Uw zoekacties: Luchtbeschermingsdienst Harderwijk, 1941-1948.

5074 Luchtbeschermingsdienst Harderwijk, 1941-1948. ( Streekarchivariaat Noordwest-Veluwe )

In onze collectie bevinden zich de archieven van de gemeenten Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nunspeet en Oldebroek. De stukken gaan terug tot 1231. Ook kun je via dit venster zoeken in andere archieven die bij ons beheerd worden of overgedragen zijn, zoals kerkelijke archieven, het archief van je sportvereniging of bedrijfsarchieven zoals dat van de Veluvine verffabriek.

 
 

Kom je er niet uit? Kijk dan eens bij onze themapagina’s of de onderzoekstips. Uiteraard kun je ook altijd contact opnemen via het contactformulier. Onze deskundige medewerkers gaan je dan helpen met jouw vraagstuk.

beacon
 
 
Inleiding
Al vroeg had men door, dat hoewel er in Genève vredesonderhandelingen waren, het er in Europa niet veiliger op werd. De nieuwe methoden en strijdmiddelen, zouden een nieuwe oorlog nog verschrikkelijker maken als alle vorige. Nu zou met vliegtuigen en strijdgassen het grote gevaar voor de burgers uit de lucht komen. Vandaar dat eind twintiger jaren en begin dertiger jaren al gesproken werd over maatregelen om de burgers te beschermen tegen aanvallen vanuit de lucht. (zie hiervoor ook het archief van de vereniging voor luchtbescherming, afdeling Harderwijk onder toegangsummer 21)
In 1932 werd Harderwijk aangewezen als plaats, die gevaar zou kunnen aantrekken van luchtaanvallen omdat het een garnizoensplaats en mobilisatieplaats was. Men moest als gemeente hierdoor zelfstandig maatregelen nemen in het opzetten van een Luchtbeschermingsdienst. In het volgende jaar werden de zaken ter hand genomen en begon de dienst onder leiding van het hoofd van Politie J.W. Felix en onder verantwoording van de burgemeester.
Bij het geven van alarm zouden de sirenes van het Havenhoofd en de oude kazerne hun geluid geven aangevuld met stoomfluiten van de fabrieken. Verder zouden personen op rijwielen de stad ingaan met borden van "Luchtalarm" en personen die op een scheepshoorn bliezen. Later werden er vier sirenes bijgeplaatst om alle inwoners op tijd op de hoogte te stellen.
Aan het einde van het alarm luidden de kerkklokken van de Gereformeerde kerk en de Stadsklok aangevuld weer met enkele personen in alle richtingen op de fiets voorzien van de wapperende nationale driekleur.
Er werd contact gezocht met de commandant P. Goosen van de luchtwachtdienst. Ze hadden bureau in de timmerwerkplaats aan de Grote Poortstraat 33, de voormalige R.K. kerk, waar op het dak ook een uitkijkpost was gevestigd. Hier werd een politieagent gestationeerd om de waarschuwingen voor alarm zo snel mogelijk te krijgen. Later werd de "kijk en luisterdienst" een eigen onderdeel van de Luchtbeschermingsdienst.
Onder commissaris J.H. Wijngaart kwam het Luchtbeschermingsplan Harderwijk tot stand op 10 oktober 1938.
De gemeente werd in 2 vakken verdeeld en vak A werd weer verdeeld in 3 wijken en de wijken werden weer verdeeld in blokken. Ook werd er een onderverdeling gemaakt in allerlei diensten Zo onderkennen we in plan:
a. Waarschuwings, alarmerings- en verbindingsdienst
b. Geneeskundige dienst annex reddingsdienst
c. Opruimings- en herstellingsdienst
d. Ontsmettings dienst
e. Chemische dienst
f. Algemene reservedienst.
Alhoewel er ambtenaren in loondienst waren was de organisatie gebaseerd op vrijwilligheid. Veel van deze vrijwilligers kon men verkrijgen van de Burgerwacht, die onder de leiding stond van commandant P.H. van Lonkhuijzen. In 1937 worden de namen doorgegeven van 45 mannen, die dienst kunnen doen als hulppolitie. Verder werd er gebruik gemaakt van organisaties als de padvinderij en de in 1939 opgerichte afdeling Harderwijk van de Nederlandse Vereniging voor de luchtbescherming.
Deze laatste was een organisatie voor zelfbescherming van de burgers en legde de nadruk op voorlichting, studie, oefeningen. Zij zou het middelpunt moeten zijn van het particulier initiatief, maar in tijd van nood schoot een dergelijke organisatie tekort. Met name tijdens de bezetting werden de spanningen gevoeld tussen vrijwilligheid en dwang en tussen werken voor de bezetter en bescherming van de bevolking.
Op het moment dat de oorlog uitbrak was de sterkte van de luchtbeschermingsdienst:
Radioluisterdienst: 32 personen
Uitkijk en Luisterdienst: 6
Waarschuwings-, alarm- en Verbindingsdienst: 37 + padvinders als ordonnans Geneeskundige dienst: 4 artsen en 60 leden
Brandweer: 87
Politiedienst: 77
Opruimings- en herstellingsdienst: 48
Dienst Gemeentewerken: 77
Ontsmettingsdienst: 29
Veterinaire dienst: 10
Chemische dienst: 10 waarvan 8 gasverkenners
Ingevolge de verordening van de Rijkscommissaris voor het bezette Nederland werd op 22 januari 1942 verordend dat de gemeenten verplicht zijn een Luchtbeschermingsdienst op te zetten en daarvoor gelden te voteren. Met het inwerking treden van de Verordening Organisatie Politie van 1 maart 1943 wordt de luchtbescherming een taak en aangelegenheid van de politie.
De commandopost bevond zich op het adres Groote Poortstraat 66 eigendom van de heer P. van Werven, huur van Groote Marktstraat 16 voor de Opruiming en herstellingsdienst(voormalig PTT magazijn)
Op 24 februari 1944 wordt melding gemaakt dat vanaf die datum door "Flak" met scherp wordt geschoten op de overtrekkende Engelse en Amerikaanse vliegtuigen.
1. Het archief

Kenmerken

Vestiging:
Harderwijk