Mijn Studiezaal (inloggen)
2.3.6.6 Palensteinsche polder ( Hoogheemraadschap van Rijnland )
2.3.6.6
Palensteinsche polder
Inleiding
1 Stichting, gebied en opheffing
2 Bestuur
2.3.6.6 Palensteinsche polder
Inleiding
2
Bestuur
In 1763 werd het bij het octrooi behorende reglement vervangen door een nieuw reglement volgens welke het polderbestuur zou bestaan uit een dijkgraaf, drie heemraden en twee molenmeesters. Bepaald werd dat de ambachtsheer van Zegwaard altijd dijkgraaf zou zijn en dat hij de vrijheid had een ander in zijn plaats aan te stellen, mits deze ten minste 20 morgen land in eigendom bezat. Ook voor de heemraden gold deze vereiste. *
In december 1763 gingen de gronden van het ambacht Zegwaard in eigendom over aan J. Osy-Zegwaard waarbij schout en ambachtsbewaarders afstand deden van de rechten die zij in de polder bezaten. De ambachtsheer ging er al gauw toe over het polderbeheer naar eigen inzicht te regelen en liet bestuursfuncties bezetten door personen die van hem afhankelijk waren. *
In 1774 gingen de erfgenamen van J. Osy-Zegwaard ertoe over de polder in kavels te verdelen en deze in het openbaar te verkopen. Dit leidde ertoe dat de polder in handen kwam van verschillende eigenaren waarbij het bestuur en beheer in handen van kroosheemraden en molenmeesters werd gelegd. * In 1809 richtten zij zich tot het hoogheemraadschap van Rijnland met een verzoek tot goedkeuring van een nieuw polderreglement. Blijkens dit in 1809 goedgekeurd reglement bestond het polderbestuur uit de schout van Zegwaard als voorzitter, vier ingelanden als poldermeesters en een ingeland als penningmeester. Met uitzondering van de schout werden de bestuursleden benoemd door stemgerechtigde ingelanden. *
Twee van de bovengenoemde poldermeesters oefenden met de schout het dagelijkse toezicht uit op de molens, molenaar en alle daarmee verbandhoudende zaken terwijl de overige twee met de schout het dagelijks toezicht hadden op alle andere waterstaatswerken. De stichting van een afzonderlijk polderbestuur heeft ertoe bijgedragen dat de taken van het ambachtsbestuur beperkt werden tot onder andere het drijven van de schouw over wateren en wegen en het innen van morgengeld van Rijnland. Omdat het polderbestuur het ambacht als een overbodig bestuursorgaan beschouwde, weigerde het nog langer hoge bestuurskosten aan het ambacht uit te keren. Hierdoor ontbrandde tot aan de opheffing van de ambachten in januari 1870 een felle strijd tussen beide organen. *
3 Bemaling
4 Archief
laatste wijziging 16-09-2023
161 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 3 bestanden
Inventaris
laatste wijziging 16-09-2023
161 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 3 bestanden
Kenmerken
Datering:
(1644) 1759-1969
Onder de gemeente(n):
Zoetermeer
Omvang:
1,65 meter
Inventaris:
J. Hoving, 1991; bewerkt door G.A. Koese, 2011
Openbaarheid:
Volledig openbaar
Scanning on demand:
Licentie:
Public Domain Dedication
Geografische namen:
Categorie:
laatste wijziging 16-09-2023
161 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 3 bestanden
