Uw zoekacties: Universiteit Nijenrode te Breukelen, bestuur

1306 Universiteit Nijenrode te Breukelen, bestuur ( Het Utrechts Archief )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Nijenrode, Universiteit voor Bedrijfskunde, te Breukelen
1306 Universiteit Nijenrode te Breukelen, bestuur
Inleiding
Nijenrode, Universiteit voor Bedrijfskunde, te Breukelen
Organisatie: Het Utrechts Archief
In de oorlogsjaren werden al plannen gesmeed voor het oprichten van een opleiding die bedoeld was om jongemannen klaar te stomen voor het bedrijfsleven, met nadruk op vertegenwoordiging van Nederlandse bedrijven in het buitenland. Belangrijke namen in dit verband zijn: Dr. A. Plesman, directeur KLM, Prof. G.A.Ph. Weijer, voorzitter Nederlandsche Maatschappij voor Nijverheid en Handel, en Prof.Ir. F.M. Roeterink, directeur Philips.
Meteen na de Tweede Wereldoorlog ging men aan de slag en op 1 juli 1946 vond de oprichting plaats van de Stichting Nederlands Opleidings Instituut voor het Buitenland (NOIB). Het stichtingskapitaal werd bijeengebracht door het bedrijfsleven.
Belangrijk in de ogen van de oprichters was het hebben van een "campus" zoals ook in Amerika gebruikelijk. Hiertoe werd, tijdelijk dacht men, het landgoed Nijenrode te Breukelen gehuurd. *  De bedoeling was dat binnen een aantal jaren een geheel nieuw complex gebouwd zou worden op het landgoed Drienerlo bij Enschede. *  Hier is het echter nooit van gekomen en later heeft de Technische Universiteit Twente zich er gevestigd. In 1950 werd het landgoed Nijenrode gekocht. * 
Omdat het kasteel alleen niet voldoende was voor huisvesting en onderwijs, vonden er in de loop der jaren vele uitbreidingen plaats. In 1975 werd ook nog het terrein tussen Nijenrode en het Amsterdam-Rijnkanaal aangekocht, Nieuw Nijenrode, waar uitgebreide studentenhuisvesting en een mensa tot stand kwamen. * 
Er kwam een Raad van Toezicht met daarin vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven en de wetenschappelijke wereld en een Bestuur. Belangrijke namen o.a.: Dr. G. Bolkestein, oud-minister van onderwijs, als voorzitter van de Raad van Toezicht, Mr. J.J. Klaasesz, hoofddirecteur PTT, jarenlang voorzitter van het Bestuur, S.O. Kuneman, KLM, als secretaris van de Raad van Toezicht en het Bestuur. In 1973 vond een reorganisatie plaats en kwamen er een Algemeen Bestuur (ABS), een Dagelijks Bestuur (DBS) en een College van Bestuur (CvB). Dit laatste bestond uit de rector, de decaan en een directielid en had de dagelijkse leiding.
De eerst jaren werden de financiën bijeengebracht door het bedrijfsleven. Het ministerie van onderwijs stelde jaarlijks 50 beurzen ter beschikking.
In 1954 ging het ministerie over tot het verlenen van een jaarlijkse subsidie waarbij per student een vast bedrag werd uitgekeerd.
Dit bleek alras niet voldoende te zijn, er werd zelfs over opheffing van het instituut gedacht. * 
Tenslotte, in 1970, bij de erkenning van Nijenrode als een instelling van wetenschappelijk onderwijs, werd de subsidie van het ministerie van onderwijs voortaan kostendekkend voor wat betreft het onderwijs. De extra kosten voor de campus moesten op andere wijze gefinancierd worden.
Nijenrode startte met een tweejarige opleiding waarbij de nadruk lag op het later praktisch bezig zijn in het bedrijfsleven. Er werden o.a. type- en stenolessen gegeven en er werd veel tijd besteed aan het aanleren en vervolmaken van vreemde talen. Belangrijk was ook het onderdeel lichamelijke opvoeding ("sport") naar Amerikaans voorbeeld.
In 1955 werd begonnen met een éénjarige cursus voor afgestudeerden van technische en landbouwopleidingen die het bedrijfsleven in wilden: de opleiding tot Commercieel Technicus (CT).
Al in 1950 werd begonnen met het uitwisselen van studenten met Amerikaanse Businessschools. Vanaf 1965 nam dat omvangrijker vormen aan door de contacten met de universiteit van Oregon.
Dit resulteerde in het International Business Programme (IBP) waarin Amerikaanse studenten in hun 3e jaar op Nijenrode een businessprogramma volgden. Tegelijkertijd volgden afgestudeerde Nijenrodestudenten in Oregon het 4e jaar en konden zo hun BBA halen.
In 1971 keurde de minister van onderwijs goed dat Nijenrode een instelling van wetenschappelijk onderwijs zou worden met een driejarige opleiding en dat afgestudeerden zouden kunnen doorstuderen aan de Interfaculteit Bedrijfskunde Rotterdam/Delft.
In 1972 werd Nijenrode ook opengesteld voor meisjes.
In 1979, met zicht op de wet universitaire twee fasenstructuur, wenste de minister van onderwijs dat Nijenrode een volwaardige vierjarige doctoraalstudie in de bedrijfskunde zou worden. Dit werd bewaarheid met het Koninklijk Besluit van 27 september 1982.
Archief en inventarisatie
Addendum

Kenmerken

Datering:
1946-1980
Toegangstitel:
Inventaris van het archief van Nijenrode, universiteit voor bedrijfskunde, (1942) 1946-1980
Auteur:
Sjoukje Straub
Datering toegang:
1993
Datering bewerking:
2009
Openbaarheid:
Het archief is in zijn geheel openbaar.
Rechtstitel:
Opneming in beheer van een particulier, niet in eigendom verkregen
Omvang:
5,73 m
Rubrieken: