Uw zoekacties: Vosse- en Weerlanerpolder (en Weerlaner Veenderij en Droogmakerij)

1.2.4.21 Vosse- en Weerlanerpolder (en Weerlaner Veenderij en Droogmakerij) ( Hoogheemraadschap van Rijnland )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
1 Voorgeschiedenis
1.2.4.21 Vosse- en Weerlanerpolder (en Weerlaner Veenderij en Droogmakerij)
Inleiding
1
Voorgeschiedenis
Reeds in 1566 wordt de Vossepolder genoemd. Het is een stuk betreffende de stichting van een molentje tussen de Vosse- en Weerlaan. *  Op 23 mei 1626 kregen de erfgenamen van jonkheer Pieter Pijnszoon van het hoogheemraadschap van Rijnland vergunning om een stuk land van ongeveer 27 morgen te bepolderen. *  Het poldertje lag aan of in de buurt van de Weerlaan. De landen maakten eertijds deel uit van de polder van de Weerlaan waarvan de molen geheel vergaan was.
Op 8 november 1631 kreeg Dirck Jacobszoon Langevelt met enkele buren vergunning om een windwatermolen te stellen voor het bemalen van landen tussen de Weerlaan en de "Oostender Leeck". Het water werd afgevoerd naar de "Leeck off Weerlaender vaert". *  Dit is het gebied van de Weerlanerpolder. Op 30 april 1633 kregen de ingelanden van de "Voslaenderpolder" vergunning om een windwatermolen te stellen om de landen tussen de Weerlaan en de Vosselaan van de duinkant af te kunnen bemalen. *  Van deze "Voslaenderpolder" is een oude rekening bewaard, waarin de onkosten van aanschaf van een molen en de bekading verantwoord zijn. De polder was 58 morgen groot. *  Het was in de Vosser(laan)polder de gewoonte om in de watering langs de Weerlaan hoofden (versmallingen) aan te leggen om naar believen planken over te leggen voor af- en aanvoer van materialen. Met ingang van 3 september 1633 werd onderling afgesproken dat voortaan één brug zou worden gebruikt en dat de hoofden zouden worden opgeruimd. De brug werd voortaan onderhouden door Abraham van der Burch. *  Het werd een degelijke valbrug, in 1643 nog aangepast om met grote wagens te kunnen passeren. * 
Deze polders komen ook voor op een overzichtslijst van polders in Hillegom omstreeks 1640. Daarop staan de Vosselaenpolder, 57 morgen groot; de Voorste polder aan de Weerlaan, 53 morgen groot; en de Zomerpolder aan de Weerlaan, 44 morgen groot. * 
Stichting, grenzen, onderhoud en de Weerlaner Veenderij en Droogmakerij
Op 28 januari 1651 kwamen de ingelanden van de "Vosselaenderpolder, de Claes Dirxzoons- en de Somerpolderen" (aan de Weerlaan) met elkaar overeen de kaden te verbinden en met één molen uit te malen. *  De molen werd geplaatst aan de zuidzijde van de Weerlaner vaart, in de Vosselaenderpolder. Met behulp van een duiker onder de vaart en weg door werden de beide andere polders bemalen. Als molentocht fungeerde daar onder andere de Oostender Leek. Op 12 februari 1651 werd het plan door dijkgraaf en hoogheemraden van Rijnland goedgekeurd. * 
De naam van de polder werd "Vosse- en Weerlaender polder". *  De polder was nu ongeveer rechthoekig en gelegen tussen de Oosteindervaart, het Haarlemmermeer, de Vosse vaart (Treslong lag er net buiten) en de Heerweg tussen Hillegom en Bennebroek. Het gebied besloeg 168 morgen. In 1693 werd het gebied nog vergroot en de verdeling van het onderhoud der werken aangepast. *  Ook werd voorzien in een reglement op het bestuur. Het bestuur bestond uit de schout en vier molenmeesters; in 1858 één voorzitter en twee leden.
Rond de eeuwwisseling werd de molenmeesters verweten dat zij bij het besturen en bij het drijven van de schouw een te gemakkelijke houding aannamen. Klachten kwamen binnen bij Rijnland. Dijkgraaf en hoogheemraden van Rijnland gaven bevel om het achterstallig onderhoud van alle waterstaatswerken in orde te brengen. *  Zoals ook bij andere polders langs de westoever van het Haarlemmermeer, moest regelmatig de kade worden ingelegd.
Bij de droogmaking van het Haarlemmermeer werd de polder kleiner door de aanleg van de Ringvaart. Het oostelijk deel van de Weerlanerpolder werd onder de naam Weerlaner veenderij en droogmakerij tussen 1873 en 1899 verveend, bedijkt en drooggemaakt. Voor de realisering van de werken werd het bestuur tijdelijk met enige poldermeesters uitgebreid. De Oosteinderlaan en brug werden door het polderbestuur onderhouden.
2 Bemaling
3 Archief

Kenmerken

Datering:
1689-1978 (1980)
Onder de gemeente(n):
Hillegom
Omvang:
1,60 meter
Inventaris:
J.H.M. Sloof, 1995
Annotatie:
In de inventaris is ook het archief van de Weerlaner Veenderij en Droogmakerij (1871-1899) opgenomen.
Openbaarheid:
Volledig openbaar
Licentie:
CC0 1.0 Publiek Domein Verklaring
Geografische namen: