De oudheidkamer was gevestigd in de raadszaal van het oude stadhuis van Harderwijk. Deze mooie raadszaal was al lange tijd opengesteld voor publiek en was een manier om gelden te voteren voor het Torenfonds. De oorsprong van de oudheidkamer en het latere stadsmuseum ligt bij het 700 jarig bestaan van de stad, waarbij ook een tentoonstelling hoorde van oudheden en voortbrengselen van kunst en cultuur van Harderwijk en de Noord Veluwe. Op 30 october 1931 is uit deze tentoonstelling, in een tweetal lokalen van het gemeentehuis, de Overveluwsche Oudheidkamer geboren. Ook behoren tot dit archief een aantal stukken, die bij de tentoonstelling van 1931 horen en in dit archief terecht zijn gekomen, zoals de begroting met tekeningen en de financiële afwikkeling van de tentoonstelling. (inventaris nrs.6 en 11)

Bestuursleden, in de door de gemeenteraad benoemde commissie, werden de heer burgemeester J. de Jong Saakes, voorzitter; E.Vitringa secretaris penningmeester; D.C. Tiemens 2e secretaris en D. Kok Jzn. als directeur museum met de heer W. Smits te Arnhem als adviserend lid. Het was dan ook een gemeentelijk initiatief en was het bestuur een beheercommissie van de gemeentelijke oudheden. Hierin kwam verandering in 1950/51, waarbij ook dit archiefgedeelte is afgesloten.

Uit de notulen van de vergadering van 18 september 1950 blijkt dat Donkerstraat 4, het huis van de onlangs overleden directeur D. Kok, door de gemeente Harderwijk was aangekocht voor de inrichting tot museum. Ook wordt dan de gedachte uitgesproken om van het museum, die tot nu toe direct onder de gemeentelijke verantwoordelijkheid en zorg viel, een stichting te maken. Dit alles ging buiten de leden van gemeenteraadscommissie van beheer van de gemeentelijke oudheidskamer om. De oprichtingsakte van de stichting Veluws Museum van Oudheden is al op 4 oktober 1950 gepasseerd. Het lijkt daarom vreemd dat er op 20 april 1951 nog een beheercommissie vergadering werd gehouden. Al met al lijkt deze groei van oudheidkamer naar museum met enige groeistuipjes gepaard te zijn gegaan.