Geschiedenis van de familiebeurzen

De Van Scharlaken, Van Mewen en De Roovere beurs is een samenvoeging van drie familielegaten en bestaat als zodanig sinds 1850. Het doel van deze legaten was het verlenen van onderstand aan familieleden die in behoeftige omstandigheden verkeerden. Getuige het eerste rekeningenboek dat in 1669 begint werd aanvankelijk ook geld gegeven aan familieleden om het aan andere dan arme verwanten uit te delen: "den 12 december 1702 betaelt aen 12 arme vrouwe in den armenhof in de Vriesestraet ider twaalf stuyvers, verschenen kersavont – 7 pont en 4 stuyvers". Aangezien het aantal familieleden dat tot deze beurzen gerechtigd was in de loop der jaren aanzienlijk toenam, moest men hieraan beperkingen gaan stellen. De meest ingrijpende verandering op dit gebied werd vastgelegd in de statutenwijziging van 1984, toen de vrouwelijke lijn van de oorspronkelijke families werd uitgesloten van onderstand. In de jaren '70 van de vorige eeuw werden de familiebeurzen ondergebracht in een stichting. In 1990 kwam ook het beheer van het Stoop-Fangmanfonds onder beheer van de stichting.

In 1971 hebben de toenmalige administrateurs van de stichting een deel van het archief naar het stadsarchief van Dordrecht overgebracht waar dit nu nog berust. Het grootste deel werd echter aangetroffen bij twee van de huidige administrateurs. Het oudste rekeningenboek, van de 17de tot de 19de eeuw, berustte in de kluis van de ABN-AMRO bank te Den Haag.