16.0675 Familie de Borchgrave d'Altena, 1392-1793 ( Historisch Centrum Limburg, te Maastricht )
16.0675
Familie de Borchgrave d'Altena, 1392-1793
Inleiding
laatste wijziging 01-10-2016
235 beschreven archiefstukken
Inventaris
laatste wijziging 01-10-2016
235 beschreven archiefstukken
Regestenlijst
6 1435 oktober 23 "Gegeven int jair onss Heren dusent vyerhondert vijffendederttich des sonnendache na sent Gallendach abbatis".
Joest Wylden van Mersen, zoon van Johan Wylden van Mersen en Gertrude, en Barbara, dochter van Heinric van Baexen, verklaren huwelijkse voorwaarden te zijn aangegaan. Joest brengt in: de hof op gheenen Peele c.a. of zeventig malder rogge grondrente. Bij de deling van de goederen van zijn ouders zal hij vooruit hebben: de woning te Grathem met de weide vanaf het Boenenbroeck tot aan de woning, en het vis- en jachtrecht. Voorts zullen zijn ouders hen vier jaar lang kost en inwoning verschaffen. Barbara brengt in: vijftien malder rogge grondrente die haar vader toekomen uit pachten te Ensenbroeck van diens neef Johan van Baexen; en alles wat haar vader van Johan Pollart geërfd heeft t.w.: de hof te Stevensweert c.a.; vier malder rogge grondrente te Moritfort des kremers; een huis c.a. in de Minderbroederstraat (te Roermond); land achter Lerakensduifhuis, groot meer dan een bunder; drieënhalven morgen land in de Weert; een half bunder bij Koukemansweiden; en 42 schellingen ten laste van het huis van de lange Willem van Rodichaven in de Neerstraat (te Roermond ) . Voorts keuren Arnolt van Mersen, broer van Joest, en Johan van Baexen, broer van Barbara, beiden nog ongehuwd, bovenstaande punten goed.
Zegelaars zijn: Johan van Mersen, Heinric van Baexen, Johan Heinrics van Baexen, Arnolt van Mersen, en de getuigen: Johan van Brede, Geraert van Oederaede, Sander van Eyle, Willem Keilener, Johan van Titz, Goeswyn Moelle van der Donck, Johan van Baexen, Johan Pollaert, Dederic Pollaert genoemd Kraen en Heinric van Osen.
Joest Wylden van Mersen, zoon van Johan Wylden van Mersen en Gertrude, en Barbara, dochter van Heinric van Baexen, verklaren huwelijkse voorwaarden te zijn aangegaan. Joest brengt in: de hof op gheenen Peele c.a. of zeventig malder rogge grondrente. Bij de deling van de goederen van zijn ouders zal hij vooruit hebben: de woning te Grathem met de weide vanaf het Boenenbroeck tot aan de woning, en het vis- en jachtrecht. Voorts zullen zijn ouders hen vier jaar lang kost en inwoning verschaffen. Barbara brengt in: vijftien malder rogge grondrente die haar vader toekomen uit pachten te Ensenbroeck van diens neef Johan van Baexen; en alles wat haar vader van Johan Pollart geërfd heeft t.w.: de hof te Stevensweert c.a.; vier malder rogge grondrente te Moritfort des kremers; een huis c.a. in de Minderbroederstraat (te Roermond); land achter Lerakensduifhuis, groot meer dan een bunder; drieënhalven morgen land in de Weert; een half bunder bij Koukemansweiden; en 42 schellingen ten laste van het huis van de lange Willem van Rodichaven in de Neerstraat (te Roermond ) . Voorts keuren Arnolt van Mersen, broer van Joest, en Johan van Baexen, broer van Barbara, beiden nog ongehuwd, bovenstaande punten goed.
Zegelaars zijn: Johan van Mersen, Heinric van Baexen, Johan Heinrics van Baexen, Arnolt van Mersen, en de getuigen: Johan van Brede, Geraert van Oederaede, Sander van Eyle, Willem Keilener, Johan van Titz, Goeswyn Moelle van der Donck, Johan van Baexen, Johan Pollaert, Dederic Pollaert genoemd Kraen en Heinric van Osen.
16.0675 Familie de Borchgrave d'Altena, 1392-1793
3. Regestenlijst
6
1435 oktober 23 "Gegeven int jair onss Heren dusent vyerhondert vijffendederttich des sonnendache na sent Gallendach abbatis".
Joest Wylden van Mersen, zoon van Johan Wylden van Mersen en Gertrude, en Barbara, dochter van Heinric van Baexen, verklaren huwelijkse voorwaarden te zijn aangegaan. Joest brengt in: de hof op gheenen Peele c.a. of zeventig malder rogge grondrente. Bij de deling van de goederen van zijn ouders zal hij vooruit hebben: de woning te Grathem met de weide vanaf het Boenenbroeck tot aan de woning, en het vis- en jachtrecht. Voorts zullen zijn ouders hen vier jaar lang kost en inwoning verschaffen. Barbara brengt in: vijftien malder rogge grondrente die haar vader toekomen uit pachten te Ensenbroeck van diens neef Johan van Baexen; en alles wat haar vader van Johan Pollart geërfd heeft t.w.: de hof te Stevensweert c.a.; vier malder rogge grondrente te Moritfort des kremers; een huis c.a. in de Minderbroederstraat (te Roermond); land achter Lerakensduifhuis, groot meer dan een bunder; drieënhalven morgen land in de Weert; een half bunder bij Koukemansweiden; en 42 schellingen ten laste van het huis van de lange Willem van Rodichaven in de Neerstraat (te Roermond ) . Voorts keuren Arnolt van Mersen, broer van Joest, en Johan van Baexen, broer van Barbara, beiden nog ongehuwd, bovenstaande punten goed.
Zegelaars zijn: Johan van Mersen, Heinric van Baexen, Johan Heinrics van Baexen, Arnolt van Mersen, en de getuigen: Johan van Brede, Geraert van Oederaede, Sander van Eyle, Willem Keilener, Johan van Titz, Goeswyn Moelle van der Donck, Johan van Baexen, Johan Pollaert, Dederic Pollaert genoemd Kraen en Heinric van Osen.
Joest Wylden van Mersen, zoon van Johan Wylden van Mersen en Gertrude, en Barbara, dochter van Heinric van Baexen, verklaren huwelijkse voorwaarden te zijn aangegaan. Joest brengt in: de hof op gheenen Peele c.a. of zeventig malder rogge grondrente. Bij de deling van de goederen van zijn ouders zal hij vooruit hebben: de woning te Grathem met de weide vanaf het Boenenbroeck tot aan de woning, en het vis- en jachtrecht. Voorts zullen zijn ouders hen vier jaar lang kost en inwoning verschaffen. Barbara brengt in: vijftien malder rogge grondrente die haar vader toekomen uit pachten te Ensenbroeck van diens neef Johan van Baexen; en alles wat haar vader van Johan Pollart geërfd heeft t.w.: de hof te Stevensweert c.a.; vier malder rogge grondrente te Moritfort des kremers; een huis c.a. in de Minderbroederstraat (te Roermond); land achter Lerakensduifhuis, groot meer dan een bunder; drieënhalven morgen land in de Weert; een half bunder bij Koukemansweiden; en 42 schellingen ten laste van het huis van de lange Willem van Rodichaven in de Neerstraat (te Roermond ) . Voorts keuren Arnolt van Mersen, broer van Joest, en Johan van Baexen, broer van Barbara, beiden nog ongehuwd, bovenstaande punten goed.
Zegelaars zijn: Johan van Mersen, Heinric van Baexen, Johan Heinrics van Baexen, Arnolt van Mersen, en de getuigen: Johan van Brede, Geraert van Oederaede, Sander van Eyle, Willem Keilener, Johan van Titz, Goeswyn Moelle van der Donck, Johan van Baexen, Johan Pollaert, Dederic Pollaert genoemd Kraen en Heinric van Osen.
Datering:
1435 oktober 23
Notabene:
Origineel op perkament, inv. nr. 27, met het zegel van Johan Heinrics van Baexen, de beschadigde zegels van Sander van Eyle, Johan van Baexen en Johan Pollaert, de overigen zijn verdwenen.
Zie ook:
Organisatie: Historisch Centrum Limburg, te Maastricht
laatste wijziging 01-10-2016
laatste wijziging 01-10-2016
235 beschreven archiefstukken
Kenmerken
Datering:
1392-1793
Auteur:
J.H. Hanssen
Inventaris:
Inventaris van het archief van de familie de Borchgrave d'Altena. Inventarissenreeks RAL 29 (Maastricht 1983)
Categorie:
laatste wijziging 01-10-2016
235 beschreven archiefstukken