Uw zoekacties: Stichting Geloof, Hoop en Liefde, Helmond, (1873) 1964-1978

12139 Stichting Geloof, Hoop en Liefde, Helmond, (1873) 1964-1978 ( Regionaal Historisch Centrum Eindhoven )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiƫrarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiƫrarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inventaris
INLEIDING
1. Ontstaan van de stichting Geloof, Hoop en Liefde.
12139 Stichting Geloof, Hoop en Liefde, Helmond, (1873) 1964-1978
INLEIDING
1. Ontstaan van de stichting Geloof, Hoop en Liefde.
Op 19 maart 1873 overleed jonkvrouw Jeanne Caroline Constance Wilhelmine vand er Brugghen.Zij was de eigenaresse van kasteel Croy in Stiphout. In haar testament (1) verklaarde zij:
'Ik benoem en stel tot eenigen erfgenaam mijner geheele nalatenschap, onder den last van bovenstaande legaten, den Algemeene Arme der gemeente Stiphout, zulks echter onder verpligting, om ten spoedigste het kasteel, thans door mij bewoond, in te righten onder de benaming van Geloof, Hoop en Liefde tot een huis voor oude mannen en vrouwen en de revenuen, die deze erfenis zal afwerpen, zooveel redelijker wijze noodig is, te besteden tot het onderhoud en de verzorging van de mannen en vrouwen, in dit huis op te nemen.'
'Ik wil dat de opname geschiede en het beheer zal gevoerd worden (in zooverre de wet zulks toelaat en anders door het Armbestuur Stiphout) door of vanwege na te melden collatoren en provisoren. Ik wil dat steeds collatoren en provisoren zullen de tijdelijke burgemeester der gemeente Stiphout en de tijdelijke Roomsch Katholijke pastoor dier zelfde gemeente Stiphout.' en 'Ik verplicht deze collatoren en provisoren jaarlijks in de maand Januari op te maken eene rekening over het afgeloopen jaar, waarvan bij wijze van kennisgeving in de daaropvolgende maand afschrift zal worden gezonden aan de armbesturen van Stiphout en Aarle-Rixtel.'
Als executeur-testamentair was de burgemeester van Stiphout, F. van der Putten, aangewezen. Bij raadsbesluit wordt het gesticht Geloof, Hoop en Liefde in het leven geroepen. De bisschop van 's-Hertogenbosch keurt de oprichting goed en stelt haar onder bescherming van de heilige drie koningen.

Op 12 november 1873 werd kasteel Croy in gebruik genomen als bejaarden- en verpleegtehuis.
Als naam gebruikte men zowel gesticht Croy als gesticht Geloof, Hoop en Liefde, het bestuur van het gesticht Croy droeg de zorg voor het bejaarden- cq. verzorgingstehuis.
Het beheer door de collatoren-provisoren, zoals genoemd in het testament, kwam in de praktijk neer op bestuur. De dagelijkse leiding in het bejaardentehuis werd overgelaten aan de moeder-overste en de rector. Zij werden bijgestaan door de zuster van de congregatie van liefde van de O.L.V. van Barmhartigheid te Tilburg, waartoe de moeder-overste ook behoorde, tevens heeft het gesticht personeel in dienst voor werkzaamheden op de kasteelboerderij en in de tuin.

In 1933 werd het gesticht Croy via een onderhandse akte een stichting; de stichting Geloof, Hoop en Liefde. Deze kort ik, vanaf nu in deze inventaris, af als de stichting GHL. Bij de oprichting hiervan in 1933 werd er een stichtingsbestuur ingesteld. Dit bestuur kwam naast de collatoren-provisoren te staan. Het bestuur bestond uit een voorzitter en twee leden, die konden worden aangevuld met een penningmeester-secretaris, indien de overige twee leden deze taken niet wilden of konden uitvoeren.

Naar aanleiding van het testament en de uitvoering daarvan en de huidige situatie doen zich drie problemen voor. Ten eerste was bij de oprichting van Geloof, Hoop en Liefde de stichtingsvorm nog niet bekend. In het testament spreekt men over het gesticht. Deze benaming heb ik om deze reden ook overgenomen in de inventaris. Wanneer het na 1932 ter sprake komt spreek ik in deze inventaris over de stichting GHL.

Het tweede probleem is dat er tegenwoordig een onderscheid wordt gemaakt tussen bejaarden- en verpleeg- cq. verzorgingstehuis. In de tijd van oprichting was deze scheiding nog onbekend. Het gesticht Croy fungeerde zowel als bejaarden- en verzorgingstehuis waarbij de nadruk in de loop van de twintigste eeuw steeds meer op bejaardentehuis komst te liggen. Hierdoor komen zowel de termen bejaardentehuis, verpleegtehuis en verzorgingstehuis in deze inventaris voor, waarbij de naamskeuze afhankelijk was van het onderwerp.
Als deze keuze niet te maken viel heb ik de keuze laten vallen om te werken met bejaarden- cq. verpleegtehuis.

Ten slotte een probleem dat zich van begin af aan al voordeed. Dit betreft de verbondenheid tussen het bestuur van de stichting GHL en het Burgerlijk armbestuur Stiphout. In beide instellingen hadden dezelfde mensen zitting. Dit leidde in de praktijk tot belangen verstrengeling.

In 1956 verklaarde de arrondissementsrechtbank te 's-Hertogenbosch de stichting GHL, in een proces, dat was aangespannen door het Burgerlijk Armbestuur Stiphout (BAS) wegens ontevredenheid over het beheer van kasteel Croy, onwettig (onderhandse akte) en gaf opdracht om al haar bezittingen over te dragen aan het BAS. De rechtbank was van mening dat in het testament niet duidelijk een stichting in het leven was geroepen. Het doel van de stichting was onduidelijk omschreven en evenmin was er sprake van een afgezonderd vermogen en van de aanwijzing van een stichtingsbestuur (2). Door deze uitspraak van de rechter werd de stichting GHL, ook aangeduid als de vermeende stichting GHL, opgeheven.

Het Burgerlijk Armbestuur Stiphout was vanaf dit moment eigenaar en beheerder van de bezittingen van de vermeende stichting GHL.
Dit Burgerlijk Armbestuur Stiphout, hierna afgekort tot BAS, ook bekend onder de naam Algemeen Armbestuur Stiphout, bestond al sinds 28 september 1855. Toen was zij in het leven geroepen door de gemeenteraad van Stiphout. Dit was mogelijk door de armenwet van 28 juni 1854 (AW), die de eerste wetgeving omtrent de armbesturen bevatte.
Deze wet bepaalde dat het burgerlijk armbestuur de ondersteuning van de armen moest overlaten aan kerkelijke en bijzondere instellingen van weldadigheid (art.20.). Alleen Wanneer iemand niet onder voorgenoemde instellingen viel en dan alleen nog bij volstrekte onvermijdelijkheid mocht het burgerlijk armbestuur ingrijpen (art.21.).(3)

Door de Armenwet van 1912 (AW) werd de rol van het burgerlijk armbestuur actiever. Zij kon ten gevolge van de wijzigingen in voornoemde artikelen, nummer 28 en 29, en toegevoegde artikelen in het vierde hoofdstuk samenwerken met andere armbesturen en instellingen van weldadigheid. Verder kon ze subsidiaire steun en individuele, opheffende (lees verheffend naar een hoger niveau) zorg geven. (4)

Het verificatiebureau VNG adviseerde hierna het BAS om, onder behoud van het eigendom, het gehele beheer over kasteel Croy over te dragen op een nieuwe, door het BAS zelf op te richten, stichting. (5)

Het BAS richtte hierna op 30 december 1963 een nieuwe stichting GHL op. Deze wordt de tweede stichting GHL genaamd in tegenstelling tot de vermeende stichting GHL, die daarom ook wel de eerste stichting GHL wordt genoemd. Het bestuur van de nieuwe stichting stond losser van het BAS dan dat van de eerste stichting GHL. Toch bleef ook het bestuur van de nieuwe stichting GHL onder het BAS vallen, omdat deze alleen het beheer had overgedragen aan de stichting GHL.
Doel van de tweede stichting was het inrichten, ingericht houden en beheren van de goederen van kasteel Croy en daarmee ook het bejaarden- cq. verzorgingstehuis.

Deze situatie veranderde door de invoering van de Algemene Bijstandswet (ABW) van 1966. Als gevolg hiervan werden de Algemene of Burgerlijke Armbesturen opgeheven. De gemeenteraad van Stiphout hief het BAS per raadsbesluit van 30 december 1966 op en droeg in hetzelfde besluit de geldwaarde van de bezittingen van het BAS over aan de stichting GHL.

Door deze opheffing verkreeg de tweede stichting GHL het beheer en het bestuur met betrekking tot kasteel Croy, met het daarin gevestigde bejaarden- c.q. verzorgingstehuis.

in 1976 hield het bejaardentehuis/verzorgingstehuis op te bestaan. Het werd na inspectie door volksgezondheid, in opdracht van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, wegens brandveiligheid afgekeurd.(6)(7)

Kenmerken

Gemeente:
Helmond
Type archief:
Particulier