Uw zoekacties: Maastricht: Heilige Petrus Sint Pieter, 1545-1954

21.227A Maastricht: Heilige Petrus Sint Pieter, 1545-1954 ( Historisch Centrum Limburg, te Maastricht )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding van het archief van de parochie Sint Pieter
Geschiedenis van de parochie
Geschiedenis van de archieven
21.227A Maastricht: Heilige Petrus Sint Pieter, 1545-1954
Inleiding van het archief van de parochie Sint Pieter
Geschiedenis van de archieven
De totale omvang van de archieven van de parochie Sint Pieter bedraagt vier en een halve meter. Circa vier meter wordt bewaard in het depot van de Gemeentelijke Archiefdienst (nu RHCL), de rest bevindt zich nog bij de pastoor. De stukken dateren voor het merendeel uit de periode vanaf de tweede helft van de zeventiende eeuw. Het oudste stuk is van midden zestiende eeuw. *  In de verslagen van de aartsdiaconale visitaties komt onder andere het bijhouden van de registers aan bod. In 1624 hield men een doop- en een huwelijksregister bij. In 1658 is er sprake van een doop-, een huwelijks- en een overlijdensregister. De pastoor hield geen administratie van vormelingen bij, waartoe de aartsdiaken hem dan ook aanspoorde. Voor het jaar 1763 wordt vermeld, dat men de 'registers' nauwkeurig bijhield. *  Volgens Collette gingen tijdens de krankzinnigheid van pastoor Jeeckermans in het laatste kwart van de zeventiende eeuw veel documenten verloren. (68) * 
Ook in de tijd daarna raakte de parochie een en ander aan archiefstukken kwijt. Veel originele bescheiden verdwenen bij de belegeringen van Maastricht in 1748 en 1794. Staten van in 1815-1821 aan de kerk terug te geven eigendommen werden samengesteld op basis van 'registers' uit 1735 en 1794 *  , waarvan het eerstgenoemde nog steeds deel uitmaakt van het archief van kerkfabriek en armentafel *  , maar het tweede niet meer aanwezig is. Wel bevond zich in het archief de perkamenten band van een legger met het opschrift 'Register der pastorale goederen ab anno 1706', waarin men in de negentiende eeuw facturen had ingebonden. In 1796 verklaarde het Franse bewind de wet van 1792 op de invoering van de burgerlijke stand op het departement van de Nedermaas van toepassing. De pastoors moesten hun doop-, huwelijks- en overlijdensregisters bij de autoriteiten inleveren. Of de registers van Sint Pieter, zoals oorspronkelijk was voorgeschreven, eerst naar Maastricht zijn gebracht of direct naar het gemeentehuis van Sint Pieter, is niet duidelijk. Krachtens Koninklijk Besluit van 20 juni 1919 werden deze DTB-registers naar het Rijksarchief in Limburg overgebracht. * 
Tegenwoordig bevinden zij zich bij de Gemeentelijke Archiefdienst van Maastricht (nu RHCL), nog steeds als retroacta van de Burgerlijke Stand. Het gaat om drie doop-, huwelijks- en overlijdensregisters over de periode van 1588 tot 1699, van 1700 tot 1737 en over het jaar 1805, alsmede een doop- en huwelijksregister over de periode van 1734 tot 1796. *  Een aantal doop-, huwelijks- en overlijdensregisters van vóór 1800 bevindt zich nog in de archieven van de parochie. Blijkbaar had de pastoor deze in de Franse tijd achtergehouden. *  In 1812 vorderde het Franse bestuur alle documenten betreffende renten en pachten, voortkomend uit stichtingen van missen en jaargetijden. Deze werden naar de prefectuur te Maastricht overgebracht en daar bevonden zij zich in 1815 nog. Na 1815 ontving de parochie deze stukken samen met de erin geregistreerde eigendommen terug. * 
Reeds vóór of omstreeks 1800 bracht pastoor Franssen een ordeningssysteem in de archieven aan. Hij voorzag de losse stukken van tekens of letters, waarschijnlijk ter aanduiding van rubrieken. Deze tekens werden vergezeld van een cijfer ter aanduiding van het betreffende stuk. Aan de rugzijde van een aantal stukken bevonden zich lijsten van alle onder een zelfde rubriek thuishorende stukken. Mogelijk werden stukken behorend tot een zelfde rubriek steeds in een pakket bewaard met een inhoudsopgave aan de boven- of onderkant. * 
In zijn testament schreef pastoor Franssen, dat zich in een van de kasten van de pastorie een klein kistje bevond 'gehoorende de kerck, waarin sijn berustende eenige schriften rakende de heeren Pastoors van sint-Pieter'. De sleutel hiervan moest na zijn overlijden zo snel mogelijk aan zijn opvolger worden overhandigd. *  Het is niet duidelijk of zich in dit kistje het hele archief bevond of dat hierin alleen enkele belangrijke stukken werden bewaard. In het keizerlijk Decreet van 1809 werden tamelijk strakke regels vastgesteld ten aanzien van de bewaring en ordening van de kerkelijke archieven. Een van de bepalingen hield in, dat de papieren, titels en documenten betreffende de inkomsten van de kerkfabriek moesten worden opgeborgen in een kist, afgesloten met drie sleutels: een voor de pastoor, een voor de penningmeester en een voor de voorzitter van het bureau van kerkmeesters. *  In 1894 gebruikte men te Sint Pieter nog steeds een kist met drie sloten voor de opberging van archiefstukken. *  Van het einde van de vorige of het begin van deze eeuw dateren enkele lijsten van archiefstukken. *  Waarschijnlijk was het pastoor Kribs, die aan de achterzijden van de oudere, losse stukken met potlood de korte inhoud aangaf en een aantal stukken samenvoegde in een band met de titel 'Miscellanea Parochiana 1580-1787'. Hij deelde deze laatste stukken in met behulp van een vrij vage rubricering. Tenslotte heeft pastoor Steegmans alle losse stukken, die zich in het archief bevonden, enigszins rubrieksgewijs in kartonnen kantooromslagen opgeborgen.
Fakturen bewaarde men chronologisch geordend in ordners, notariële akten en andere eigendomstitels werden eind negentiende eeuw in papieren omslagbandjes, later in enveloppen bewaard.
Het grootste gedeelte van de archieven gaf het kerkbestuur van 'Sint-Pieter Beneden' in april 1982 aan de Gemeentelijke Archiefdienst in bewaring. In hetzelfde jaar volgde een gedeelte, dat bij de parochie 'Sint-Pieter op de Berg' terecht was gekomen. Hierbij bevonden zich ook de hierboven besproken doop-, huwelijks- en overlijdensregisters, die de pastoor in de Franse tijd had achtergehouden. Deze stukken zijn waarschijnlijk rond 1960 aan particulieren uitgeleend en verkeerd terugbezorgd bij 'Sint-Pieter op de Berg'. Zij golden enige tijd als vermist. Bij de eerste overdracht in 1982 inbegrepen waren ook stukken, aangetroffen bij de inventarisatie door het Sociaal Historisch Centrum te Maastricht van de nagelaten papieren van J. Zeguers, in leven secretaris van het kerkbestuur. *  Deze stukken hadden voornamelijk betrekking op de jongensschool en werden door J. Zeguers als lid van het kerkbestuur ontvangen of opgemaakt. In 1977 droeg het Sociaal Historisch Centrum deze archivalia (drie portefeuilles) over aan het kerkbestuur van 'Sint-Pieter Beneden'.
De hierboven genoemde band met losse stukken van vóór 1800, getiteld 'Miscellanea Parochiana', bevond zich samen met nog een aantal losse stukken in het Rijksarchief in Limburg bij het archief van de schepenbank van Sint Pieter. Deze stukken werden bij de archieven van de parochie gevoegd. *  In 1985 volgde nog een laatste aanvulling, afkomstig van de parochie 'Sint-Pieter Beneden'. Het dagboek van koster Johannes Rosier is in handen van particulieren geraakt. Voorlopig wordt de open plek door een fotocopie ingenomen. * 
Verantwoording van de inventarisatie
Lijsten van functionarissen
Overzicht van de organisatie van de parochie in 1946
Literatuurlijst

Kenmerken

Datering:
1545-1954
Auteur:
R. Hackeng
Omvang m1:
3,50 meter
Inventaris:
Inventaris van de archieven van de parochie van de H. Petrus te Sint Pieter 1545-1954 (Maastricht 1987)
Opmerking:
Bevat ook de volgende archieven en documentatie: Archief van de koster, 1800-1929 Broederschap van het Allerheiligste Sacrament en het College van Collectanten, 1771-1959 Archief van de parochiebibliotheek, 1947-1955 Archieven van afzonderlijke personen (pastoors en deservitor), 1755-1913 Bibliotheek en documentatie, 18e-20e eeuw
Openbaar:
Stukken jonger dan 50 jaar zijn niet openbaar