Uw zoekacties: Stadsbestuur van Utrecht 1577-1795

702 Stadsbestuur van Utrecht 1577-1795 ( Het Utrechts Archief )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inventaris
Inleiding
Inventaris
8. Archieven van de stadsheerlijkheden, (1574) 1577-1844
702 Stadsbestuur van Utrecht 1577-1795
Inventaris
8.
Archieven van de stadsheerlijkheden, (1574) 1577-1844
NB:
De buitengerechten der stad verkeerden steeds in twijfelachtigen rechtstoestant. Reeds in de middeleeuwen matigde de stad zich langzamerhand zeker gezag daarover aan en bezat er het hooge gerecht (Vergelijk Muller, Rechtsbronnen van Utrecht, Inleiding, p. 300-304). Bij uitspraak der koningin van Hongarije d.d. 20 april 1539 (Van de Water, Placaatboek I, p. 153) werden deze gerechten officiëel in de stadsvrijheid begrepen en de exercitie van de jurisdictie aldaar aan het gerecht van Utrecht gegeven, 'onvermindert die schout-ambachten en lagen gerechten' aldaar. Bij de stadsordonnantie van 1550 (hoofdstuk XXI) werd bepaald, dat er niet alleen van alle vonnissen, gewezen door de gerechten in de stadsvrijheid, appèl zou zijn op de Utrechtse schepenbank, doch dat deze ook concurreeren zou met de plaatselijke gerechten, behalve in zakelijke actiën (Van de Water, Placaatboek III, p. 352). Toch had elk gerecht zijne afzonderlijke schouten en schepenen, en beslisten zelfs Stadhouder en Hof 17 januari 1533 (Van de Water, Placaatboek III, p. 338), dat door hen rechtgesproken zou worden niet volgens de stedelijke ordonnantie, maar volgens die op het platteland (gedrukt: Van de Water, Placaatboek II, p. 1176). De gerechten fungeerden overigens hoofdzakelijk als buurtschouten, hunne werkzaamheden waren van weinig belang en de besluiten der Vroedschap golden ook voor de stadsvrijheid. Nadat eene poging om de heerlijke rechten van alle gerechten tegelijk in 1686 van de Staten aan te koopen (Van de Water, Placaatboek III, p. 35) mislukt was, kocht de stad, teneinde geheel de vrije hand te hebben, ze bij voorkomende gelegenheden langzamerhand bijna allen op. De volgende inv.nrs. zijn in bruikleen overgenomen van het rijk, als behoorende tot de in 1811 aan het rijk overgedragene rechterlijke archieven: inv.nrs. 3419-3422, 3432, 3340, 3447-3448, 3454-3456, 3479-3480, 3491-3492, 3501-3502 en 3504.
Organisatie: Het Utrechts Archief
Regesten
Erfgoedstuk

Kenmerken

Datering:
1577-1795
Toegangstitel:
Inventaris van de archieven van het stadsbestuur van Utrecht 1577-1795
Auteur:
S. Muller Fz.
Datering toegang:
1890
Datering bewerking:
1993, 2016
Openbaarheid:
Volledig openbaar
Rechtstitel:
Rechtstitels voor 1962, passen niet direct in de Archiefwet van 1962 of 1995
Omvang:
342 m