Uw zoekacties: Veender- en Lijkerpolder buiten de bedijking

2.5.30 Veender- en Lijkerpolder buiten de bedijking ( Hoogheemraadschap van Rijnland )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiƫrarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiƫrarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
1 Stichting, gebied en opheffing
2.5.30 Veender- en Lijkerpolder buiten de bedijking
Inleiding
1
Stichting, gebied en opheffing
Op de in 1615 verschenen kaart van Rijnland van Floris Balthasarsz. is al iets te zien van beginnende poldervorming in het gebied dat omsloten werd door het Haarlemmermeer of Leidsemeer in het noorden, de Oude Wetering, het Braassemermeer en het Paddegat in het oosten, de Wijde Aa in het zuiden en de Rijpwetering en de Ade in het westen. Dit gebied werd doorsneden door enkele noord-zuid lopende boezemwateren, zoals de Nieuwe Wetering, en door een aantal oost-west lopende boezemsloten en de daaraan parallel gelegen Langeweg. Op de kaart zijn een aantal molentjes ingetekend. * 
De definitieve inpoldering van het hiervoor omschreven gebied vond rond 1630 plaats. In 1626 verleenden dijkgraaf en hoogheemraden van Rijnland vergunning aan de ingelanden van het gebiedsdeel tussen de Oude Wetering in het oosten en de Nieuwe Wetering in het westen, het Haarlemmermeer in het noorden en de Langeweg in het zuiden om hun landen in te polderen. Hierdoor ontstond de Gogerpolder. Later volgde de definitieve inpoldering van de rest van het gebied. In 1632 kregen de ingelanden van het gebiedsdeel tussen de Rijpwetering en het Braassemermeer en tussen de Langeweg en de Wijde Aa van dijkgraaf en hoogheemraden van Rijnland vergunning om hun landen, waar al 28 molentjes stonden, tot een polder samen te voegen. Zo ontstond de Grote Veenderpolder. Twee jaar later volgde ook het noordwestelijk deel van het gebied. Hier ontstond de Lijkerpolder. * 
De Gogerpolder, de Grote Veenderpolder en de Lijkerpolder kregen al gauw een gemeenschappelijke bemaling. De kosten voor de molens en verlaten (schutsluizen) in de drie polders werden gemeenschappelijk omgeslagen. Kaden, duikers en bruggen bleven ten laste van iedere polder afzonderlijk. Omdat een groot gedeelte van het land in de drie polders geschikt was voor turfwinning, werden deze landen uitgeveend en vervolgens drooggemaakt. Dat gebeurde nadat hiervoor octrooi of vergunning was verleend. De veenderijen (later: droogmakerijen) kregen een eigen bestuur. Zo ontstonden achtereenvolgens de Gogerpolder (octrooi 1715), de Drooggemaakte Veender- en Lijkerpolder (octrooi 1744) en de Veenderpolder (octrooi 1792). Het in 1744 verleende octrooi had betrekking op de uit te venen landen van de Veenderpolder en de Lijkerpolder die in het ambacht Alkemade lagen. Het octrooi uit 1792 betrof het deel van de Veenderpolder dat in het ambacht Esselijkerwoude (later: gemeente Woubrugge) lag. De niet verveende restanten van de drie polders kwamen bekend te staan als de Veender- en Lijkerpolder buiten de bedijking. Uiteindelijk werd in de tweede helft van de negentiende eeuw ook het land langs de ringvaart van de Haarlemmermeerpolder uitgeveend en drooggemalen, waarna het als polder Het Noordveen een zelfstandige polder ging vormen. * 
Als gevolg van de totstandkoming van deze droogmakerijen kreeg de Veender- en Lijkerpolder buiten de bedijking een zeer grillige gedaante, zoals Teixeira de Mattos schreef. Het 'hoofdlichaam des polders' in zijn woorden werd in het oosten begrensd door het Braassemermeer en het Paddegat, in het zuiden door de ringdijk van de Veenderpolder, in het westen door de ringdijk van de Drooggemaakte Veender- en Lijkerpolder en in het noorden door de ringdijk van de Gogerpolder. Daarnaast had de polder drie uitlopers. Een uitloper liep uit de noordoostelijke hoek van het hoofdlichaam tussen de oostelijke ringdijk van de Gogerpolder en de Oude Wetering noordwaarts tot dichtbij de ringvaart van de Haarlemmermeerpolder. De tweede uitloper begon in de zuidwestelijke hoek van het hoofdlichaam en bestond eerst alleen uit de ringvaart van de Drooggemaakte Veender- en Lijkerpolder die tussen de zuidelijke ringdijk van die polder en de noordelijke ringdijk van de Veenderpolder westwaarts loopt tot aan de Rijpwetering en vervolgens uit de erven en huizen van het dorp Rijpwetering, gelegen tussen de Rijpwetering en de westelijke ringdijk van de Drooggemaakte Veender- en Lijkerpolder, noordwaarts lopend tot aan de Koppoel. De derde uitloper begon in de noordwestelijke hoek van het hoofdlichaam en werd eerst gevormd door de westwaarts lopende ringvaart van de Gogerpolder, die zich onder de naam Nieuwe Wetering naar het noorden buigt en doorloopt tot vlakbij de Ringvaart en vandaar westwaarts tussen de ringdijken van de Drooggemaakte Veender- en Lijkerpolder en van polder Het Noordveen naar enige percelen grond bij de Hanepoel en de Ade. In 1922 werden deze percelen van de polder afgescheiden en gingen onder de naam Kaspolder een aparte polder vormen. * 
Oorspronkelijk lag het overgrote deel van de polder in de gemeente Alkemade. Een klein hoekje bij het Paddegat lag in de gemeente Woubrugge. Door wijziging van de grens tussen beide gemeenten in 1959 kwam de gehele polder in de gemeente Alkemade te liggen. * 
In het kader van de concentratie van polders binnen het hoogheemraadschap van Rijnland werd de polder op 1 januari 1979 opgeheven en opgenomen in het nieuw gevormde waterschap De Oude Veenen.
2 Bestuur
3 Bemaling
4 Archief

Kenmerken

Datering:
1600 ca-1978
Onder de gemeente(n):
Alkemade
Omvang:
4 meter
Inventaris:
P.F. Schevenhoven, 2018
Openbaarheid:
Volledig openbaar
Licentie:
CC0 1.0 Publiek Domein Verklaring
Geografische namen: