Uw zoekacties: Werkgezelschap Atomium

1468 Werkgezelschap Atomium ( Het Utrechts Archief )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Werkgezelschap Atomium
1468 Werkgezelschap Atomium
Inleiding
Werkgezelschap Atomium
Organisatie: Het Utrechts Archief
Het werkgezelschap Atomium werd in 1959 door een groep theologiestudenten opgericht als een soort spin-off van de Commissie Geloof en Natuurwetenschap van de Nederlandse Hervormde Kerk. Het ging vooral om studenten die na hun universitaire studie en het leervicariaat op het Theologisch Seminarium van de Nederlandse Hervormde kerk te Driebergen zich op het predikantschap voorbereidden. J.M. de Jong, de toenmalige conrector van het Seminarium, vond het noodzakelijk dat ook theologen zich rekenschap gaven van problemen op het raakvlak van moderne natuurwetenschap en theologie. Zoals Paul van Dijk - een van de toenmalige Atomiumstudenten - schrijft: 'Wat ons destijds voor ogen stond was ongeveer het volgende: wat zal de theoloog, geconfronteerd met bovengenoemd vragengebied, zeggen in zijn prediking, in zijn aandringen op ethische beslissingen, in zijn theologische overwegingen?' (Van Dijk 1997, p. 219).
Enerzijds was de vraag hoe predikanten nog effectief het evangelie kunnen prediken en het geloof kunnen overdragen aan gemeenteleden die leven in een door de natuurwetenschappen en techniek gedomineerde wereld. Anderzijds, zegt Van Dijk, was de vraag ook 'die naar de toekomst van onze cultuur': 'Uiteindelijk gaat het in de ontmoeting van geloof en natuurwetenschap niet om ruimte voor stichtelijke morgenwijdingen, maar om de vraag, hoe je in deze profane, gedecentreerde werkelijkheid kunt leven vanuit de onzichtbare presentie van de Eeuwige en met de zichtbare machten van wetenschap en techniek' (p. 219). De vragen waar Atomiumleden mee worstelden waren echter niet alleen conceptueel-filosofisch van aard, maar ook ethisch: de opkomende atoombewapening was een belangrijke stimulans voor een ethische reflectie omtrent de aard van techniek en natuurwetenschap.
Atomium begon in 1959 als groep van twaalf tot vijftien personen. Het merendeel was theoloog, maar er waren ook natuurwetenschappers bij die via De Jong bij Atomium waren geïntroduceerd. Het aantal natuurwetenschappers steeg in de loop der jaren. Er was sprake van een heuse uitwisseling van gedachten: natuurwetenschappers spraken over quantummechanica, complementariteit, cybernetica, ökologische Nische, en de structuur van DNA; theologen spraken over natuurlijke theologie, openbaring, hermeneutiek en scheppingstheologieën. Vanaf 1970 werd ook de milieuproblematiek een belangrijk thema. Atomium publiceerde in 1971 in opdracht van de Raad van Kerken Enige theologische opmerkingen ten aanzien van de problematiek van het milieu en stelde in 1976 in overeenstemming met de aanbevelingen van de Assemblée van de Wereldraad in Nairobi en op verzoek van de sectie Sociale Zaken van de Raad van Kerken in Nederland een concept van een scheppingstheologie op.
Het werkgezelschap Atomium was zich zeer bewust van een conceptuele boedelscheiding tussen geloof en natuurwetenschap, die mede door de Barthiaanse theoloog De Jong in stand werd gehouden. Tegelijkertijd is Atomium zelf een schitterend voorbeeld van hoe een dialoog tussen theologen en (gelovige) wetenschappers wel degelijk kan bestaan - een dialoog die Barth zelf nooit durfde aan te gaan.
Het werkgezelschap Atomium is (2009) nog altijd actief als de laatste meer geïnstitutionaliseerde vorm van dialoog tussen theologie en natuurwetenschap in Nederland. In 2009 heeft het gezelschap zijn vijftigjarig jubileum gevierd. De band met de Nederlandse Hervormde Kerk (nu Protestantse Kerk Nederland) is vrijwel geheel verwaterd. Het is al lang niet meer een club van mannen van protestantse signatuur, maar een gemêleerd gezelschap van mannen en vrouwen en diverse levensovertuigingen. De filosofisch getinte discussies zijn gebleven: de afgelopen jaren is binnen Atomium voornamelijk gediscussieerd over de consequenties van naturalistische zienswijzen (die alleen natuurlijke verklaringen toelaten) voor religieuze overtuigingen. * 
Archief en inventarisatie
Addendum
Erfgoedstuk

Kenmerken

Datering:
1963-1999
Toegangstitel:
Inventaris van het archief van het werkgezelschap Atomium 1963-1999
Auteur:
F. Duursema
Datering toegang:
2009
Datering bewerking:
2010
Openbaarheid:
Volledig openbaar
Rechtstitel:
Opneming in beheer van een particulier, niet in eigendom verkregen
Omvang:
0,36 m