14.D003 Klooster van Sint-Gerlach te Houthem, 1202-1786 ( Historisch Centrum Limburg, te Maastricht )
14.D003
Klooster van Sint-Gerlach te Houthem, 1202-1786
Inleiding
laatste wijziging 31-03-2023
337 beschreven archiefstukken
24 gedigitaliseerd
totaal 52 bestanden
Inventaris
laatste wijziging 31-03-2023
337 beschreven archiefstukken
24 gedigitaliseerd
totaal 52 bestanden
Regesten
117 Ongedateerd, tussen 1439-1445
De zusters van het convent van Sente Geerlaich verklaren, dat zij te Oersbeick een hoeve bezitten, welke steeds vrij goed geweest is maar thans door de schepenen van Oersbeick belast is - ten behoeve van een door de hertog van Bourgognien uitgeschreven bede - met een schatting van elf Rijnse gulden en zij richten derhalve aan de hertog het verzoek zijn stadhouder in het land van Valkenberch, Diederich van Palant, te bevelen, deze schatheffing als niet gerechtvaardigd te verbieden
De zusters van het convent van Sente Geerlaich verklaren, dat zij te Oersbeick een hoeve bezitten, welke steeds vrij goed geweest is maar thans door de schepenen van Oersbeick belast is - ten behoeve van een door de hertog van Bourgognien uitgeschreven bede - met een schatting van elf Rijnse gulden en zij richten derhalve aan de hertog het verzoek zijn stadhouder in het land van Valkenberch, Diederich van Palant, te bevelen, deze schatheffing als niet gerechtvaardigd te verbieden
14.D003 Klooster van Sint-Gerlach te Houthem, 1202-1786
Regesten
117
Ongedateerd, tussen 1439-1445
De zusters van het convent van Sente Geerlaich verklaren, dat zij te Oersbeick een hoeve bezitten, welke steeds vrij goed geweest is maar thans door de schepenen van Oersbeick belast is - ten behoeve van een door de hertog van Bourgognien uitgeschreven bede - met een schatting van elf Rijnse gulden en zij richten derhalve aan de hertog het verzoek zijn stadhouder in het land van Valkenberch, Diederich van Palant, te bevelen, deze schatheffing als niet gerechtvaardigd te verbieden
De zusters van het convent van Sente Geerlaich verklaren, dat zij te Oersbeick een hoeve bezitten, welke steeds vrij goed geweest is maar thans door de schepenen van Oersbeick belast is - ten behoeve van een door de hertog van Bourgognien uitgeschreven bede - met een schatting van elf Rijnse gulden en zij richten derhalve aan de hertog het verzoek zijn stadhouder in het land van Valkenberch, Diederich van Palant, te bevelen, deze schatheffing als niet gerechtvaardigd te verbieden
Datering:
Ongedateerd, tussen 1439-1445
Notabene:
Afschrift in vidimus van 12 augustus 1446 (inv. no. 130). Druk: Franquinet no. 113, blz. 118-120
Zie ook regestnummer:
119, 118
Opmerking:
Aangezien de hertogelijke bede, waartegen de zusters zich verzetten, blijkens de tekst van de akte van 12 augustus 1446 (reg. 119) in het jaar 1439 was uitgeschreven en de verklaring van hertog Philips, waarbij hij het verzoek van de kloosterzusters inwilligde, op 4 mei 1445 uitgevaardigd werd (reg. 118), moet het smeekschrift van het convent van Sint Gerlach tussen 1439 en 1445 gedateerd worden
Organisatie: Historisch Centrum Limburg, te Maastricht
laatste wijziging 08-03-2016
laatste wijziging 31-03-2023
337 beschreven archiefstukken
24 gedigitaliseerd
totaal 52 bestanden
Kenmerken
Datering:
1202-1786
Auteur:
J.A.K. Haas
Omvang m1:
1,2 meter - 205 charters
Inventaris:
Inventaris van het archief van het Norbertinesssenklooster te Sint-Gerlach. Inventarissenreeks RAL 2 (Maastricht 1970)
Categorie:
laatste wijziging 31-03-2023
337 beschreven archiefstukken
24 gedigitaliseerd
totaal 52 bestanden