In 1896 verkoopt G.H. Lamers, landbouwer te Rheden, aan Jonkvrouwe Julie Henriëtte Brantsen van Rhederhof het perceel bouwland kadastraal bekend Gemeente Rheden, sectie D. nr 1244. Een berichtje in de Velpsche Courant van 15 februari 1896 vermeldt dat voor rekening van freule H. Brantsen een nieuwe naai- en breischool gebouwd zal worden tegenover de Kerk. In de kadastrale registers staat genoteerd dienstjaar 1898 (=1897) herbouw enz. Dit betekent dat in 1897 het perceel bebouwd is. Het nieuwe kadastrale nummer wordt dan D 2017.

Volgens de statuten werd de school op 10 december 1919 opgericht. Doel was de bestaande naai- en breischool te Rheden met alle mogelijke middelen te steunen en te arbeiden aan haar uitbreiding en bloei. De school wilde meisjes op het gebied van breien, naaien, stoppen, mazen, knippen enz. alles leren wat een goede huisvrouw nodig heeft.

Bij akte van 27 april 1925 verleden voor notaris J. Voorhorst te Doesburg, schenkt jvr. Brantsen aan de Gemeente Rheden het schoolgebouw van de naai- en breischool met erf en grond, tezamen groot 14 aren, negentig ca. onder voorwaarde dat de gemeente zich verbindt om in het dorp Rheden een inrichting voor Nijverheidsonderwijs voor meisjes in stand te houden en daartoe het geschonken gebouw te gebruiken.

Het voorste gedeelte van het gebouw is na de schenking jaren als woning in gebruik geweest bij de dames Put, die het achterste gedeelte gebruikten voor het geven van naai- en breilessen aan meisjes. Nadat dit gestopt was werd dit gedeelte achtereenvolgens gebruikt als dependance van de Lagere Technische School, als Bibliotheek, als kleuterschool en peuterspeelzaal en als boekbinderij. Het voorste gedeelte werd verhuurd aan het College van Kerkvoogden van de Hervormde Gemeente.

In 1978 verzoekt de Hervormde Gemeente het pand te mogen kopen. In de Raadsvergadering van 3 oktober 1978 wordt hiertoe besloten en bij notariële akte van 20 februari 1979, verleden voor notaris J.L.A. van Gendt te Velp wordt het gebouw (de voormalige Jonkvrouwe Brantsenschool) met erf overgedragen aan de "Ds. J.H. Buinink-Stichting".

Bij brief van 11 februari 1945 werd aan de burgemeester mededeling gedaan van de opheffing van de vereniging. Een deel van het archief is toen op het gemeentehuis gedeponeerd. Op 13 juni 1995 werd de correspondentie 1931-1945 ontvangen van de heer C.C.A. Beumer te Rheden.