Uw zoekacties: Stichting Nederlandse Ereschulden

856 Stichting Nederlandse Ereschulden ( NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

  • Kenmerken van het archief
  • Inleiding op het archief
  • Inventaris of plaatsingslijst
  • Eventueel bijlagen
  • De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

    De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

    De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

    Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

    beacon
     
     
    Openbaarheid
    Het archief is grotendeels openbaar. Alleen inventarisnummer 17 is slechts raadpleegbaar na verkregen toestemming van de directeur van het NIOD. Voor bezoekers die deze toestemming willen hebben, ligt een formulier bij de balie van de studiezaal van het NIOD.
    Inleiding
    titel archief
    archiefvormer
    omvang
    citeer en aanvraaginstructie
    periode van ontstaan
    beheersgeschiedenis/overbrenging naar het RIOD
    aard van de archiefbestanddelen
    ordening van de archiefbestanddelen
    856 Stichting Nederlandse Ereschulden
    Inleiding
    ordening van de archiefbestanddelen
    Het archief is onderverdeeld naar de drie organisaties die zich met ereschulden en herdenking bezighouden.
    selectie, vernietiging en bewerking
    aanvullingen
    wettelijke status
    reproductiebeperkingen
    taal van de archiefbescheiden
    materiële staat
    bewerking
    Geschiedenis
    Op 11 november 1976 werd Stichting Nederlandse Ereschulden (SNE) opgericht door G.S. Vrijburg. Vrijburg zette zich in voor publieke en politieke erkenning van de backpay-wensen. De stichting streefde naar erkenning van de gelijkgerechtigheid van de Nederlandse slachtoffers van de oorlog in Zuidoost-Azië met die van de oorlog in Europa, gevolgd door erkenning en vereffening van de nog openstaande ereschulden. Dit deed de SNE door landelijke manifestaties en protestmarsen te organiseren en te lobbyen in Den Haag om politici voor de zaak te winnen. Het bestuur bestond tijdens de duur van de stichting uit de volgende personen: •G.S. Vrijburg (1976-1988, voorzitter) •J.C. Corver (1978-1988, secretaris) •R. Ungerer (1979-1988, 2e secretaris) •L. Jacobs (1977-1982, penningmeester) •Mevr. J. Bennink-Bronsgeest (1982-1986, penningmeester) •A.N. van Milligen de Wit (1986-1988, penningmeester) •J.R. Hogerzeil (1976-1988, bestuurslid) •E. Erkelens (bestuurslid) •F.J. van der Dussen (1982-1988, bestuurslid)
    De inspanningen van de Stichting hadden enig succes. In 1979 werd de backpay-kwestie door drie parlementsleden op de politieke agenda gezet (Handelingen Tweede Kamer, 1979-1980, 15840). Er werd een hoorzitting belegd over de ‘niet-genoten inkomsten tijdens gevangenschap in Nederlands-Indië'. Tijdens deze hoorzitting bepleitte de SNE voor een eenmalige uitkering van 16.000 gulden aan alle militairen, burger-ambtenaren en geïnterneerde kostwinners. Naar aanleiding van de hoorzitting werden dertig vragen gesteld aan de regering en door haar beantwoord. Op basis van deze beantwoording concludeerde de Tweede Kamer dat er inderdaad een morele verplichting van de regering bestond tot terugbetaling en verzocht daarop in een Kamerbreed gesteunde motie de regering om per 1 januari 1981 een regeling te treffen waarin aan deze morele verantwoordelijkheid ook materieel inhoud wordt gegeven.
    Dit leidde tot de Uitkeringswet Indische Geïnterneerden (UIG) van 1 juli 1981 (Staatsblad 1981, no. 477). Het betrof een eenmalige uitkering van 7.500 gulden aan de voormalig geïnterneerde kostwinners uit Nederlands-Indië of hun weduwe. Circa 60.000 personen hebben een beroep gedaan op deze wet, slechts 40.000 ontvingen daadwerkelijk de eenmalige uitkering.
    De SNE was aangesloten bij de Confédération Européenne des Spoliés d'Outre-MER (CESOM/Europese Bond van Beroofden van Overzee) die aftakkingen had in acht landen. Op 31 december 1988 werd SNE opgeheven.
    Literatuur en verwante collecties
    Voor vervolgonderzoek raadplege men de volgende archieven en literatuur.
    Literatuur
    Verwante collecties
    Inventaris
    aanvraaginstructie
    Archiefstukken uit dit archief kunnen in de studiezaal van het NIOD worden aangevraagd
    onder vermelding van: archief 856, inv.no. ...
    Het inventarisnummer is vermeld in numeriek oplopende volgorde,
    links naast de beschrijving van de stukken

    Kenmerken

    Datering:
    1978 - 1988
    over het archief:
    De Stichting Nederlandse Ereschulden is opgericht op 11 november 1976 en zette zich in voor de erkenning van de Nederlandse slachtoffers van de oorlog in Zuidoost-Azië. Een van de doelstellingen was erkenning en vereffening van de nog openstaande ereschulden (backpay-kwestie). In 1981 leidde dit tot de Uitkeringswet Indische Geïnterneerden waarop 60.000 mensen een beroep deden. De stichting is op 31 december 1988 opgeheven.
    Openbaarheid:
    Enkele inventarisnummers van dit archief zijn beperkt openbaar. Details staan vermeld in de rubriek "openbaarheid".
    Omvang:
    0,45 meter (16 inventarisnummers)