Uw zoekacties: Collectie proces Mussert

285 Collectie proces Mussert ( NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

  • Kenmerken van het archief
  • Inleiding op het archief
  • Inventaris of plaatsingslijst
  • Eventueel bijlagen
  • De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

    De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

    De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

    Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

    beacon
     
     
    Openbaarheid
    Deze stukken zijn beperkt openbaar. Ze zijn slechts raadpleegbaar na verkregen toestemming van de directeur van het NIOD. Voor bezoekers die deze toestemming willen hebben, ligt een formulier bij de balie van de studiezaal van het NIOD.

    Inventarisnummer 80 is slechts raadpleegbaar na verkregen schriftelijke toestemming van de directeur van het NIOD. Onderzoekers kunnen zich daartoe schriftelijk wenden tot de directeur van het NIOD.
    Inleiding
    titel collectie
    collectievormer
    omvang
    citeer en aanvraaginstructie
    periode van ontstaan
    aard van de archiefbestanddelen
    ordening van de archiefbestanddelen
    nadere toegangen
    selectie, vernietiging en bewerking
    285 Collectie proces Mussert
    Inleiding
    selectie, vernietiging en bewerking
    ead-typering:
    appraisal
    Tijdens de bewerking zijn de doubletten vernietigd en nietjes en paperclips verwijderd. Enkele foto's uit het dossier met publieke documenten (inventarisnummer 37) zijn uit het archief gelicht en toegevoegd aan Beeldbank WOII. Het betreft de volgende foto's:
    - Musserts handdruk met Hitler,
    - Mussert en Seyss-Inquart bij het elfjarig bestaan van de NSB,
    - het afscheid van het WA-bataljon in oktober 1941,
    - de Landdag van de NSB te Lunteren in juni 1940.
    aanvullingen
    wettelijke status
    reproductiebeperkingen
    taal van de archiefbescheiden
    materiële staat
    bewerking
    Geschiedenis
    Anton Adriaan Mussert (1894-1946) was oprichter en leider van de Nationaal Socialistische Beweging in Nederland (NSB). Tijdens de bezetting werd hij door de nazi’s, de NSB-leden en hun sympathisanten gezien als de leider van Nederland.

    Op 7 mei 1945 werd Mussert gearresteerd en overgebracht naar het Huis van Bewaring in ’s-Gravenhage. Op 25 juli werd hij overgebracht naar de cellenbarak van de Strafgevangenis in Scheveningen. Aanvankelijk zou zijn proces beginnen op 13 november, maar omdat zijn gekozen raadsman mr. J.H. Rolandus Hagedoorn op 23 oktober overleed werd het twee weken uitgesteld. Zijn raadsman werd nu mr. C.R.C. Wijckerheld Bisdom. Mussert werd gedagvaard voor 27 november.

    Het Bijzonder Gerechtshof was samengesteld uit: mr. A.L.M. van Berckel, president; prof. mr. J.C. van Oven en mr. H. Burgerdijk, Raden; Luitenant-Generaal P.W. Best en Generaal-Majoor H.Ch.G. Baron van Lawick, Militaire Raden. Als bijzitters waren aanwezig mr. W.G.F. Borgerhoff Mulder en Kolonel V.E. Wilmar. Voor het Openbaar Ministerie trad mr. J. Zaaijer als procureur-fiscaal (openbaar aanklager) op. Griffier was mr. C.G. Iordens.

    De aanklacht tegen Mussert omvatte drie punten:
    I. Poging om het land onder vreemde heerschappij te brengen,
    II. Poging om te grondwettelijke regeringsvorm te veranderen,
    III. Hulpverlening aan de vijand.
    De behandeling nam twee dagen in beslag. Op 27 november droeg de procureur-fiscaal de zaak voor. Daarna werden drie getuigen gehoord: T.J. van Dien, hoofd van de Bijzondere Dienst van de Politieke Opsporingsdienst (POD) te ’s Gravenhage, die in het vooronderzoek de verhoren had verricht; mr. J.H. Carp, oud medewerker van Mussert en P. van Houten, die als hoofd van het Documentatiebureau in Londen gegevens over de activiteit van de NSB bijeen had gebracht. Vervolgens werden de processtukken behandeld. Het onderzoek was nu voltooid en de behandeling werd verdaagd tot 28 november. Op die dag hield Zaaijer zijn requisitoir. Daarna Wijckerheld Bisdom zijn verdediging. Vervolgens kreeg Mussert zelf het woord. Hij voerde zijn eigen politieke verdediging. De president sloot vervolgens de zitting en bepaalde de uitspraak op 12 december. Op die dag werd Mussert tot de doodstraf veroordeeld.

    De NSB-leider ging tegen dit vonnis in cassatie. In de winter werkte hij in de gevangenis aan zijn verdediging voor de Bijzondere Raad van Cassatie, die dit beroep zou behandelen. De behandeling van de cassatie had plaats op 20 februari 1946. De Bijzondere Raad was samengesteld uit: mr. H. Haga, president; prof. mr. dr. S. van Brakel, prof. mr. R. Kranenburg en mr. dr. G.H.A. Feber, Raden; Majoor mr. P.A. van Driest, Militair Raadsheer; Kolonel mr. D. Tollenaar, bijzitter. Als advocaat-fiscaal trad prof. mr. G.E. Langemeijer op. Mussert kreeg nog een tweede raadsman toegewezen, mr. J.H. de Pont. Griffier was mr. H. van Oordt.
    Mussert werd door de Raad uitvoering verhoord en kreeg daarna de gelegenheid een korte verklaring af te leggen. De cassatiemiddelen werden vervolgens toegelicht door Wijckerheld Bisdom en De Pont. De advocaat-fiscaal achtte alle middelen ongegrond en concludeerde tot verwerping van het beroep. De uitspraak volgde op 20 maart 1946: het cassatieberoep werd verworpen en de sententie van het Bijzonder Gerechtshof bevestigd. Mussert besloot geen gratie te vragen. Een familielid van hem deed dat wel, maar daarover werd negatief beschikt. Het vonnis ten slotte, werd op 7 mei door middel van de kogel voltrokken.
    Mussert tijdens zijn proces
    Erfgoedstuk
    Literatuur en verwante collecties
    Voor vervolgonderzoek raadplege men de volgende archieven en literatuur.
    Literatuur
    Verwante collecties
    Inventaris
    aanvraaginstructie
    Documenten uit deze collectie kunnen in de studiezaal van het NIOD worden aangevraagd
    onder vermelding van: archief 285, inv.no. ...
    Het inventarisnummer is vermeld in numeriek oplopende volgorde,
    links naast de beschrijving van de stukken

    Kenmerken

    Datering:
    [1931] 1945-1946
    over het archief:
    A.A. Mussert was de leider van de N.S.B. Hij werd vlak na de bevrijding gearresteerd. In december 1945 werd hij door het Bijzonder Gerechtshof veroordeeld tot de doodstraf. In maart 1946 werd dit vonnis bevestigd door de Bijzondere Raad van Cassatie. Op 6 mei werd het vonnis voltrokken door de kogel.
    Openbaarheid:
    Deze stukken zijn beperkt openbaar. Zij zijn slechts raadpleegbaar na verkregen toestemming van de directeur van het NIOD. Voor bezoekers die deze toestemming willen hebben, ligt een formulier bij de balie van de studiezaal van het NIOD.
    Omvang:
    0,5 meter (98 inventarisnummers)
    Status:
    Bruikleencollectie Nationaal Archief
    Trefwoorden: