14.D063 Klooster Maria Weide te Venlo, 1405-1798 ( Historisch Centrum Limburg, te Maastricht )
14.D063
Klooster Maria Weide te Venlo, 1405-1798
Inleiding
laatste wijziging 15-01-2021
975 beschreven archiefstukken
394 gedigitaliseerd
totaal 3.521 bestanden
Inventaris
laatste wijziging 15-01-2021
975 beschreven archiefstukken
394 gedigitaliseerd
totaal 3.521 bestanden
Regesten
107 1425 juli 7
"Int jair ons Heren dusent vierhondert ende vyff ende twintich op den sevenden dach des maents geheyten julius"
Petrus van der Masen de oude, priester en donaatbroeder van het klooster Maria Weide, verklaart zijn testament te hebben gemaakt ten overstaan van heer Heinrich, rector van het klooster Maria Weide, en in aanwezigheid van Johannes, prior van de Kruisheren te Venlo. Hij vermaakt aan het klooster de hof gelegen te Rykel, twee bunder akkerland gelegen in der Schuylt,het goed genaamd van Eertzersbach, namelijk vier morgen akkerland gelegen in het Oirbroickervelde3 en de rechten daarop zoals hij dat heeft gekocht van Derick Baken, viereneenhalve morgen akkerland gelegen in den Rodervelde, de kamp genaamd die Kromsteghe en het huis gelegen in het dorp Beesel. Met toestemming van de rector van het klooster vermaakt hij een legaat aan het kapittel van Sint Lambertus te Luik en aan de kerk te Beesel. Voorts moet het klooster aan zijn zuster Katharina onderdak verschaffen voor de rest van haar leven. Gaedschalken van Assel krijgt zijn leven lang jaarlijks twee malder rogge. Peter van der Masen, pastoor te Beesel,krijgt zijn brevier, zijn kamp gelegen bij de Maas en zijn kamp gelegen bij Obrouck, welke laatste kamp na zijn dood aan de kerk van Beesel zal toebehoren. De zoon van zijn broer Gobbel krijgt viereneenhalve morgen in het Wijlreveld met de last om aan Peter van Assel, pastoor te Repel, jaarlijks twee malder rogge te leveren. Heer Peter, Gobbel, Mathijs, Sijbken, Jenyken en Leonard, broers, kinderen van zijn broer Gobbel,Kristken Strick en zijn echtgenote Lysbeth, Katrijnen, zijn zuster, en haar kleinkinderen Mathijs, Johannes en Peter van Scheilbergh krijgen elk een legaat. Peter van der Masen de oude verklaart niets schuldig te zijn aan Mathijs, Gobbelszoon, wegens de hof 't Ghen Vleut gelegen te Kessel. Medebezegelaars:Johan, prior van de kruisheren, Arnt van Lomm en Johan Vyncken, schepenen te Venlo,en het klooster Maria Weide
"Int jair ons Heren dusent vierhondert ende vyff ende twintich op den sevenden dach des maents geheyten julius"
Petrus van der Masen de oude, priester en donaatbroeder van het klooster Maria Weide, verklaart zijn testament te hebben gemaakt ten overstaan van heer Heinrich, rector van het klooster Maria Weide, en in aanwezigheid van Johannes, prior van de Kruisheren te Venlo. Hij vermaakt aan het klooster de hof gelegen te Rykel, twee bunder akkerland gelegen in der Schuylt,het goed genaamd van Eertzersbach, namelijk vier morgen akkerland gelegen in het Oirbroickervelde3 en de rechten daarop zoals hij dat heeft gekocht van Derick Baken, viereneenhalve morgen akkerland gelegen in den Rodervelde, de kamp genaamd die Kromsteghe en het huis gelegen in het dorp Beesel. Met toestemming van de rector van het klooster vermaakt hij een legaat aan het kapittel van Sint Lambertus te Luik en aan de kerk te Beesel. Voorts moet het klooster aan zijn zuster Katharina onderdak verschaffen voor de rest van haar leven. Gaedschalken van Assel krijgt zijn leven lang jaarlijks twee malder rogge. Peter van der Masen, pastoor te Beesel,krijgt zijn brevier, zijn kamp gelegen bij de Maas en zijn kamp gelegen bij Obrouck, welke laatste kamp na zijn dood aan de kerk van Beesel zal toebehoren. De zoon van zijn broer Gobbel krijgt viereneenhalve morgen in het Wijlreveld met de last om aan Peter van Assel, pastoor te Repel, jaarlijks twee malder rogge te leveren. Heer Peter, Gobbel, Mathijs, Sijbken, Jenyken en Leonard, broers, kinderen van zijn broer Gobbel,Kristken Strick en zijn echtgenote Lysbeth, Katrijnen, zijn zuster, en haar kleinkinderen Mathijs, Johannes en Peter van Scheilbergh krijgen elk een legaat. Peter van der Masen de oude verklaart niets schuldig te zijn aan Mathijs, Gobbelszoon, wegens de hof 't Ghen Vleut gelegen te Kessel. Medebezegelaars:Johan, prior van de kruisheren, Arnt van Lomm en Johan Vyncken, schepenen te Venlo,en het klooster Maria Weide
14.D063 Klooster Maria Weide te Venlo, 1405-1798
Regesten
107
1425 juli 7
"Int jair ons Heren dusent vierhondert ende vyff ende twintich op den sevenden dach des maents geheyten julius"
