Beide polders werden vóór 1879 bemalen door de in 1790 gebouwde achtkante molen van de Noordeindsche polder aan de Leidse Vaart. De bestuurlijke vereniging bracht geen verandering in de wijze van bemaling. Omdat de weilanden in het oostelijk gedeelte van de afdeling Geer vaak last hadden van een te hoge waterstand, sloten de eigenaars in 1892 een overeenkomst om hun landerijen af te dammen en op een lager peil te bemalen. Eigenaars van laaggelegen land in het noordoostelijk gedeelte van de afdeling Noordeind sloten zich bij deze overeenkomst aan. De landerijen werden afgedamd, met elkaar verbonden door een duiker door de Geerweg en bemalen door een schepradmolentje, dat het water op de noordelijke plas van de afdeling Noordeind uitsloeg. De aldus ontstane onderbemaling kreeg de naam Afdamming. * 

In 1929 begon de bouw van een elektrisch gemaal aan de langs de Leidse Vaart gelegen Smidskade, ter vervanging van de sinds 1790 bestaande watermolen. Op 11 februari 1930 werd het gemaal geopend. *  In het zelfde jaar werd het schepradmolentje van de afdeling Afdamming vervangen door een Amerikaanse windmotor, nadat een eerder besluit van stemgerechtigde ingelanden om ook hier tot elektrische bemaling over te gaan was ingetrokken. *  In 1958 kwam het toch tot elektrificatie van de bemaling van de afdeling Afdamming, doordat op de bestaande vijzel een elektrische aandrijving werd aangebracht. In 1969 werd ook de vijzel vervangen. *