Uw zoekacties: Nederlandsche Rhijnspoorweg-maatschappij

901 Nederlandsche Rhijnspoorweg-maatschappij ( Het Utrechts Archief )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Korte geschiedenis van de archiefvormer
901 Nederlandsche Rhijnspoorweg-maatschappij
Inleiding
Korte geschiedenis van de archiefvormer
Organisatie: Het Utrechts Archief
Op 30 april 1838 neemt Koning Willem I het besluit aan 'Rijnspoorweg' toestemming te geven voor de aanleg van een spoorlijn van Amsterdam via Utrecht naar Arnhem, later door te trekken naar de Pruisische grens, en een spoorlijn van Utrecht naar Rotterdam. De eerst genoemde spoorlijn wordt wel door de 'Rijnspoorweg' aangelegd, de lijn van Utrecht naar Rotterdam door de Nederlandsche Rhijnspoorweg-Maatschappij (NRS). Deze was op 3 juli 1845 opgericht met als vestigingsplaats Amsterdam. Per 15 oktober 1861 is de Naamloze Vennootschap gevestigd te Utrecht. Het doel van de NRS is, behalve het exploiteren van de reeds voltooide Rhijnspoorweg, de aanleg en exploitatie van de volgende uitbreidingen, verlengingen en vertakkingen: een zijtak van de Rhijnspoorweg met het Entrepotdok te Amsterdam, de voltooiing van de Rhijnspoorweg van Arnhem in de richting van Emmerik tot aan de Pruisische grens en van een zijtak van Utrecht, langs Gouda naar Rotterdam met twee vertakkingen, de één naar de Maas en de andere tot bij het station van de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij te Rotterdam.
Uiteindelijk worden de volgende spoorlijn door de NRS geëxploiteerd: Amsterdam-Utrecht-Arnhem-grens, Utrecht-Rotterdam, Harmelen-Breukelen, Gouda-'s-Gravenhage, Amsterdam Weesperpoort-Amsterdam Muiderpoort, Leiden-Woerden, 's-Gravenhage-Scheveningen en Ede-Wageningen. De laatste twee lijnen waren tramlijnen. Met ingang van 15 oktober 1890 worden de eigendommen van de NRS door de Staat der Nederlanden genaast en komt de exploitatie in handen van de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen.
Korte schets van de organisatie
Overzicht van de spoorlijnen
Beknopte geschiedenis van het archief

Kenmerken

Datering:
1845-1890
Toegangstitel:
Inventaris van het archief van de Nederlandsche Rhijnspoorwegmaatschappij (1844) 1845-1890
Auteur:
Medewerkers project 'Historisch archief Nederlandse Spoorwegen', in samenwerking met het Nederlands Spoorwegmuseum
Datering toegang:
2000
Openbaarheid:
Volledig openbaar
Rechtstitel:
Opneming in beheer van een particulier, niet in eigendom verkregen
Omvang:
31,6 m