Bloemendaal was oorspronkelijk een ambacht dat deel uitmaakte van de bezittingen van de heren van Gouda. Na verloop van tijd groeide het uit tot een zelfstandige heerlijkheid. Ontginningsactiviteiten zorgde in de 13e eeuw al voor ontwateringswerken en bekadingen in dit gebied als bescherming tegen hoge waterstanden en veenwater. In 1331 besloten de gebieden Oud-Bloemendaal, Kort-Bloemendaal, Broek en Oude Gouwe met elkaar samen te gaan werken. In dat jaar kregen ze van Jan van Beaumont, heer van Gouda, toestemming om binnen Bloemendaal gezamenlijk een afwateringskanaal aan te leggen en te onderhouden, welke met een sluis in de IJssel mocht afwateren. Vanaf dat jaar is er sprake van een waterschap, later Heemraadschap Bloemendaal genoemd dat werd omgeven door de Gouwekade, de Ommeloopkade, de IJsselkade en de Bloemendaalse kade.

Het Heemraadschap Bloemendaal was een zelfstandig waterschap en lag buiten het grondgebied van het hoogheemraadschap Rijnland. Uitmalende op de boezem van Rijnland was het wel betrokken bij de belangen van Rijnland. Bij het nieuwe reglement van 1857 werd het Heemraadschap Bloemendaal, evenals de stad Gouda binnen Rijnlands grenzen getrokken. Het bijzonder reglement van de polder werd het eerst vastgesteld bij Statenbesluit van 4 juli 1861. Het reglement werd daarna nog diverse malen gewijzigd. De eerste rekening werd bij Rijnland in 1682 ingediend. * 
Per 1 januari 1979 werd de polder bestuurlijk opgenomen in het waterschap De Gouwelanden.