0197 N.V. Nederlandsche Turfbrikettenfabriek ( Drents Archief )
0197
N.V. Nederlandsche Turfbrikettenfabriek
Inventaris
1. Inleiding
0197 N.V. Nederlandsche Turfbrikettenfabriek
1.
Inleiding
Vanuit de N.V. Ontginningsmaatschappij "Het Lantschap Drenthe" (zie toegang nr. 0184) die zich bezig hield met het in cultuur brengen van woeste grond, werden in 1940 initiatieven ontplooid om een turfbrikettenfabriek te stichten in het Amsterdamsche Veld in de gemeente Emmen onder Nieuw- Schoonebeek * . De turfbriket is een product dat ontstaat uit het persen van turfgruis. Dit turfgruis wordt verkregen door frezen van veengrond, d.w.z. het machinaal losscheuren en vermalen van de grond. De fabricage van turfbriketten was in die tijd een voor Nederland nieuw procédé. De verwachting leefde dat de gruiswinning een snellere en meer rendabele wijze van vervening was dan de normale vervening, d.i. de verwerking van veen tot fabrieksturf * . De beoogde turfbrikettenfabriek werd dan ook als een proefbedrijf gezien.
In augustus 1941 werd de akte van oprichting gepasseerd * . Oprichters waren de Staat der Nederlanden en de Stichting Nederlandsche Turfcentrale, die voor respectievelijk 9 aandelen en 1 aandeel deelnamen in het kapitaal van de vennootschap dat ¿ 10.000 groot was. Het bestuur berustte bij een directeur en een raad van commissarissen. Bij de akte van oprichting werd tot directeur benoemd ir. E. Biewenga, directeur van Het Lantschap Drenthe. Commissarissen werden mr. dr. R.H. baron de Vos van Steenwijk, voorzitter van de Stichting Nederlandsche Turfcentrale, dr. W.L. Groenveld Meijer, administrateur bij het departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart, ir. J.O. de Kat, directeur van het Rijksinkoopbureau voor Werkverruiming, en ir. R. Sijbolts, secretaris-penningmeester van de Nederlandsche Turfcentrale. Kantoor werd gehouden te Assen, de fabriek kwam te staan in het Amsterdamsche Veld.
Om het bedrijf op te zetten werd uit het Landbouwcrisisfonds een voorschot verstrekt van ¿ 200.000 en door de Dienst voor de Werkverruiming een voorschot van ¿ 50.000. De machines konden worden overgenomen van een Duits bedrijf, Johannes Christiansen & Co. Torf- und Kokswerke in Westermoor * . Op 4 augustus 1942 werd de gehele fabriek voor het eerst in werking gesteld * . In de daarop volgende jarten werden vele tonnen briketten afgezet over het gehele land.
Ondanks het feit dat er in de jaren 1942-1945 regelmatig werd doorgewerkt, was het verlies over die jaren aanzienlijk: ¿ 376.600. Dat was dan ook de reden dat men zich in 1946 beraadde over het nut van voortzetting van het bedrijf. De conclusie was dat de fabricage van turfbriketten niet rendabel te maken was en dat turfbriketten niet konden concurreren met andere brandstoffen zoals de bruinkoolbriket en anthraciet * . In december 1946 stelde de raad van commissarissen de minister van Landbouw daarom voor over te gaan tot liquidatie van het bedrijf. Op 6 oktober 1948 gingen de aandeelhouders daarmee akkoord. De N.V. Ontginningsmaatschappij "Het Lantschap Drenthe" nam de gebouwen en installaties over.
laatste wijziging 06-03-2015
43 beschreven archiefstukken
Kenmerken
Datering:
1940-1950
Beschrijving:
N.V. Nederlandsche Turfbrikettenfabriek (1929) 1940-1950
Citeerinstructie:
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste eenmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Drents Archief, Assen. Toegang 0197 N.V. Nederlandsche Turfbrikettenfabriek
VERKORT:
NL-AsnDA, 0197
VOLLEDIG:
Drents Archief, Assen. Toegang 0197 N.V. Nederlandsche Turfbrikettenfabriek
VERKORT:
NL-AsnDA, 0197
Categorie:
- Zonder categorie
laatste wijziging 06-03-2015
43 beschreven archiefstukken