3055 Consulentschap Openluchtrecreatie Ressort Oost ( Gelders Archief )
3055
Consulentschap Openluchtrecreatie Ressort Oost
Inleiding
1. Het openluchtrecreatiebeleid
N.B. Deze tekst is gebaseerd op R. van der Wal, Openluchtrecreatie, een institutioneel onderzoek naar actoren taken en handelingen op het beleidsterrein Openluchtrecreatie in de periode 1945 - 1996 . ('s-Gravenhage, 1998) PIVOT-rapport nr. 51. Voor een uitgebreidere inleiding op het in deze toegang beschreven beleidsterrein wordt u verwezen naar dit rapport.
N.B. Deze tekst is gebaseerd op R. van der Wal, Openluchtrecreatie, een institutioneel onderzoek naar actoren taken en handelingen op het beleidsterrein Openluchtrecreatie in de periode 1945 - 1996 . ('s-Gravenhage, 1998) PIVOT-rapport nr. 51. Voor een uitgebreidere inleiding op het in deze toegang beschreven beleidsterrein wordt u verwezen naar dit rapport.
3055 Consulentschap Openluchtrecreatie Ressort Oost
Inleiding
1.
Het openluchtrecreatiebeleid
N.B. Deze tekst is gebaseerd op R. van der Wal, Openluchtrecreatie, een institutioneel onderzoek naar actoren taken en handelingen op het beleidsterrein Openluchtrecreatie in de periode 1945 - 1996 . ('s-Gravenhage, 1998) PIVOT-rapport nr. 51. Voor een uitgebreidere inleiding op het in deze toegang beschreven beleidsterrein wordt u verwezen naar dit rapport.
N.B. Deze tekst is gebaseerd op R. van der Wal, Openluchtrecreatie, een institutioneel onderzoek naar actoren taken en handelingen op het beleidsterrein Openluchtrecreatie in de periode 1945 - 1996 . ('s-Gravenhage, 1998) PIVOT-rapport nr. 51. Voor een uitgebreidere inleiding op het in deze toegang beschreven beleidsterrein wordt u verwezen naar dit rapport.
Het Openluchtrecreatiebeleid is een veelvoud van diverse deelbeleidsterreinen. Volgens de definitie uit het "Structuurschema Openluchtrecreatiebeleid" 1984 moest men onder het begrip openluchtrecreatie verstaan, die bezigheden die ontspanning en zelfontplooiing als hoofddoel hebben, uit vrije keuze worden verricht en plaatsvinden in de openlucht. De rijksoverheid diende zich daarbij te richten op de totstandkoming van activiteiten en voorzieningen ten algemenen nutte, of wel voorzieningen die openbaar toegankelijk zijn.
Van oorsprong omvatte het beleid uitsluitend de land- en waterrecreatie, waaronder de watersport en het kamperen vielen. Na de departementale reorganisatie van 1982, waarbij het Openluchtrecreatiebeleid van het Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk naar dat van Landbouw overging werden aan het Openluchtrecreatiebeleid enkele taken toegevoegd.
Het totale Openluchtrecreatiebeleid valt uiteen in een zevental aparte beleidsterreinen:
Land/Waterrecreatie: Het creëren van openluchtrecreatievoorzieningen ten algemenen nutte. Dit beleid neemt vanaf de jaren vijftig een centrale plaats in. Het is onlosmakelijk verbonden met het beleid inzake de ruimtelijke ordening. Het beleid valt onder te verdelen in land- en waterrecreatie.
Land/Waterrecreatie: Het creëren van openluchtrecreatievoorzieningen ten algemenen nutte. Dit beleid neemt vanaf de jaren vijftig een centrale plaats in. Het is onlosmakelijk verbonden met het beleid inzake de ruimtelijke ordening. Het beleid valt onder te verdelen in land- en waterrecreatie.
Verblijfsrecreatiebeleid/Kampeerbeleid: Kampeervoorzieningen zijn veelal het product van particulier initiatief. Het rijksbeleid richt zich op de kwaliteit van de voorzieningen door middel van wet- en regelgeving.
Vakantiespreiding: Tot en met 1996 een vast onderdeel van het Openluchtrecreatiebeleid, in de periode 1986 tot en met 1996 coördinerende verantwoordelijkheid voor landelijk vakantiespreidingsadvies.
Paardensport: Valt uiteen in de hippische sport en de draf- en rensport. Dit beleidsterrein is in 1982 in het algehele Openluchtrecreatiebeleid opgenomen.
Volkstuinieren: In 1982 geïntegreerd in het Openluchtrecreatiebeleid.
Gezelschapsdieren/Hobbydierenfokkerij: Het bevorderen van actieve en passieve vormen van vrijetijdsbesteding waarin het dier centraal staat. Het beleid zowel op het recreatieve als op het dierenwelzijnaspect gericht berustte tot 1982 bij de minister van CRM. In 1982 is dit beleid overgebracht naar het Ministerie van Landbouw en geïntegreerd in het Openluchtrecreatiebeleid.
Sportvisserij: Sportvisserij maakt een wezenlijk deel uit van de openluchtrecreatie. Het sportvisserijbeleid maakt echter geen deel uit van dit beleidsterrein.
laatste wijziging 05-11-2023
4 beschreven archiefstukken
Inventaris
laatste wijziging 05-11-2023
4 beschreven archiefstukken
Kenmerken
Datering:
1965-1977
Auteur:
Centrale Archief Selectiedienst Winschoten, 2007
Categorie:
laatste wijziging 05-11-2023
4 beschreven archiefstukken