Mr. Pieter Albert Vincent baron van Harinxma thoe Slooten werd op 22 oktober 1870 op Fockens-state te Beetsterzwaag geboren. Hij bezocht het gymnasium te Leeuwarden. Daarna studeerde hij rechten in Leiden. Zijn leermeesters waren o.a. de hoogleraren Oppenheim en Meyers. In 1894 promoveerde hij tot doctor in de rechtswetenschappen op de dissertatie: "De gemeenteverordening tegenover de persoonlijke vrijheid en het recht van eigendom". In 1897 ging Van Harinxma naar het departement van Justitie in Den Haag. Hij heeft hier gewerkt op de afdeling straf-, staats-, en volkenrecht, eerst onder minister Cort van der Linden, en later met het optreden van het ministerie Kuyper in 1901, onder minister Loeff. *  Hij had daar een belangrijk aandeel in het ontwerpen van de Beroepswet inzake de Ongevallenverzekering, die de instelling van de Raden van Beroep en van de Centrale Raad van Beroep alsmede de wijze van rechtspleging door deze colleges regelde. In 1903 werd hij benoemd tot lid van de Centrale Raad van Beroep te Utrecht. Hij behoorde tot één der eerst benoemde leden.

Met ingang van 1 september 1909 werd Van Harinxma op voordracht van minister Heemskerk benoemd tot Commissaris der Koningin in de provincie Friesland als opvolger van zijn vader, die in juni 1909 was afgetreden. *  De installatie vond op dezelfde dag plaats in de vergadering van Gedeputeerde Staten. Pas op 21 december nam hij zitting op de voorzittersstoel in de Statenzaal tijdens de winterzitting. De regering erkende zijn verdiensten bij herhaling. Zo werd hij in september 1925 benoemd tot Commandeur in de orde van Oranje Nassau, terwijl later zijn benoeming tot Staatsraad in bijzondere dienst volgde. *  De beëdiging vond plaats in de vergadering van de Raad van State van 18 oktober 1938. De benoeming werd gezien als blijk van waardering voor bekwaamheid en plichtsbetrachting. De adressering van de correspondentie veranderde: op ingekomen en uitgaande brieven bij en van de Commissaris der Koningin werd de titel van Staatsraad steeds vermeld. Op 16 juni 1898 was Van Harinxma getrouwd met Clara Feyona barones van Harinxma thoe Slooten, een dochter van de toenmalige burgemeester van Den Haag. Zij overleed in 1929. De Commissaris hertrouwde te Domburg op 2 april 1931 met jkvr. A.G. Snouck Hurgronje, weduwe van mr. Eduard Lamoraal Umbgrove. *