Uw zoekacties: Staten van Stad en Lande, 1594 - 1798

1 Staten van Stad en Lande, 1594 - 1798 ( Groninger Archieven )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
1.1. Algemeen
1.2. Archief en administratie
1 Staten van Stad en Lande, 1594 - 1798
Inleiding
1.2.
Archief en administratie
Organisatie: Groninger Archieven
Van de inrichting der administratie, zo belangrijk voor de archiefvorming, bezitten we geen duidelijk beeld. In de eerste jaren na 1594 kwamen de Staten bijeen in de weem (pastorie) van de Martinikerk *  , maar in 1601 werd besloten de St. Maartensschool tot provinciehuis in te richten. Na een ingrijpende verbouwing konden de 16e juni 1602 de Staten hun eerste samenkomst houden in de zaal die tot de huidige dag toe hun vergaderplaats is gebleven. Niet alleen de secretarie van de gedeputeerde staten werd in het provinciehuis gevestigd, maar ook de rekenkamer. Aanvankelijk was er één secretaris, maar 20 april 1648 werd besloten dat Stad en Ommelanden ieder één zouden aanstellen. Zij werden bijgestaan door enige klerken. De rekenkamer had, zoals gezegd een eigen secretaris. De ambtenaren als de ontvanger-generaal en de rentmeester hielden hun kantoor waarschijnlijk thuis.
Over het archief is eveneens weinig bekent. Weliswaar staat er in de instructie van de secretaris der Staten, dat hij een inventaris moet maken en houden van het archief, maar blijkbaar is daar in de praktijk niet veel van terechtgekomen, althans wij bezitten nu slechts enkele inventarissen uit de 17e en 18e eeuw. Deze geven een, waarschijnlijk niet eens volledige, opsomming van aanwezige stukken zonder enig verband of systeem. In 1770 werd een poging gedaan orde op zaken te stellen. Er werd een inventaris gemaakt van ter secretarie aanwezige stukken. Deze lijst werd opgenomen in de resolutie van gedeputeerde staten van 20 februari 1771, waarbij tevens werd bepaald, dat de secretarissen verantwoordelijk zouden zijn. Daags na de begrafenis van een secretaris of een andere provinciale "minister" zou een commissie zich naar het sterfhuis begeven om alle provinciale stukken over te nemen. Bij versterf van een klerk zouden de secretarissen zulks doen. Of hier steeds de hand aan is gehouden, is onbekend.
Zoals in het begin is gezegd, werd de provincie in 1594 gevormd. Het archief begint dus ook met dat jaar. Ten gevolge van de secularisatie der klooster- en proosdijgoederen kwamen evenwel de archieven dier instellingen ter beschikking van de provincie. De lotgevallen van deze archieven zijn echter niet duidelijk. Wij weten niet, of de kloosterlingen pogingen hebben aangewend en er in geslaagd zijn hun archieven of gedeelten daarvan in veiligheid te brengen. Zo ja, dan zijn ze blijkbaar later verloren gegaan. Ook is niet bekend of de latere beheerders der voormalige kloostergoederen belangstelling hadden voor andere stukken dan eigendomstitels en rentebrieven.
Van deze laatste categorie is een grote hoeveelheid in het provinciaal archief terechtgekomen. Zo ontving Petrus Cornelis de 3e januari 1600 *  24 daalders voor het overschrijven van 323 kloosterbrieven, de 27e november van dat jaar 50 emd.gl. voor het kopiëren en authentiseren van "zekere" Selwerder kloosterbrieven en de 17e augustus 1603 16 daalders voor het doorzien van brieven en schriften van Cusemer en Oldenklooster in de Marne, waarna 180 werden gekopieerd, gecollationeerd en voorzien van een index en een register. Thans is zowel van de originelen als van de afschriften maar weinig over, terwijl van het lot van de overigen niets bekend is.
Dat men om ruimte te winnen wel stukken heeft vernietigd vernemen we in 1784. Dan zijn alle "blijken" der rekeningen, zowel van ontvanger-generaal als van de rentmeester, van 1594 af nog aanwezig. Bij Statenresolutie van 12 november 1784 werd besloten "de onvaliderende blijken, als van geen de minste nut zijnde, te verbranden of op een andere geschikte manier zig daarvan te ontdoen, mits altoos de laatste 50 jaren daarvan bewarende, waardoor ook de blijken (die nu 2 en 3 dik agter elkander staan) in een beter order zouden kunnen worden geplaatst". Of men bij deze gelegenheid ook andere stukken heeft opgeruimd wordt niet vermeld.
1.3. Inventarisatie
Literatuurlijst
H.L. Wichers, Verklaring van het tractaat van de reductie der stadt Groningen aan de unie van Utrecht. Groningen 1794.
E. Wiersum, De gedwongen vereniging van Stad en Lande in 1594. Groningen 1898.
W.J. Formsma, De wording van de Staten van Stad en Lande tot 1536. Assen 1930.
W.J. Formsma, De Ommelander strijd voor zelfstandigheid in de 16e eeuw. Assen 1938.
C. Pauw , Strubbelingen in Stad en Lande. Groningen, Djakarta 1956.
J.E. Heeres, De wijziging in den regeeringsvorm van Stad en Lande in de jaren 1748 en 1749. Groningen 1885. Hierin is het Reglement Reformatoir opgenomen.
K. Hildebrand, Het Reglement Reformatoir in Stad en Lande in de practijk (1749 - 1780). Groningen 1932.
E. Feith, Bijdrage tot de geschiedenis der omwenteling in 1795 in de provincie Groningen. Groningen 1870.
J.A. Feith, Crimineele rechtspraak van Gedeputeerde Staten van Stad en Lande (bijdr. Vad. Gesch. en Oudheidk. IVe reeks dl. I (1900) blz. 179 vlg.).
C.W. van der Pot, "Ons oudste provincierecht" (rechtsgel. Magazijn Themis 1942).
R.P. Cleveringa Pzn., Gemeene Landswarf en Hoofdmannenkamer te Groningen tot 1601. Groningen 1934.
Regeringsboek van Stad en Lande. Mss. Rijksarchief en Gemeentearchief van Groningen.
Bijlagen
1 Lijst van stadhouders
2 Lijst van secretarissen
3 Lijst van ontvangers-generaal
4 Lijst van rentmeesters-generaal
Inventaris

Kenmerken

Beschrijving:
Inventaris van de archieven der Staten van Stad en Lande
Bewerker:
W.J. Formsma
Behoort tot collectie:
Rijk
Laatste Publicatie:
1958. Herzien 2004
Laatste uitvoer:
19-08-2021
Omvang:
200 meter