Petrus van der Masen de oude, priester en donaatbroeder van het klooster Maria Weide, verklaart zijn testament te hebben gemaakt ten overstaan van heer Heinrich, rector van het klooster Maria Weide, en in aanwezigheid van Johannes, prior van de Kruisheren te Venlo. Hij vermaakt aan het klooster de hof gelegen te Rykel, twee bunder akkerland gelegen in der Schuylt,het goed genaamd van Eertzersbach, namelijk vier morgen akkerland gelegen in het Oirbroickervelde3 en de rechten daarop zoals hij dat heeft gekocht van Derick Baken, viereneenhalve morgen akkerland gelegen in den Rodervelde, de kamp genaamd die Kromsteghe en het huis gelegen in het dorp Beesel. Met toestemming van de rector van het klooster vermaakt hij een legaat aan het kapittel van Sint Lambertus te Luik en aan de kerk te Beesel. Voorts moet het klooster aan zijn zuster Katharina onderdak verschaffen voor de rest van haar leven. Gaedschalken van Assel krijgt zijn leven lang jaarlijks twee malder rogge. Peter van der Masen, pastoor te Beesel,krijgt zijn brevier, zijn kamp gelegen bij de Maas en zijn kamp gelegen bij Obrouck, welke laatste kamp na zijn dood aan de kerk van Beesel zal toebehoren. De zoon van zijn broer Gobbel krijgt viereneenhalve morgen in het Wijlreveld met de last om aan Peter van Assel, pastoor te Repel, jaarlijks twee malder rogge te leveren. Heer Peter, Gobbel, Mathijs, Sijbken, Jenyken en Leonard, broers, kinderen van zijn broer Gobbel,Kristken Strick en zijn echtgenote Lysbeth, Katrijnen, zijn zuster, en haar kleinkinderen Mathijs, Johannes en Peter van Scheilbergh krijgen elk een legaat. Peter van der Masen de oude verklaart niets schuldig te zijn aan Mathijs, Gobbelszoon, wegens de hof 't Ghen Vleut gelegen te Kessel. Medebezegelaars:Johan, prior van de kruisheren, Arnt van Lomm en Johan Vyncken, schepenen te Venlo,en het klooster Maria Weide
"Int jair ons Heren dusent vierhondert ende vyff ende twintich op den sevenden dach des maents geheyten julius"
Petrus van der Masen de oude, priester en donaatbroeder van het klooster Maria Weide, verklaart zijn testament te hebben gemaakt ten overstaan van heer Heinrich, rector van het klooster Maria Weide, en in aanwezigheid van Johannes, prior van de Kruisheren te Venlo. Hij vermaakt aan het klooster de hof gelegen te Rykel, twee bunder akkerland gelegen in der Schuylt,het goed genaamd van Eertzersbach, namelijk vier morgen akkerland gelegen in het Oirbroickervelde3 en de rechten daarop zoals hij dat heeft gekocht van Derick Baken, viereneenhalve morgen akkerland gelegen in den Rodervelde, de kamp genaamd die Kromsteghe en het huis gelegen in het dorp Beesel. Met toestemming van de rector van het klooster vermaakt hij een legaat aan het kapittel van Sint Lambertus te Luik en aan de kerk te Beesel. Voorts moet het klooster aan zijn zuster Katharina onderdak verschaffen voor de rest van haar leven. Gaedschalken van Assel krijgt zijn leven lang jaarlijks twee malder rogge. Peter van der Masen, pastoor te Beesel,krijgt zijn brevier, zijn kamp gelegen bij de Maas en zijn kamp gelegen bij Obrouck, welke laatste kamp na zijn dood aan de kerk van Beesel zal toebehoren. De zoon van zijn broer Gobbel krijgt viereneenhalve morgen in het Wijlreveld met de last om aan Peter van Assel, pastoor te Repel, jaarlijks twee malder rogge te leveren. Heer Peter, Gobbel, Mathijs, Sijbken, Jenyken en Leonard, broers, kinderen van zijn broer Gobbel,Kristken Strick en zijn echtgenote Lysbeth, Katrijnen, zijn zuster, en haar kleinkinderen Mathijs, Johannes en Peter van Scheilbergh krijgen elk een legaat. Peter van der Masen de oude verklaart niets schuldig te zijn aan Mathijs, Gobbelszoon, wegens de hof 't Ghen Vleut gelegen te Kessel. Medebezegelaars:Johan, prior van de kruisheren, Arnt van Lomm en Johan Vyncken, schepenen te Venlo,en het klooster Maria Weide
Datering:
1425 juli 7
Notabene:
Origineel op perkament, inv. nr. 15, met de zegels van de oorkonder en medebezegelaars
Zie ook:
Organisatie: Historisch Centrum Limburg, te Maastricht
laatste wijziging 07-05-2015
laatste wijziging 15-01-2021
975 beschreven archiefstukken
394 gedigitaliseerd
totaal 3.521 bestanden
Kenmerken
Datering:
1405-1798
Omvang m1:
1,8 meter - 298 charters
Inventaris:
14.D063 - Buytendijk, S.F.G. En A.M.T. Peeters, Inventaris Vanhet Archief van het Klooster Mariaweide te Venlo,(1339) 1405-1798
Categorie:
laatste wijziging 15-01-2021
975 beschreven archiefstukken
394 gedigitaliseerd
totaal 3.521 bestanden