Uw zoekacties: Kantongerecht te Culemborg

1052 Kantongerecht te Culemborg ( Gelders Archief )

Archieftoegang

Hier vindt u de inventaris van een archieftoegang. Hierin staat beschreven welke stukken zich in dit archief bevinden. 
 
Het nummer dat voor de titel van het archief staat is het toegangsnummer van dit archief. Het nummer dat voor de beschrijving van een stuk staat is het inventarisnummer. 
  • Bij ‘Kenmerken’ vindt u algemene informatie over dit archief
  • Bij ‘Inleiding’ vindt u achtergrondinformatie over dit archief, denk hierbij aan de openbaarheid, de archiefvormer en de oorsprong en opbouw van het archief.
  • Bij ‘Inventaris’ vindt u de lijst met beschrijvingen van stukken die zich in dit archief bevinden. 

Hoe zoekt u door een archieftoegang?

Klik op de zoekbalk links bovenin en voer uw zoekterm(en) in. Klik vervolgens op ‘zoek’.
Onder ‘Gevonden archiefstukken’ verschijnen de beschrijvingen van stukken uit dit archief waar deze term in voorkomt. Om te zien in welk deel van het archief deze stukken zitten klikt u op ‘Inventaris’. Dor telkens te klikken op het woord/de woorden die vetgedrukt worden weergegeven komt u uit bij de (met geel gemarkeerde) zoektermen. 

Welke archieftoegangen heeft het Gelders Archief?

Bekijk het Archievenoverzicht  om te zien welke archieven zich in het Gelders Archief bevinden. Deze zijn niet allemaal geïnventariseerd en beschikbaar voor inzage. Als er geen inventarislijst beschikbaar is, is dit archief helaas nog niet in te zien. 
 

 

beacon
 
 
Inleiding
1. Openbaarheid en citeren
2. De geschiedenis van het kantongerecht
2.1. Ontstaan en territoriale indeling
1052 Kantongerecht te Culemborg
Inleiding
2. De geschiedenis van het kantongerecht
2.1.
Ontstaan en territoriale indeling
Organisatie: Gelders Archief
Met de invoering van de Wet op de Zamenstelling der regterlijke macht en het beleid der justitie voor het koningrijk der Nederlanden *  op 1 oktober 1838 verschenen de kantongerechten ten rechterlijk tonele. Deze kantongerechten vervingen de vredegerechten en de rechtbanken van enkele politie. Ze vormden samen met de Hoge Raad, de gerechtshoven en de arrondissementsrechtbanken de nieuwe rechterlijke organisatie.
Naast deze wet, ook wel Wet op de Rechterlijke Organisatie genoemd, traden ook verschillende nieuwe wetboeken, waaronder het Burgerlijk Wetboek en het Wetboek van Koophandel, in werking. Alleen het strafrecht bleef nog geregeld in de Franse Code Pénal tot het tijdstip van invoer van het nieuwe Wetboek van Strafrecht op 1 september 1886. Bij de Wet op de Rechterlijke Organisatie hoorden vier Reglementen van openbaar bestuur, te weten (I) de eedaflegging en de inwendige dienst, (II) de titulatuur en de ambtskleding, (III) de orde voor advocaten en procureurs en (IV) de organisatie en de dienst van deurwaarders en andere rechtsbedienden.
De rechterlijke indeling van de provincies werd bij de wetten van 1828 (Staatsblad 68-83) en 1830 (Staatsblad 12, 29, 46) vastgesteld. De Belgische opstand maakte wijzigingen in deze indeling noodzakelijk. Deze gewijzigde indeling werd door middel van een koninklijk besluit van kracht in 1838 (Staatsblad 12).
In Gelderland was de arrondissements- en kantonindeling als volgt *  : tweeëntwintig kantons waren verdeeld over vier arrondissementen. De kantons Arnhem, Zevenaar, Wageningen, Nijkerk, Elburg, Apeldoorn en Harderwijk behoorden tot het arrondissement Arnhem; de kantons Nijmegen, Wijchen, Elst en Druten tot het arrondissement Nijmegen, de kantons Zutphen, Lochem, Groenlo, Aalten, Doetinchem, Doesburg en Terborg maakten deel uit van het arrondissement Zutphen, terwijl de kantons Tiel, Geldermalsen, Culemborg en Bommel (later Zaltbommel) tot het arrondissement Tiel behoorden.
De landelijke rechterlijke organisatie telde per 1 januari 1842 maar liefst 11 gerechtshoven, 34 arrondissementsrechtbanken en 150 kantongerechten. Tegen dit grote aantal groeide verzet. Pas met de wet van 10 november 1875 (Staatsblad 204) werden de provinciale gerechtshoven opgeheven en vervangen door vijf regionale gerechtshoven, gevestigd in 's-Hertogenbosch, 's-Gravenhage, Amsterdam, Leeuwarden en Arnhem. De rechtsgebieden van deze nieuwe hoven werden bij de wetten van 9 april 1877 (Staatsblad 74-8) opnieuw vastgesteld. Tevens werd in deze wetten de opheffing van 11 arrondissementsrechtbanken en 44 kantongerechten bepaald. Per 1 januari 1878 was het aantal rechterlijke instellingen teruggebracht naar vijf gerechtshoven, 23 arrondissementsrechtbanken en 106 kantongerechten.
Voor Gelderland had deze herindeling van 1877 de volgende consequenties: zowel de arrondissementsrechtbank te Nijmegen werd opgeheven als de kantongerechten van Zevenaar, Nijkerk, Elburg, Wijchen, Lochem, Aalten, Doetinchem en Culemborg. Het kanton Zevenaar viel in zijn geheel onder Arnhem, het kanton Nijkerk werd vervolgens opgesplitst tussen Amersfoort en Harderwijk, het kanton Elburg werd verdeeld over Harderwijk, Kampen, Zwolle en Apeldoorn, het kanton Wijchen werd opgesplitst tussen Nijmegen en Druten, het kanton Lochem viel uiteen tussen Zutphen en Groenlo, terwijl het kanton Aalten opgesplitst werd tussen Groenlo en Terborg, het kanton Doetinchem werd verdeeld over Terborg, Zutphen en Doesburg, terwijl het kanton Culemborg tot slot werd opgesplitst tussen Tiel en Geldermalsen. De Utrechtse gemeenten Veenendaal en Rhenen werden bij het kanton Wageningen gevoegd. De resterende kantons waren verdeeld over vier arrondissementen, Arnhem, Zutphen, Tiel en Zwolle. Het arrondiss
ement Arnhem omvatte de kantons Arnhem, Wageningen, Nijmegen, Elst, Doesburg en Terborg. Onder het arrondissement Zutphen vielen de kantons Zutphen, Groenlo, Apeldoorn en het Overijsselse Deventer. De kantons Tiel, Geldermalsen, Zaltbommel en Druten vielen, samen met het Zuid-Hollandse kanton Vianen, onder het arrondissement Tiel, terwijl het kanton Harderwijk onder het arrondissement Zwolle ging vallen.
Tussen 1878 en 1933 vonden enige kleine veranderingen plaats. Sommige arrondissementen en kantons werden opgeheven, anderen kwamen daarvoor in de plaats. In Gelderland bleef de gerechtelijke indeling ongewijzigd. In 1933 (Staatsblad 601-5) werden de rechtsgebieden opnieuw vastgelegd. Twee arrondissementsrechtbanken en 39 kantongerechten werden opgeheven. Voor Gelderland betekende dit dat de arrondissementsrechtbank Tiel werd opgeheven evenals de kantongerechten te Elst, Doesburg, Geldermalsen, Zaltbommel en Druten. Het kanton Elst werd verdeeld over Wageningen, Arnhem en Nijmegen, het kanton Doesburg over Arnhem, Zutphen en Terborg en het kanton Geldermalsen over Utrecht, Tiel en het Noord-Brabantse 's Hertogenbosch. Het kanton Zaltbommel werd opgesplitst tussen Tiel en 's Hertogenbosch en het kanton Druten werd verdeeld over Nijmegen en Tiel.
2.2. Functionarissen
2.3. Bevoegdheden
2.4. Procesgang
2.5. Archiefvorming
3. Het Kantongerecht in Culemborg
4. Overbrenging van de archieven
5. Verantwoording van de inventarisatie
6. Aanwijzingen voor het gebruik
7. Overzicht van geraadpleegde literatuur
8. Gebruikte afkortingen
9. Bijlagen

Kenmerken

Datering:
1838-1877
Auteur:
R. de Jong, B. Veeningen