In 1933 kwam er een inventaris gereed van een gedeelte van het archief der Evangelisch-Lutherse gemeente, lopend over de periode 1672-1913. Deze inventaris werd samengesteld door G.J. Lugard jr., destijds assistent van de directeur van het museum de Waag. Het archief (nu ca. 9 meter) was toen echter nog niet in bewaring gegeven aan de gemeentelijke archiefdienst van Deventer. Dit geschiedde eerst in 1970. De inventaris van Lugard was in de beschrijving en ordening niet altijd volledig en juist, hetgeen een nieuwe aanpak noodzakelijk maakte. Het maken van een concordans op de inventaris Lugard kon achterwege blijven, daar er in de geraadpleegde literatuur niet naar deze inventaris verwezen wordt.
De stukken van grote en kleine kerkeraad - door Lugard afzonderlijk beschreven - konden gevoeglijk bij elkaar geplaatst worden, daar er in de praktijk van afzonderlijke colleges geen sprake was. Tevens werden de stukken van de kerkrentmeesters bij de kerkeraad ondergebracht, daar zij hun taak geheel ten behoeve van de kerkeraad vervulden.
De diakonie heeft slechts gedurende de periode 1876-1909 een deel van haar notulen opgetekend in een afzonderlijk register. Voor de overige notulen wordt verwezen naar de inv. nrs.1-13. De aparte taakstelling der diakonie heeft wel geleid tot een eigen archiefvorming. De beschrijving van de financiële bescheiden der diakonie leverde aanvankelijk enkele problemen op. Eerst minutieus onderzoek verschafte duidelijkheid over de relatie tussen deze administratie en de financiële administratie van de kerkeraad.

De archieven der Evangelisch-Lutherse verenigingen te Deventer heb ik achter die van de diakonie opgenomen. Deze verenigingen onderhielden weliswaar relaties met de kerkeraad en diakonie, maar droegen niettemin een geheel zelfstandig karakter.
Vervolgens zijn in een Aanhangsel die stukken opgenomen, die niet in technische zin als archiefstukken te beschouwen zijn. Het betreft hier in de eerste plaats de maandbladen van de Evangelisch-Lutherse gemeente over de periode 1923-1963 en vervolgens de reglementen van andere Evangelisch-Lutherse gemeenten en soortgelijke stukken.
Achter het Aanhangsel is nog een Bijlage gevoegd, bestaande uit een lijst van predikanten, die bij de Evangelisch-Lutherse gemeente gediend hebben. Deze lijst is overgenomen uit het maandblad "Contact" d.d. 1 juli 1949, nr. 3 en vervolgens, vanaf 1951, aangevuld door de samensteller.
Helaas ontbreken uit het archief enkele bescheiden. Dit zijn de reeds genoemde notulen over de periode 1713-1748. Ten gevolge hiervan is de geschiedenis van de Evangelisch-Lutherse kerk gedurende de eerste helft der 18e eeuw nogal vaag. Zo bestaat omtrent de bestuursorganisatie en de lotgevallen van het kerkgebouw aan de Spinhuissteeg maar weinig helderheid. Verder noemt de inventaris van Lugard drie archiefstukken die bij de inventarisatie bleken te ontbreken. Dat zijn de nummers van Lugard 38, 43 en 161.