Uw zoekacties: Hof van Gelre en Zutphen
0124 Hof van Gelre en Zutphen ( Gelders Archief )

Archieftoegang

Hier vindt u de inventaris van een archieftoegang. Hierin staat beschreven welke stukken zich in dit archief bevinden. 
 
Het nummer dat voor de titel van het archief staat is het toegangsnummer van dit archief. Het nummer dat voor de beschrijving van een stuk staat is het inventarisnummer. 
  • Bij ‘Kenmerken’ vindt u algemene informatie over dit archief
  • Bij ‘Inleiding’ vindt u achtergrondinformatie over dit archief, denk hierbij aan de openbaarheid, de archiefvormer en de oorsprong en opbouw van het archief.
  • Bij ‘Inventaris’ vindt u de lijst met beschrijvingen van stukken die zich in dit archief bevinden. 

Hoe zoekt u door een archieftoegang?

Klik op de zoekbalk links bovenin en voer uw zoekterm(en) in. Klik vervolgens op ‘zoek’.
Onder ‘Gevonden archiefstukken’ verschijnen de beschrijvingen van stukken uit dit archief waar deze term in voorkomt. Om te zien in welk deel van het archief deze stukken zitten klikt u op ‘Inventaris’. Dor telkens te klikken op het woord/de woorden die vetgedrukt worden weergegeven komt u uit bij de (met geel gemarkeerde) zoektermen. 

Welke archieftoegangen heeft het Gelders Archief?

Bekijk het Archievenoverzicht  om te zien welke archieven zich in het Gelders Archief bevinden. Deze zijn niet allemaal geïnventariseerd en beschikbaar voor inzage. Als er geen inventarislijst beschikbaar is, is dit archief helaas nog niet in te zien. 
 

 

beacon
 
 
Inleiding
1. Auteursrechten en andere rechten
2. Openbaarheid en citeren
3. Verantwoording van de digitalisering
4. Inleiding A.J. Maris
5. Inleiding A.J. Maris als pdf-bestand
Erfgoedstuk
6. Gesproken toelichtingen
7. Bijlagen
Inventaris
II. Bescheiden van politieke en administratieve aard, herkomstig van het Hof van Gelre en Zutphen , 1543- 1795, en van administratieve aard, herkomstig van het Hof van Justitie, 1795-1802, en van het Departementaal Gerechtshof, 1802-1811
H. Zaken betreffende hofgoederen
N.B. Volgens art. 7 van de Kanselarij-Ordonnantie (1547) was het Hof bevoegd kennis te nemen van alle zaken, hofhorigengoederen aangaande. Het betreft hier niet alleen hofhorige goederen en tot tynsgoederen gevrijde horige goederen van het Gelderse landsvorstelijke domein, waaronder de herengoederen op de Veluwe een voorname plaats innamen, maar ook goederen, welke onder hoven van derden behoorden. De Gelderse vorsten waren nl. q.q. oppervoogd van alle geestelijke goederen en de bewoners ervan binnen hun territoir, ook van de goederen c.a. van buitenslands gevestigde geestelijke instellingen. Voorts waren de landsvorsten erfvoogd van enige geestelijke instellingen als rechtverkrijgende van een der vroegere stichters of begunstigers, bijv. van het kapittel van Sint Marie te Utrecht. Niet-landrechtelijk vrije lieden stonden, evenals andere personae miserabiles, onder de bescherming van de landsvorst. Zie boven inv.nr. 412.
2302 Acte van consent voor Aelt van Sorckstain, bezitter van het aan de landsvorst horige goed Sorckstain in het ambt Barneveld, om aan zijn vrouw Reynt lijftocht aan het goed toe te kennen. Minuut, 1558. 1 stuk
N.B. Vergel. voor dit goed inv.nr. 1556, civiele procesdossiers 1614/20.
0124 Hof van Gelre en Zutphen
Inventaris
II. Bescheiden van politieke en administratieve aard, herkomstig van het Hof van Gelre en Zutphen , 1543- 1795, en van administratieve aard, herkomstig van het Hof van Justitie, 1795-1802, en van het Departementaal Gerechtshof, 1802-1811
H. Zaken betreffende hofgoederen
N.B. Volgens art. 7 van de Kanselarij-Ordonnantie (1547) was het Hof bevoegd kennis te nemen van alle zaken, hofhorigengoederen aangaande. Het betreft hier niet alleen hofhorige goederen en tot tynsgoederen gevrijde horige goederen van het Gelderse landsvorstelijke domein, waaronder de herengoederen op de Veluwe een voorname plaats innamen, maar ook goederen, welke onder hoven van derden behoorden. De Gelderse vorsten waren nl. q.q. oppervoogd van alle geestelijke goederen en de bewoners ervan binnen hun territoir, ook van de goederen c.a. van buitenslands gevestigde geestelijke instellingen. Voorts waren de landsvorsten erfvoogd van enige geestelijke instellingen als rechtverkrijgende van een der vroegere stichters of begunstigers, bijv. van het kapittel van Sint Marie te Utrecht. Niet-landrechtelijk vrije lieden stonden, evenals andere personae miserabiles, onder de bescherming van de landsvorst. Zie boven inv.nr. 412.
2302
Acte van consent voor Aelt van Sorckstain, bezitter van het aan de landsvorst horige goed Sorckstain in het ambt Barneveld, om aan zijn vrouw Reynt lijftocht aan het goed toe te kennen. Minuut, 1558. 1 stuk
N.B. Vergel. voor dit goed inv.nr. 1556, civiele procesdossiers 1614/20.
Datering:
1558
Omvang:
stuk
Organisatie: Gelders Archief

Kenmerken

Datering:
(1425) 1543-1811 (1902)
Auteur:
A.J. Maris, H.L. Driessen/F. Keverling Buisman (Album advocatorum)/K.J.W. Peeneman